Inventaris Oorkonden met de blauwe nummers
- 628 I. Akte verleden voor schepenen van Roeselare-ambacht waarin Jan Feys, zoon van Jacob, en Jaquemine Backers, zijn echtgenote, erkennen aan Philippe de Thiennes, heer van Warelles etc., 12 lb. gr. Vlaamse munt verschuldigd te zijn, die hij hen heeft toegestaan mits interest, en waarvoor ze verklaren ten voordele van Philippe de Thiennes, zijn erfgenamen of rechthebbenden, een jaarlijkse rente van 9 lb. par. in te stellen, bezet op diverse goederen in Rumbeke, ten noorden van de kerk. 7 augustus 1626. II. Appointement van de schepenen van Roeselare-ambacht ten voordele van Philippe de Thiennes inzake achterstallige betalingen van deze rente. 21 oktober 1632. III. Verklaring door P. de Meulenaere van het namptissement bij de griffier van de stad Roeselare door Hendrik Danneels, in naam van de heer van Warelles, van 8 lb. gr. Vlaamse munt wegens het kapitaal van 6 lb. par. per jaar, toegekend ten voordele van Lambert van Nieukerke, op het huis dat destijds toebehoorde aan Maarten Vereecken, en nu aan Tanneken, zijn dochter, weduwe van Joost de Bouvere, achter het huis in Rumbeke, ten noorden van de kerk, richting de Bruaene. 30 juni 1637.
- 1517 Akte verleden voor baljuw en schepenen van het graafschap Izegem en voor baljuw en schepenen van de heerlijkheid Rumbeke waarin Willem van de Winckele, de oude, woonachtig in Rumbeke, en Guillemette de Fontaine, zijn echtgenote, erkennen aan Anna de Thiennes, dochter van Jan, een jaarlijkse rente van 24 lb. par. verschuldigd te zijn, bezet op diverse gronden. 4 juni 1611.
- 3716 I. Akte verleden voor baljuw en schepenen van Sint-Baafs-Vijve waarin [...] ten voordele van Filips Ampe een jaarlijkse rente van 4 lb. 15 s. gr. instelt, bezet op een bebouwde grond in Sint-Baafs-Vijve, in het zuiden grenzend aan de straat die komt van de Caelberghe, en in het oosten aan de Pouckwech, tegenover het goed ten Bysterveld. 4 september 1597. II. Akte verleden voor notaris Jan de Clercq in Kortrijk, in aanwezigheid van Gillis Beckaert, zoon van Jan, in Kortrijk, en Waldricht van Welserynghe, van Ingelmunster, getuigen op verzoek, waarin Filips Ampe, zoon van Diederik, in Oostrozebeke, deze rente overdraagt aan Gerard de la Rue, zoon van Jacob, in Kortrijk. mei 1609.
- 11437 Denombrement van een leen, gehouden door Nicolas le Clercq, licentiaat in de rechten, raadsheer en advocaat-fiscaal van het Doornikse, zoon van wijlen Nicolas, van het Hof van Spiere. 13 september 1583.
- 9276 Akte verleden voor baljuw en leenmannen van het hof en de heerlijkheid Vichte waarin Pieter Verschelde, zoon van Guillame, woonachtig in Anzegem, erkent van Philips Odemaere, raadsheer-pensionnaris van de stad Oudenaarde, als testamentair voogd van Guillaume Joseph van der Meere, zoon van Emmanuel en Marie-Barbe van der Meere, dochter van Guillaume, 48 lb. gr. ontvangen te hebben, in ruil voor een jaarlijkse rente van 3 lb. gr., die hij bezet op 4 bunders grond in Tiegem. 20 juli 1689.
- 602 Kwitantie van Jacob Jan Baptiste van Uffele, raadsheer en ontvanger-generaal van de domeinen en financiën van de koning, voor de betaling door de baljuw, burgemeester en schepenen van Vichte van 1.370 lb. 8 s. gr. Vlaamse munt voor het erfachtig ontvangerschap van de belastingen in Vichte, aangekocht op 23 december 1702. 11 januari 1703.
- 8061 Akte verleden voor baljuw, leenmannen en griffier van de heerlijkheid Vichte waarin Ignatius de Cock, zoon van Olivier, als voogd van Ignatius Libbrecht, zoon van Jan en Marie Rohaert, een hypotheek instelt op zes lenen in Ingooigem en Otegem, waarvan het leen ter Walle, als waarborg voor een jaarlijkse rente van 3 lb. gr., ingesteld ten voordele van Katharina de Coninck, dochter van Jan, woonachtig in Deerlijk, door Jan Libbrecht, zoon van Jan en vader van Ignatius. 4 december 1703.
- 2918 Fragment van een rentebrief van 5 lb. 5 s. gr. Vlaamse munt, ingesteld door Maarten van de Venne op een leen in Wielsbeke, gehouden van de heerlijkheid Wakken. 14 september 1557.
- 9631 Denombrement door Karel van Ghistele, heer van Proven, van een leen gehouden van Antoon van Bourgondië, als heer van Wakken, bestaande uit de Brandetiende op diverse gronden in Rollegem en Kortrijk, met dezelfde rechten als de tiende ten Akker, toebehorend aan het Onze-Lieve-Vrouwekapittel van Kortrijk. 23 juni 1570.
- 594 Akte waarin Antoine Sale, raadsheer van de koning en erfachtig "garde nottes" van Douai, Sint-Winoksbergen, Veurne en Menen, bevestigt dat voor Quentin de Maisnil, notaris in Marchiennes, in aanwezigheid van de heer van Rupilly en Dominique Picquart, getuigen op verzoek, Jacob-Jan-Gilles Hubert, priester, heer van La Sessoy, Saint-Quentin etc., woonachtig in Hénin-Liétard en tegenwoordig in Douai, aan Marie-Florence-Thérèse Obert, dochter van wijlen Louis-Floris, heer van Léage, het cijnsgoed Langheschuere in Wevelgem verkoopt, met 16 bunders 14 honderd grond gehouden van het kasteel en het leenhof van de kasselrij Kortrijk, mits de koopster diverse renten overneemt die de verkoper verschuldigd is. 6 december 1696.
- 592 Akte waarin meester Philippe Blauart, koninklijk tabellioen, bevestigt dat voor François Discart, koninklijk notaris in Rijsel, in aanwezigheid van Jacob Bernard du Mortier, zoon van Jacob, en Jan François Discart, zoon van de notaris, "praticiens" in Rijsel, getuigen op verzoek, Marie Paule Thérèse Obert, vrouwe van Payage, dochter van Louis-Floris, heer van Payage, "libre de condition", woonachtig in Hénin-Liétard, volmacht geeft aan Larmuseau, baljuw en koninklijk notaris in Wevelgem, om in haar naam de heerlijke rechten af te handelen met het bestuur van de kasselrij Kortrijk, welke rechten zij verschuldigd zou zijn ingevolge haar aankoop van haar oom Jacob-Jan-Gilles Hubert, priester, heer van la Gaussoy, van het cijnsgoed Langheschuere in Wevelgem van 16 bunders 14 honderd grond, nu gebruikt door Pieter Cardon en gehouden van het kasteel en het leenhof van de kasselrij Kortrijk. 18 december 1696.
- 593 Akte waarin burgemeester en schepenen van de stad Hénin-Liétard bevestigen dat voor Philippe Hacke en meester François-Joseph de Bailleul, hun "pairs en loije" in Hénin-Liétard, Jacob-Jan-Gillis Hubert, priester, heer van La Sossoye, Saint-Quentin etc., woonachtig in de stad, verklaard heeft dat bij akte verleden in Douai op 6 december voor een koninklijk notaris hij aan Marie-Florence-Thérèse Obert, dame van Péage, zijn nicht, het cijnsgoed Langheschuere heeft verkocht, bestaande uit een landhuis met diverse gebouwen en uit 16 bunders 14 honderd grond in Wevelgem, in leen gehouden van het kasteel van Kortrijk. 29 december 1696.
- 606 Kwitantie van Jacob Jan Baptiste van Uffele, raadsheer en ontvanger-generaal van de domeinen en financiën van de koning, voor de betaling door de baljuw, burgemeester en schepenen van Zulte van 1.435 lb. 6 s. gr. Vlaamse munt voor het erfachtig ontvangerschap van de belastingen in Zulte, aangekocht op 23 december 1702. 11 januari 1703.
- 3484 Fragment van een akte waarin Jacob Eliaes de Huddinghem, clericus van het bisdom Doornik, wordt benoemd tot kapelaan en vicaris in [...]. 2 oktober 1473.
- 494 Huwelijkscontract, verleden voor notaris Roger le Batteur in Rijsel tussen Alexandre Bernard Ignace le Camus, zoon van Pierre Ignace, ontvanger van de kasselrij Kortrijk, en Marguerite Césarée Vollant. 1712.
355 trouvés, 341 jusqu'à 355 montré, page 18 de 18