Grote Raad voor de Nederlanden te Mechelen. Banden en delen.
Nadere toegang op de geëxtendeerde sententies van de Grote Raad van Mechelen, 1693-1772
- Nadere toegang
- 61, Jan Van Volden, kanunnik van de kathedraal van Sint-Donaas te Brugge, deken in het kwartier van Gistel, samen met de pastoor, de hoofdman Pieter Weijtens, kerkmeester David Vander Haeghen en de parochianen van de parochie van Leffinge, geïntimeerden. Ridder Blondel van de Orde van Sint-Jan van Jeruzalem (Orde van Malta), commandeur van Slijpe en ridder Charles Antoine de Fourneau als agent-generaal van de Orde van Malta, tiendheffers te Leffinge, appellanten. Inv. nr. 970, f.279-297. 3 september 1699. Beroep uit Vlaanderen. Moeten de ridders van Orde van Malta als tiendheffers in Leffinge bijdragen aan de reparatie van de kerk van Leffinge? Op 11 augustus 1692 heeft de Directie van de confiscaties in het kwartier van Vlaanderen immers geoordeeld dat de tiendheffers één derde van hun tienden moeten afstaan, maar de ridders van de Orde van Malta beweren dat dit vonnis niet op hen van toepassing is. De Raad van Vlaanderen verklaart op 8 maart 1696 dat de sententie van de Directie van de confiscaties in het kwartier van Vlaanderen moet uitgevoerd worden en veroordeelt de ridders van de Orde van Malta tot de proceskosten. De Grote Raad hervormt het vonnis van de Raad van Vlaanderen en verklaart het verzoek van de geïntimeerden ongegrond. De Grote Raad veroordeelt de geïntimeerden tot de proceskosten van beide instanties.
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 547 -
61