Inventaris van het archief van de Abdij van Beaulieu te Petegem bij Oudenaarde, 1145-1691
- 161 Johannes V de Thoisi, bisschop van Doornik, benoemt Judocus de Grave tot pastoor van Petegem, op voorstel van de abdis van Beaulieu. 16 augustus 1427.
- 162 Voor Hendrik van Eeke en Giselbrecht de Mets, schepenen van Geraardsbergen, heeft Lauwereins vander Hoeghstraten, zoon van Geraard die men seit de placker, een huis en erf in erfelijke rente genomen van de Temmerman, Jan den Meyer, priesters, proviseurs van O.-L.- Vrouwbroederschap van de parochiekerk " ten cappellen up de maerct" te Geraardsbergen, van Jan vanden Bouchoute, provisuer van de abdij van Beaulieu, en van Jan de Kimpe, proviseur van de H. Geest te Geraardsbergen, tegen 33 sch. par. per jaar, waarvan 21 sch. 4 den. toekomen aan de Onze-Lieve-Vrouwbroederschap, 8 sch. 8 den. aan Beaulieu en 3 sch. aan de H. Geesttafel. 26 januari 1428.
- 163 Voor de schepenen van Aalst, Jan Meuleman, Pieter de Gay, Gillis Alistoc en Jan Tsoncke, heeft Jacob Hoen een rente van 9 pond par. per jaar verkocht aan de abdij van Beaulieu, bezet op een hofstede te Aalst. 26 november 1428.
- 164 Ten behoeve van Clare sPotters, non in Beaulieu, heeft Wouter de Coninc, pastoor van Ooike, een onlosbare rente van 4 pond par. per jaar gekocht van Lauwereins de Screvele, bezet op zijn stede te Kerkhove. Na haar dood zal deze rente aan de abdij toekomen. Wouter de Coninc verklaart verder dat zijn vader Dierlay vroeger ook een stuk land te Heurne had gekocht met het geld en ten behoeve van Clare sPotters. Getuigen: Andries van Houdert, pastoor van Rozebeke, en Jacop Snellaert. 9 november 1430.
- 164 /BIS Opsomming van renten en gronden gekocht door Clare sPotters, non in Beaulieu, die zij na haar dood aan de abdij zal nalaten. 1430.
- 165 Roeger Scietkatte heeft met het geld en ten behoeve van Clare sPotters, non in Beaulieu, 1 dagwand land te Nederbrakel gekocht van Jan de Mersseman. Getuigen : Pieter van Caudeberghe en Jan Capeel, geestelijken uit het diocees Kamerijk. 18 juni 1431.
- 166 Voor Pieter de Cleerc, meier en wettelijk maander van de heer van Rokighem in zijn heerlijkheid in Zegelsem, en voor de laten Lancelot Joorijs, Gillis Puijte, Gillis de Kubbere en Jan van Ypere, heeft Gillis Pieters van Jan de Kubbere 1 dagwand en 26 roeden land gekocht. 22 augustus 1431.
- 167 Voor Jan Rogiers, baljuw en wettelijk maander van de "aalmoes" van Sint-Pieters te Gent, in de heerlijkheid in Lede, en voor Raas Alaerd, Daneel Danins, Jan Alaerd en Raas Royaerd, laten, heeft Robbrecht Hoen, priester, 10 vierendelen land te Lede gekocht, belast met 5 penningen par. per jaar aan Sint-Pieters te Gent, van Goessin vander Meersch die men seit Pampeluer en zijn vrouw Elisabeth Raephoests. 9 september 1431.
- 168 Voor Wouter vander Meere, Geraard van der Molene en Arent Blanstrem, schepenen in Oudenaarde, heeft Robbrecht Hoen, priester, die van Goessin vander Meersch die men set Pampeluer en zijn vrouw Elisabeth Raephoests 10 vierendelen land kocht te Lede, met het geld van Marie sVischs en Elisabeth van Vaernewijcke, nonnen in Beaulieu, ten behoeve van de abdij, zich schuldig verklaard over 50 pond torn. tegenover de abdij als waarborg, samen met al zijn goederen. Bij een nieuwe betwisting zal hij een boete van 100 pond par. betalen. 11 december 1431.
- 169 Voor Simoen Joorijs, meier van jonkheer Arent van Scooresse in Nederbrakele, en de schepenen Gillis de Cleerc, Clays vander Scueren, Hendrik van Twembeken en Gillis Cousiin, heeft Margriet van Oeke een erfelijke rente van 4 pond par. per jaar gekocht van Geert Coolbrande en echtgenote Geertrude, op hun stede "ten upstalle" te Nederbrakele en op 1 bunder land. 20 februari 1432.
- 170 Uitspraak van de schepenen van de Keure van Gent in het geschil tussen de abdij van Beaulieu en de Kerkmeesters van Petegem betreffende het bezit van de Sint-Martinustiende van Petegem, waarbij deze wordt toegewezen aan de abdij. 26 maart 1433.
- 171 Gillis Pieters, bestuurder van de abdij van Beaulieu, bekent van de Jan de Cubbere 1 dagwand en 26 roeden land te hebben gekocht, gelegen op "dvanevelt" in de heerlijkheid van de heer van Rokighem "ter Hoovorst" met het geld van de diensten van de H. Katelina en andere heiligen, staande in de kloosterkerk. Hij geeft 60 pond par. als waarborg, bezet op dit land, bij betwisting of schade, en tevens bezet op al zijn goederen. Getuigen : Jan Abboudt en Jan de Vos, priesters uit het bisdom Kamerijk. 16 april 1433.
- 172 Gillis Pieters, poorter van Gent, bekent met het geld van Janne sVoos, non in Beaulieu voor haar gekocht te hebben van Pierart Schepen, een stuk land te Elsegem, 10 hondert groot. Na haar dood zal dit land aan de abdij toekomen. Hij bezet op dit land en op al zijn bezittingen een waarborg van 25 pond gr. torn. en bij een nieuwe betwisting zal hij een boete van 60 pond par. betalen. Getuigen : Jan de Croec, pastoor van de vierde "porcie" van Oudenaarde, Lievin van Pardeke en Gillis Breyen, uit het bisdom Doornik. 25 augustus 1433.
- 173 Gillis de Grave uit Petegem heeft met het geld van Magdalena van Zedelghem, non in Beaulieu van Pieter Akenijs een stuk meers van 707 roeden te Kerkhove gekocht. Bij betwisting zal hij 32 pond gr. torn. betalen, bezet op zijn goederen, en op deze meers, en boven deze waarborg een boete van 60 pond par. Getuigen : Jan Hooft, pastoor van Tiegem, Ywein vander Schelden en Oste vanden Vivere, geestelijken van het bisdom Doornik. 17 october 1433.
- 174 Voor Pieter de Cleerc, meier van de heer van Rokegem in zijn heerlijkheid " t Hoovorst" te Zegelsem, en voor de laten Jan van Ypere, Arent Wouters, Gillis Puyte en Willem de Kubbere, heeft Rudge Scietkatte van Andries Taelman die men seit Gheens en zijn vrouw Griele sTemmermans een erfelijke rente van 4 pond par. per jaar gekocht, bezet op een halve bunder weide en een halve bunder weide en een halver bunder lande te Zegelsem. 15 april 1439.
- 175 Filips, abt van de Sint-Pietersabdij te Gent geeft zijn goedkeuring aan de verwerving door de abdij van Beaulieu van 10 dagwand land te Lede, gekocht van Goesin Panpoluer en echtgenote Elisabeth Raepposts, op voorwaarde dat de abdij jaarlijks 10 sch. 5 den. par. zal blijven betalen aan de aalmoezerie van de Sint-Pietersabdij te Gent. 20 januari 1447.
- 176 Geraard van Scoerisse, ridder, heer van Mourcourt op de Somme, van Berchem, Aishove en van Bevere, en zijn vrouw Margriet van Steenhuuse, bekrachtigen de verkoop door hun zoon Geraard van een windmolen afhangende van de heerlijkheid van Berchem, staande buiten Melden, aan de abdij van Beaulieu. 27 oktober 1447.
- 177 Voor Oste van Bedsbrugghe, baljuw en wettelijk maander van de heer van Gruuthuse en zijn vrouw Marie van Steenhuse, van hun heerlijkheid van Avelgem, en Pieter Aemgoot, Martin Clement, Jan van Overbeken, Geraard Vincke, Reinier vander Haghen en Oste Coudyzere, schepenen, heeft Wouter van der Moten, zoon van Willem, 5 vierendelen meers verkocht aan Hendrik Inghels, ontvanger van de abdij van Beaulieu. 1447.
- 178 Voor Hendrik Scouvlieghe, baljuw en wettelijk maander van de heer van Pollare, en voor de schepenen van Pollare, Cornelis de Mol, Jan Coutaert, Cornelis de Wandele en Pieter de Mol, heeft Hendrik van Latem aan Pieter Scietkatte, in naam van de abdij van Beaulieu, een meers verkocht, gelegen bij de Dender in het "Quaetbroeck", 20 roeden groot, en 1 dagwand, met 10 sch. 8 den. aan de heer van Pollare en 38 sch. par. erfelijke rente aan de abdij van Beaulieu. 8 december 1450.
- 179 Bulle van paus Nicolas V waabij hij aan de abdij van Beaulieu toelaat alle goederen die hen worden geschonken, te bezitten. Vidimus (uittreksel) op perkamentvan notaris Jacobus Te Huusse, van 31 maart 1502. Getuigen : Jacobus de Busco en Andreas Haelzuut. 17 januari 1451.
260 trouvés, 161 jusqu'à 180 montré, page 9 de 13