Ontledingen van de oorkonden. - In: Inventarissen van archieven van kerkfabrieken deel II: Sint-Maartenskerk te Kortrijk
- 195 Notariële akte verleden voor Nikolaas Viverman, clericus, pauselijk en keizerlijk notaris van het bisdom Doornik, heer Jan Querselare, onderpastoor in huurdienst ("vicarius locaticius") en Jan Aelbrecht, clericus, onderkoster van de Kortrijkse Onze-Lieve-vrouwkerk, daartoe geroepen getuigen, waarbij bekend gemaakt wordt dat meester Petrus Caelbaert, priester, eertijds kapelaan en ontvanger van het koor van de Sint-Maartenskerk, in naam van deze kerk in het bezit getreden is van twee huizen met erven, groot achthonderd lands, gelegen in het Vlienderbeekstraatje. 23 november 1466.
- 196 Joos Ruebin, proost, Zeger Fierins, Pieter van den Bossche, Pieter Lours en Lodewijk Wulveric, schepenen van de stad Kortrijk, oorkonden dat Pieter van der Borch, zoon van Roeland, aan Maarten van der Scoenderbeke, zoon van Jacob, een erfelijke jaarrente van 33 s. 6 d. parisis heeft verkocht, bezet op een huis met erf, gelegen buiten de Leiepoort in de Koekstraat naast het huis en erf van Joris van den Gavere. 7 april 1468.
- 197 Notariële akte verleden voor Jan Pipe, priester, keizerlijk en bisschoppelijk notaris van het bisdom Doornik, heer Melchior Tumesnil, priester, Joos Ridon en Joos f. Joos Pipe, daartoe geroepen getuigen, waarbij bekend gemaakt wordt dat Osto van den Berghe, parochiaan van Kortrijk, erkend heeft dat hij een erfelijke jaarrente van 20 s. parisis, waarvan sprake in de oorkonde ontleed onder nr. 194, gekocht heeft ten bate en met gelden van het koor van de Sint-Maartenskerk. 30 mei 1468.
- 198 Jan de Rikere, proost, Jan Hameyde, Roeland van den Brande, Rogier Camlin en Cornelis van Reveaulx, schepenen van de stad Kortrijk, oorkonden dat jonkvrouw Katelijne Bossaerts, weduwe van Jan van Vleinken, aan meester Pieter van Vlenken, pastoor van de Sint-Maartenskerk, een huis en erf heeft verkocht, gelegen op het Sint-Maartenskerkhof tussen de ambtswoning van genoemde pastoor en het huis en erf van heer Simon Willecom. 31 mei 1469.
- 199 De vicaris-generaal van bisschop Willem II Fillastre van Doornik geeft aan meester Pieter van Vlenke, tweede pastoor van Sint-Maartens, de toelating om zijn ambtswoning niet te bewonen aangezien het noodzakelijk comfort ontbreekt. Het huis zal verhuurd worden en de huurprijs (12 lb. parisis 's jaars) besteed aan de stichting van een jaargetijde in Sint-Maartens. 24 januari 1470.
- 200 Paus Sixtus IV bekrachtigt de regel die door zijn voorganger Innocentius (IV) gegeven werd aan de broeders en zuster van de Derde orde van de Heilige Franciscus, en andere privilegies van de Orde. 15 december 1471.
- 201 Pieter de Vlenke, cantor, en Jan Pavonis, kanunniken van de Onze-Lieve-Vrouwe- en pastoors van de Sint-Maartenskerk, en de meesteres en het convent van het Begijnhof te Kortrijk oorkonden dat zij overeengekomen zijn dat de meesteres, op advies van vier of vijf van de oudste begijnen, uit de priesters die verbonden zijn aan genoemde kerken er een zal mogen uitkiezen voor het uitoefenen van de zielenzorg in het Begijnhof, dit volgens de voorwaarden die door de geestelijken enerzijds en de meesteres en het convent anderzijds aanvaard werden. 27 april 1472.
- 202 De officiaal van Doornik betuigt zijn instemming met de regeling waarvan sprake in de oorkonde ontleed onder nr. 201. 9 september 1472.
- 203 Proost en schepenen van de stad Kortrijk vidimeren de oorkonde van 31-05-1469, ontleed onder nr. 198. 4 augustus 1472.
- 204 Proost en schepenen van de stad Kortrijk, de kerkmeesters, pastoors en kapelaans van de Sint-Maartenskerk oorkonden dat een overeenkomst gesloten werd tussen genoemde kerkmeesters enerzijds en pastoors en kapelaans anderzijds betreffende de plaats waar de begrafenissen van de pastoors en kapelaans zullen doorgaan. Opsomming van de bepalingen van de overeenkomst. 30 november 1472.
- 205 De proost en schepenen van de stad Kortrijk, de kerkmeesters van Sint-Maartens, en de meesteres en het gemeen convent van het Begijnhof oorkonden dat zij onderling tot een akkoord gekomen zijn betreffende de rechten van de pastoors van Sint- Maartens bij begrafenissen in de kapel van het Begijnhof. 1 december 1472.
- 206 De official van Doornik bekrachtigt de overeenkomst betreffende de begrafenissen in de kapel van het Begijnhof te Kortrijk die gesloten werd tussen enerzijds het stadsbestuur en de kerkmeesters van Sint-Maartens en anderzijds de meesteres en het convent van het Begijnhof (zie oorkonde van 1-12-1472, ontleed onder nr. 205). 3 juni 1473.
- 207 Ferricus de Clugny, bisschop van Doornik, oorkondt dat hij, na klachten betreffende zware misbruiken, besloten heeft dat de misdadigers die van de onschendbaarheid van de Sint-Maartenskerk gebruik maken om van het asielrecht te genieten, voortaan bij het betreden van de immuniteit hun wapens zullen dienen af te geven en zich tijdens hun verblijf behoorlijk moeten gedragen. 3 april 1474.
- 208 De officiaal van Doornik vidimeert, in tegenwoordigheid van de heren en meesters Jan Pavonis, zegelbewaarder, Jan Hermetis, promotor en Antoon Richart, apparitor van het hof van Doornik, de oorkonde betreffende het asielrecht in de Sint- Maartenskerk te Kortrijk, ontleed onder nr. 207. 27 april 1474.
- 209 Karel de Stoute, hertog van Bourgondië, enz. Amortiseert de gronden, renten en inkomsten die de Sint-Maartenskerk in de laatste zestig jaar verworven heeft en die in de oorkonde uitvoerig beschreven worden. januari 1475.
- 210 Antoon Spillart, secretaris van de hertog van Bourgondië belast met het innen van de rechten op de goederen die in de laatste zestig jaar door de geestelijkheid in Vlaanderen verworven werden, erkent dat hij van de Sint-Maartenskerk te Kortrijk 800 lb. parisis ontvangen heeft voor de amortisatie van de goederen die onder genoemde categorie vallen. 29 maart 1475.
- 211 Proost en schepenen van de stad Kortrijk geven aan de Grijze Zusters de toelating in en door de stadsmuren een waterpoort met stevige deuren en een steiger te maken die uitgeven op de lage Vijver. 10 augustus 1476.
- 212 Cornelis van Reveaulx en Stefaan van Gotthem, schepenen van de stad Kortrijk, oorkonden dat Mathijs de Corte, zoon van Gossaert, en zijn echtgenote Isabella Cas aan de grijze Zusters respectievelijk 4 en 5 lb. groten Vlaams geschonken hebben, te nemen na hun dood op hun nalatenschap. 14 november 1476.
- 213 Zeger Pauwels, baljuw en wettelijke maner, Joos de Conync, Adalard de Boozere, Zeger Lubin en Daniel van den Bogaerde, schepenen van Jan van den Brande, heer van ten Akkere te Kortrijk, en Lodewijk van der Gote, ontleend grafelijk schepen, oorkonden dat Willem de Corte, zoon van Pieter, aan Maarten Noppe, zoon van Willem, al de erfgrond verkocht heeft die hij bezat binnen genoemde heerlijkheid van ten Akkere. 8 november 1478.
- 214 Frans van Savoye, pauselijk protonotarius en [...] van de proosdij van het hospitaal van de Heilige Nikolaas en Bernardus te [...] op de weg naar Rome, maakt bekend dat paus Sixtus IV aan alle begunstigers van genoemd hospitaal toegestaan heeft een biechtvader te kiezen die hen altijd van hun zonden kan ontslaan en éénmaal in hun leven van de aan de paus voorbehouden gevallen. Van deze gunst zullen de zusters Pascasia Boutsier, Maria (?) Duerwaerders, Maria (?) Smeerpot en Joosijne van Bevernage genieten, die genoemd klooster begunstigd hebben. 1478.
153 gevonden, 121 t/m 140 getoond, pagina 7 van 8