Grote Raad voor de Nederlanden te Mechelen. Banden en delen.
Nadere toegang op de geëxtendeerde sententies van de Grote Raad van Mechelen, 1693-1772
- Nadere toegang
- 271, De burgemeesters en schepenen van Brugge, appellanten. De burgemeester en schepenen van Gistel, geïntimeerden. Inv. nr. 976, f.448-463. 10 maart 1763. Beroep uit Vlaanderen. Bevoegdheidsgeschil tussen de schepenbank van Brugge en de schepenbank van Gistel met betrekking tot het recht kennis te nemen van de staat van goed van Victoria Van Hoorne, overleden vrouw van Joannes Cappelle. Op 24 april 1762 wijst de Raad van Vlaanderen de kennis van de staat van goed toe aan de burgemeester en schepenen van Gistel en veroordeelt de burgemeesters en schepenen van Brugge tot het vergoeden van de schade geleden door zowel Joannes Cappelle als door de burgemeester en schepenen van Gistel en tot het betalen van de proceskosten. De Grote Raad hervormt het vonnis van de Raad van Vlaanderen, wijst de kennis van de staat van goed toe aan de appellanten en veroordeelt de geïntimeerden tot het vergoeden van de schade geleden door de appellanten en tot de proceskosten van beide instanties. De Grote Raad doet echter geen uitspraak over het decreet van 24 september 1692 [handelend over de voorwaarden voor het poorterschap], maar staat de geïntimeerden toe om, indien zij menen dat zij daarbij nog belang hebben, zich tot de overheid te richten.
Instruction pour la commande [ dépôt - inventaire - élément ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 547 -
271