Rekenkamer te Rijsel. Denombrementen en andere stukken van de grafelijke leenhoven.
Het Leenhof van Dendermonde tijdens de vijftiende eeuw. Nadere toegang op het archief van de Rekenkamers, delen en banden, nr. 1102 en denombrementen van Vlaanderen, leenhof van Dendermonde tot 1473 /
- XIII. Zele
- 4609, Jooris Sersanders, zoon van Jan, doet verhef van een leen twee bunders groot DIERICX LANDTgenoemd dat paalt aan Gillis van Wezepoele en Jan van Vuytfanghe, Jan Steels, Gillis van Brande en Marten van Vuytfanghe, Bertel van Laect en meester Jacop Grevenbrouck en de andere twee vaatzaden palen aan Marten van Vuytfanghe, Gillis Blanckaert en Gillis van Brande, Bertel van Laect en Jan van der Hofstede en Lieven de Vijlder en Jacop de Keyser Aan het leen behoren ongeveer twintig laten die jaarlijks negen halster evene en drieëndertig deniers par. in rente gelden. Eerst Bertholemeus Varlaect bezit een half bunder gelegen OP DE BORCHT palende aan Jacop de Keysere en aan jonker Jooris Sersanders en de voornoemde Jacop de Keysere, Jan Steels en DE MEERSSCHEN geldt twee vaten en half evene en vier deniers par. in penning rente. Jacop de Keysere houdt een half bunder ook UP DE BORCHT gelegen dat paalt aan Bertel van Laect; Kerste Hermans, en het Cauterstraatje en geldt twee vaten en half evene en drie deniers par. Meester Jacop Grevenbrouck bezit vier vaatzaad gelegen aan TCREBBEKENpalende aan de meergezegde Sersanders, aan Jan van Elsacker, Grevenbrouck en Bertel van Laect geldt drie vaten evene en drie deniers par. Nog houdt meester Jacop van Grevenbrouck vier vaatzaden palende aan jonker Jooris Sersanders aen Jan van Elsacker, Grevenbrouck en Bertel van Laect geldt drie vaten evene en nog Jacop van Grevenbrouck houdt twee vaatzaad palende aan de voornoemde Sersanders, aan het SERDIERICX LANDT, aan Jan van Elsacker en geldt twee vaten koren. Meester Jacop Grevenbrouck bezit een vaatzaad in het zelve goed dat paalt aan het goed van dezelfde Grevenbrouck, aan Bertel van Laect en geldt een half vat evene, Meester Jacop van Grevenbrouck houdt twee vaatzaad ook gelegen in het CREBBEKEN palende aan Jooris Sersanders, aan Bertel van Laect en geldt een vat en half evene en een denier par., Jacop de Keysere bezit vijf vaatzaad lands op DE BORCHTpalende aan Bertel van Laect, aan Kerste Hermans, aan het Cauterstraetken en geldt drie vaten evene en een derde deel en vijf deniers par. Jacop de Keysere houdt zes vaatzaad in DE PANNE PUTTEpalende aan Jan Steels, aan Kerstiaen van Hecke, en geldt vijf vaten evene en drie deniers par. Marten van Vuytfanghe en Gillis Blanckaert houden vier vaatzaden lands op MEERCAUTREgelegen palende aan Bertel van Laect, aan Gillis van Brande en geldt drie vaten evene en vier deniers par. Jan Steels houdt twee vaatzaad gelegen in de LANGHE WULGHEpalende aan Pieter Steels, aan Jacop de Keysere, aan Bertel van Laect en geldt twee vaten en half evene en twee deniers par. De erfgenamen van Jaspar Claysens bezitten twee vaatzaad op DE BORCHTpalende Bertel van Laect, aan het goed van de erfgenamen van Jacop van Andernove, aan de Cauterstraaten en aan DE MEERSCHEN en geldt twee vaten evene. Bertel van Laect houdt drie vaatzaad gelegen op de MEERCAUTERpalende aan Jooris Sersanders, aan Jan Varhofstede, Jacop Grevenbrouck, Gillis Blanckaert en geldt drie vaten evene en drie deniers par. Gillis van Brande houdt drie vaatzaad liggende TE DURME up de MEERCAUTEREpalende aan Jooris Sersanders, Marten van Vuytfanghe Jacop de Keysere en geldt twee vaten en half en drie deniers par. Het rapport werd gezegeld door de leenhouder op 6 april 1603.
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 548 -
4609