Grote Raad voor de Nederlanden te Mechelen. Banden en delen.
Nadere toegang op de geëxtendeerde sententies van de Grote Raad van Mechelen, 1693-1772
- Nadere toegang
- 106, Jonkheer Antoine Alegambe en jonkheer [Jacques] Anselme de Draeck, voogden van de minderjarige kinderen van wijlen jonkheer Philips Jacques Alegambe, geïntimeerden. Joos Vander Linden, baljuw van de heerlijkheid Wissegem en Christiaan Craeijenest, ontvanger van de graaf van Ursel, appellanten. Inv. nr. 971, f.308-328. 30 mei 1705. Beroep uit Vlaanderen. Betwisting van het recht van voorrang op de opbrengst van de verkoop van een aantal goederen te Wissegem en Wondelgem. Joos Vander Linden en Christiaan Craijenest beweren dat zij het voorrecht hebben om het markgeld, dat de oorspronkelijke eigenaar van de goederen hen verplicht was te betalen, op de geconsigneerde penningen te verhalen. Op 28 februari 1697 verklaart de Raad van Vlaanderen dat Joos Vander Linden en Christiaan Craeijnest geen recht van voorrang hebben en veroordeelt hen tot de proceskosten. De Grote Raad hervormt het vonnis van de Raad van Vlaanderen en verklaart dat het markgeld aan de appellanten moet betaald worden met aftrek van de kateilen. De Grote Raad beveelt dat op deze manier zal overgegaan worden tot de liquidatie van het decreet en veroordeelt de geïntimeerden tot de boete van rekest civiel en tot de proceskosten van beide instanties.
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 547 -
106