Grote Raad voor de Nederlanden te Mechelen. Banden en delen.
Nadere toegang op de geëxtendeerde sententies van de Grote Raad van Mechelen, 1693-1772
- Nadere toegang
- 220, De hoogbaljuw en hoofdschepenen van het Land van Waas, geïntimeerden. Guilliam Jan d'Hanens uit Vrasene, advocaat bij de Raad van Vlaanderen, appellant. Inv. nr. 974, f.440-461. 21 februari 1733. Beroep uit Vlaanderen. Betwisting van het verzoek tot renvooi van een proces in reformatie tegen een vonnis van de leenmannen en de schepenen van de vierschaar van Vrasene. Guilliam Jan d'Hanens heeft zijn verzoek tot reformatie ingediend bij de Raad van Vlaanderen, maar de hoofdschepenen van het Land van Waas menen dat de zaak hen toekomt. Op 11 december 1731 verwijst de Raad van Vlaanderen het proces in reformatie naar de hoofdschepenbank van het Land van Waas. Guilliam Jan d'Hanens wordt veroordeeld tot de helft van de proceskosten; de resterende helft wordt gecompenseerd over beide partijen. De Grote Raad bevestigt het vonnis van de Raad van Vlaanderen en veroordeelt de appellant tot de boete van frivool appel, tot de boete van rekest civiel en tot de proceskosten.
Niet raadpleegbaar
Instruction pour la commande [ dépôt - inventaire - élément ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 547 -
220