Regestenlijst der oorkonden van het begijnhof te Sint-Truiden (1265-1741) / J. Grauwels
- 1 Datum anno domini millesimo ducentesimo sexagesimo quinto mense junio. Willem, abt, en de abdij van Sint-Truiden verklaren dat ze, om de begijnen die in de stad op verscheidene plaatsen woonachtig zijn, te groeperen, afstand doen van 8 bunders land te Schuurhoven om er een begijnhof op te richten, tegen een jaarlijkse cijns van 10 Luikse marken ; andere voorwaarden hebben betrekking op het maalrecht, de inkomsten van de op te richten kerk, de benoeming van de pastoor en de momboren van het begijnhof. 1265, juni. -., 1265-1265
- 2 Datum anno domini M° CC° LX° sexto sabbato ante letare. Willem, abt van Sint-Truiden, verklaart dat in een geschil tussen Gerardus Lew en de momboren van het begijnhof omtrent een bunder land te Middelheers gelegen, dat door Gertrudis van Middelheers aan het begijnhof werd geschonken, Gerardus afziet van alle aanspraken op het goed. Getuigen : Arnoldus, pastoor van Lare, Mathias, Nicholaus, Walterus de Middelhere, priesters, Henricus Maurus, Henricus de Mosella, Giselbertus de Pepingen, Rubinus en Theodericus, Odegava, groot-meesteres van het begijnhof. 1266, 6 maart. -., 1266-1266
- 3 Datum Viterbii quinto kalendas decembris, pontificatus nostri anno tercio. Paus Clemens IV bekrachtigt de schenking van abt Willem aan de begijnen. 1267, 27 november. -., 1267-1267
- 4 Actum anno domini M° CC° LXX° mense octobris. Testament van Margareta, waarbij ze aan het begijnhof 18 roeden akkerland, te Buvingen gelegen, schenkt. Getuigen : Lambertus Minne, Godefridus Kuckerere, Arnoldus du Kolne. 1270, oktober. -., 1270-1270
- 5 Datum anno domini M° CC° LXX° primo feria quinta post festum beati Petri ad vincula. De schepenen van Sint-Truiden verklaren dat begijn Elisabeth, dochter van Arnold Hertkese uit Sint-Truiden aan Margareta, weduwe van W. Probus, verkocht heeft een jaarlijkse erfrente van 3 1/2 Leuvense ponden op een huis, door Egidius Cortfrient bewoond, naast het huis van Martinus Mosthatte gelegen. Schepenen : Robinus Prati, Oliverus de Merwele, Arnoldus Buc, Adam de Sancta Katharina, Libertus, zoon van Sara. 1271, 6 augustus. -., 1271-1271
- 6 Actum anno domini M° CC° LXX° tertio, mense februario. De proost van de abdij van Sint-Truiden, de priesters van het begijnhof en twee schepenen van Sint-Truiden delen mede dat Daniël van Hamel, ridder, en zijn zonen Stas manus en Lodevicus afzien van hun rechten op 33 bunders grond "prope mericam juxta Scelve, welk erf Christianus, voogd van Sint-Truiden, en zijn echtgenote Ida van de abdij in jaarlijkse erfcijns hadden verkregen voor 13 solidi en 6 Luikse denieren en het later aan het begijnhof hadden overgedragen. Proost : Johannes, priesters : Mathias en Nicholaus, schepenen : Arnoldus Buc en Walterus de Stapelen. 1273, februari. -., 1273-1273
- 7 Datum anno Domini M° CC° septuagesimo tertio mense marcio. Testament van Arnoldus, pastoor van Laar, waarbij hij aan de kerk van Sint-Truiden zijn hoeve aan de Schuurhovenstraat schenkt, onder beding dat zijn zusters Cunegundis de Herkenrode en Agnes de Utere een jaarlijkse rente van 4 mud rogge zullen ontvangen ; aan de armen van Onze-Lieve-Vrouw schenkt hij een stenen huis nabij de kerk ; aan de altaren van Onze-Lieve-Vrouwkerk laat hij een allodiaal erf van 1 1/2 bunder, gelegen te Mettekoven, benevens 21 roeden land gelegen te Gelmen ; aan de infirmerie van het begijnhof schenkt hij twee stukken grond te Gelmen gelegen, groot 24 en 18 roeden onder beding dat de infirmerie aan zijn zusters Cunegundis en Agnes een jaarlijkse rente van 3 mud rogge zal betalen. Als testamentuitvoerders duidt hij aan : Walterus, pastoor te Hasselt, Franco, plebaan van Onze-Lieve-Vrouw te SintTruiden, Clemens, pastoor te Aalst. Getuigen : Wilhelmus, deken van Sint-Truiden, Matheus, pastoor van het begijnhof, Wilhelmus Molenman en Johannes Hagelsteen, kapelanen in Onze-Lieve-Vrouw en Walterus de Stapelen en Arnoldus Buec, schepenen van Sint-Truiden. 1273, maart. -., 1273-1273
- 8 Actum et datum anno domini M° CC° septuagesimo quinto mense mayo. Walterus, pastoor te Gosenhoven en visitator van de begijnen, en Mathias, pastoor van het begijnhof, verklaren dat begijn Beatrix de Flidermale aan de infirmerie van het begijnhof 18 roeden land heeft geschonken, gelegen te Brustem onder het ressort van het hof van Ardingen, onder voorwaarde dat zij een jaarlijkse erfrente van 10 vat rogge zal ontvangen en dat na haar dood de meesteres van de infirmerie 6 Luikse denieren zal besteden voor de jaargetijden van haar zelf, haar echtgenoot Henricus en haar moeder Oda. 1275, mei. -., 1275-1275
- 9 Datum anno domini M° CC° LXX° quinto feria quinta post nativitatem beati Johannis Baptiste. Johannes, proost van de abdij van Sint-Truiden, Walterus, pastoor te Gotsenhoven en visitator van de begijnen, Mathias, pastoor en Nicolaus, kapelaan van het begijnhof, verklaren dat Walterus Beghardus al zijn goederen aan de infirmerie van het begijnhof schenkt onder bepaalde voorwaarden ; zijn nicht Joetta, meesteres van de infirmerie zal een jaarlijkse rente van 3 mud rogge ontvangen, Wilhelmus, scholaris, zoon van Henricus de Hardingen een jaarlijkse rente van 2 mud rogge, Margareta de Hasbruch een jaarlijkse rente van een halve mud rogge, indien ze in het begijnhof blijft, de pastoor een rente van 2 mud ; daarenboven zal de pastoor 12 Luikse denieren en iedere priester van het begijnhof 12 Leuvense denieren ontvangen voor de jaargetijden van hem, zijn zusters Joette en Mechtildis en zijn nicht Joetta. 1275, 29 juni. -., 1275-1275
- 10 Datum et actum anno domini M° CC° LXX° sexto sabbato post ascensionem domini. Henricus, abt van Sint-Truiden, Johannes, proost vande abdij, en Willem Copey en Oliverus, schepenen van Sint-Truiden verklaren dat voor de schepenen van Borlo de gezusters Beatrix en Aleidis de Hemmen, begijnen, een jaarlijkse rente van 12 vat rogge gekocht hebben van Jordanus en Gerardus, zonen van Gerardus de Palude, die 1276, 16 mei. -., 1276-1276
- 11 Actum anno domini M° CC° LXX° nono dominica ante festum beati Martini episcopi. Christina, begijn, schenkt aan de infirmerie van het begijnhof 9 roeden land, te Honshove gelegen, belast met een jaarcijns van 9 Luikse denieren ; ze stipuleert dat de infirmerie jaarlijks 3 vat rogge aan Godelieve, dochter van haar broeder en aan Christina, dochter van Godelieve, zal betalen. Getuigen : Mathias, pastoor van het begijnhof en Gerardus, kapelaan. 1279, 5 november., 1279-1279
- 12 Datum anno domini M° CC° LXXX° secundo feria secunda post Epyphaniam domini. Balduinus, prior en het klooster van Géronsart bij Namen verklaren dat zij voor 5 Luikse marken aan het begijnhof verkocht hebben een jaarlijkse erfrente van 1 mud rogge, die zij bij testament van Oda, dochter van Hendrik Fortis uit Sint-Truiden, ontvangen hadden. 1283 (n.st.), 8 januari. -., 1283-1283
- 13 Datum anno domini M° CC° LXXX° quarto mense octobri. Testament van begijn Katharina de Serkingen, waarbij ze aan de pastoor van het begijnhof 5 Luikse solidi schenkt en aan de begijnen van Sint-Truiden 40 Luikse en 20 Leuvense solidi ; tevens legateert ze kleine geldsommen aan de arme begijnen te Luik, Maastricht, Tongeren, Borgloon, Tienen, Leuven, Zoutleeuw, Brussel, Mechelen, Hasselt, Diest, Aken, Nijvel ; alsmede aan de minderbroeders te Sint-Truiden, Maastricht, Luik, Tienen, Leuven, Brussel, Diest, Mechelen ; aan de predikheren te Maastricht, Luik, Antwerpen, aan de augustijnen te Maastricht, aan de broeders van de Carmel te Luik, aan het hospitaal, de Heilige Geest, de gilde van Onze-Lieve-Vrouw, de leprozerij, de armen van Onze-Lieve-Vrouw, de begaarden te Sint-Truiden, aan de abdij van Herkenrode, aan Sibilia de Gingelom, aan de kloosters van Beek, van Oriënten, van Linter, van Genneppe, van Rotem. Ze schenkt bovendien geldsommen aan vele familieleden en geestelijken. Aan de infirmerie van het begijnhof te Sint-Truiden laat ze een jaarlijkse erfrente van 12 Leuvense denieren en 2 kapuinen, 1 bunder land te Velmeberch en 16 roeden land op de weg naar Aalst gelegen. Als testamentuitvoerders duidt ze Johannes, cantor te Sint-Truiden en Jordanus de Lacu, burger van Sint-Truiden, aan. 1284, oktober. - Getuigen : Johannes van Sint-Truiden, Thomas uit Tongeren en begijn Margareta., 1284-1284
- 14 Datum anno domini M° CC° LXXX° nono in crastino beati servacii. De meier en laten van het hof van Johannes de Straten verklaren dat Oda, dochter van Hendrik Fortis uit Sint-Truiden aan de infirmerie van het begijnhof en aan het klooster van Géronsart bij Namen respectievelijk geschonken heeft een jaarlijkse erfcijns van 2 mud rogge en van een mud rogge, te heffen op een stuk grond, te Straten gelegen; de meesteres van de infirmerie koopt de tweede erfcijns af. Getuigen : Jordanus de Pule en Katharina Fortis. Meier : Johannes de Straten, laten : Libertus, schepen van Sint-Truiden, Johannes Laggart, Walterus, zoon van Tharusius Longi, Wilhelmus, zoon van Walterus Longi, Johannes, bloedverwant van Elyas. 1289, 14 mei. -., 1289-1289
- 15 Actum et datum anno domini millesimo ducentesimo nonagesimo primo in crastino Purificationis beate Marie Virginis. Mathias Matheus, pastoor van het begijnhof te Sint-Truiden maakt bekend dat begijn Gertrudis de Roeckelinghen aan het begijnhof een jaarlijkse erfcijns van 5 vat rogge, te heffen op 12 roeden land, gelegen te Gelmen, geschonken heeft. 1291, 3 februari. -., 1291-1291
- 16 Actum et datum in crastino Sanctorum martirorum Johanni et Pauli anno domini M° CC° LXXXX° secundo. Katharina de Zerkingen voegt bij haar testament van oktober 1284 verscheidene bepalingen bij. 1292, 27 juni. -., 1284-1292
- 17 Actum et datum anno domini M° CC° LXXXX° secundo in capite jejunii. Testament van begijn Maria, tsoror incluse de Scuroven ", waarbij ze geldsommen schenkt aan de minderbroeders, het hospitaal, de leprozerij van Sint-Truiden, de pastoor van het begijnhof, de predikheren van Maastricht ; onder bepaalde voorwaarden legateert ze aan de infirmerie van het begijnhof 3 jornalia akkerland te Jeuk gelegen, alsmede 5 jornalia land, gelegen te Mielen. Als testamentuitvoerders duidt ze aan haar zuster Gertrudis en Beatrijs de Welne. Getuigen : Willem, abt te Sint-Truiden, Mathias, plebaan van het begijnhof en broeder B. gardiaan. 1293 (n.st.), 19 februari. -., 1293-1293
- 18 Datum anno Domini M° CC° nonagesimo quinto feria sexta ante ramas palmorum. Mathias, pastoor van het begijnhof, Matheus, kapelaan, Egidius Abeel, oud-kapelaan van de infirmerie en thans rektor te Kermt en Margareta de Laka, begijn, verklaren dat Katharina de Laka voor twee jaren haar testament maakte, waarbij ze stipuleerde dat na haar dood een halve bunder akkerland, gelegen op de plaats Buecheister te Alken, zou verkocht worden, dat haar moeder het levenslang vruchtgebruik zou hebben van 12 roeden land, gelegen bij Lake te Alken, dat Henricus de Laka, haar bloedverwant, priester, het vruchtgebruik zou hebben van een halve bunder land, gelegen op de plaats Everartsvelt, dat de dochters van Willem Balget een halve bunder op dezelfde plaats gelegen, zouden ontvangen bij een eventuele intrede in het begijnhof, dat de dochters van Henricus de Laka, begijnen, 5 roeden land te Buecheister zouden ontvangen ; daarenboven schonk zij verscheidene vaten rogge aan verschillende personen te Sint-Truiden, te heffen op 1 1/2 bunder land te Buecheister gelegen. Als testamentuitvoerders werden aangeduid : Henricus de Laka, Wilhelmus Balget en Margareta, haar tante. 1295, 21 maart. -., 1295-1295
- 19 Datum anno domini M° CC° nonagesimo sexto feria quarta ante marchi ewangeliste. Gerardus, deken van Sint-Kruis te Luik, Renerus en Damianus, kanunniken te Kortessem, Renerus Ekele, Wilhelmus de Brustem, Arnoldus Prout, schepen te Sint-Truiden, uitvoerders van het testament van Walterus Probus, schepen van Sint-Truiden, verklaren dat Walterus aan de infirmerie van het begijnhof 18 roeden land, gelegen te Aalst, heeft nagelaten, waarvoor de infirmerie 8 denieren voor de jaargetijden van Walterus en zijn echtgenote Agnes zal betalen. 1296, 21 april. -., 1296-1296
- 20 Datum anno domini M° CC° nonagesimo octavo dominica in vigilia Bartholomei. Pa. de Hulzen de Alken verklaart dat zijn tante Helwidis de Hulzen, begijn, hem bij testament anderhalve bunder akkerland, te Hulzen in Alken gelegen, geschonken heeft mits een jaarlijkse rente van een halve mud rogge aan de begijnhoven van Sint-Truiden en Hasselt. Getuigen : Mabilia, meesteres van de infirmerie van het begijnhof, Christina de Binke, Johanna de Cenbeke en Katharina de Alken. 1298, 17 augustus. -., 1298-1298
620 trouvés, 1 jusqu'à 20 montré, page 1 de 31