(Deze octrooien hadden behalve het transport ook telkens betrekking op de inning van het rijgeld. Op enkele uitzonderingen na werden de octrooien toegekend door de ontvanger (vanaf 1386 ontvanger-generaal) van Vlaanderen. In de periode 1415-1419 werden de octrooien toegekend door de Raad van Vlaanderen. Als gevolg van het Verdrag van Athis-sur-Orge (23 juni 1305) diende Vlaanderen een jaarlijkse boete te betalen aan de koning van Frankrijk. Ingevolge het Verdrag van Pontoise (11 juli 1312) werd de helft van deze boete kwijtgescholden in ruil voor de overdracht (transport) aan de Franse koning van de kasselrijen Rijsel, Dowaai en Oorschie. Sedertdien werd de boete aangeduid met de term "transport". Pas op 5 mei 1320 ratificeerde graaf Robrecht van Bethune deze Frans-Vlaamse verdragen. De oudste fiscale bijdragen van het Land van Waas zijn betalingen ingevolge vredesverdragen afgesloten door de graaf, betalingen ingevolge pacificaties van het Land van Waas, het onderhoud van de vijver en de gracht van het kasteel van Rupelmonde en de betaling van vorstelijke cijnzen en renten. Met de invoering van de beden ontstond een nieuwe taak, namelijk het instaan via repartitie voor het opbrengen van de sommen die door de Staten van Vlaanderen werden toegestaan aan de vorst. Vanaf 1543 werden in dit kader ook indirecte belastingen geïnd door de Staten van Vlaanderen. Tot slot behoren ook de leningen aan de vorst en aan de Staten van Vlaanderen, de overeenkomsten met de vorst en de liquidatie van schulden van de vorst tot dit taakgebied.) Niet raadpleegbaar
Instruction pour la commande [ dépôt - inventaire - élément ]:
Rijksarchief te Gent -
AR7 -
3765
Précédent (nr. 3764)
|
Suivant (nr. 3762)