Het Leenhof van Dendermonde tijdens de vijftiende eeuw. Nadere toegang op het archief van de Rekenkamers, delen en banden, nr. 1102 en denombrementen van Vlaanderen, leenhof van Dendermonde tot 1473 /
- 4354 Gillis de Smet, zoon van Gillis, doet verhef van zijn leen gelegen TEN DROESHOUT genoemd DE KEETELEREYEtwee dagwand groot zijnde bos gekocht van Martijne Smets zijn nicht. Het leen paalt aan het goed van de wezen van Jan Sarens. Het rapport werd ondertekend en gezegeld door de leenhouder op 25 januari 1615.
- 4355 Gillis de Smet, zoon van Gillis, doet verhef van zijn leen op DROESHOUT HET MACHIELS VELT genoemd en is vijfenzeventig roeden groot. Het leen paalt aan Joos Albrechts. Het rapport werd ondertekend en gezegeld door de leenhouder op 25 januari 1615.
- 4356 Joos Mertens doet verhef van zijn leen dat hij kocht van Pieter Moortgat, zoon van Gillis, en van Jan Moens, zoon van Willem en Adriana Moortgat zijn vrouw, gelegen TE DROESHAUTE in een perceel van tien dagwand en half. Het leen heeft een grootte van vier dagwand en half over de voornoemde Moortgats deel. De zes dagwanden behoren aan Joos Mertens en palen aan de beek die Vlaanderen en Brabant scheidt, aan Jan van Damme, aan Hendrick Verspecht. Het rapport werd door de leenhouder ondertekend op 16 november 1615.
- 4357 Adriaen Heyvaert, zoon van Adriaen, doet verhef van zijn leen van vijf dagwand groot aan de beek tussen Vlaanderen en Brabant gelegen en paalt aan Jan Hoffman. In het leen is de leenhouder de twee dagwand bezittende, Philips Vermeere een dagwand die de leenhouder staat te gevolge. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder omdat hij geen zegel bezit op 7 december 1621.
- 4358 Gillis de Smet zoon Philips doet verhef van een leen van een bunder op 10 januari 1622. Denombrement ontbreekt.
- 4359 Joos Kindt zoon van Gaspar, doet verhef van een leen van anderhalf dagwand en zestien roeden land op 21 maart 1622. Denombrement ontbreekt.
- 4095 Gillis de Keersmaecker zoon van Christoffels causa uxoris Marie van Assche doet verhef van zijn leen van twaalf dagwand en half palende aan het goed van de erfgenamen van Willem van Assche het goed van de erfgenamen van Christoffels Goossens. Het leen is afkomstig van Gheert Goossens. Het rapport werd gezegeld met de zegel van Merten de Decker en ondertekend door de leenhouder in tegenwoordigheid van Jan van Belle baljuw, Dominicus Mauwe, Joris en Erasmus van Hoorenbeke leenmannen. Dit leen samen met twee andere lenen moeten de leenheer bijstaan met een paardendienst. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder op 17 juni 1602.
- 4096 Marten de Bocq zoon van Henricx causa uxoris Marie van den Bossche, dochter van Christoffels, doet verhef van een leen van een half bunder op DEERTBRUGGHE gelegen en paalt aan Henrick van Asbroeck, het goed van de erfgenamen van Henricx van Hove. Nog doet hij verhef van een half bunder leen op SCHOOFLANT gelegen en paalt aan het goed van de erfgenamen van Marcx Verlysbetten, en met de andere zijde ook het goed van de meergemelde erfgenamen. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder omdat hij geen zegel bezit op 26 november 1602.
- 4097 Geeraert de Keersmaecker zoon van Frans doet verhef van zijn leen van een half bunder palende aan de goederen van de Dekenij van Brussel, de goederen van Jan van Borm en noord aan DEN VERLOREN COST. Het rapport werd gezegeld en ondertekend door de leenhouder op 14 april 1608.
- 4098 Gheeraert de Keersmaecker zoon van Frans doet verhef van zijn leen van vier bunders palende aan DE DREVE, aan het goed van Gillis de Keersmaecker en aan Sieur Arent Hoefslach. Het rapport werd gezegeld en ondertekend door de leenhouder op 14 april 1608.
- 4099 Fransoys van Hove zoon van Hendrycx doet verhef van zijn leen van een bunder gelegen in twee percelen van elk een half bunder groot. Het éne half bunder wordt DEERTBRUGGHE genoemd en paalt het goed van Merten de Bocq en aan het goed van de erfgenamen van Gillis van den Bossche. Het ander half bunder ligt op DE BOONWIJT palende aan DEN CLEENEN BOONWIJT, aan Merten de Bocq, en het goed van de Heilige Geest van Londerzeel. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder omdat hij geen zegel bezit op 4 augustus 1608.
- 4100 Merten de Bocx zoon van Hendericx doet verhef van zijn leen van een half bunder palende aan Christoffel van den Bossche en nog van een half bunder gelegen op de BOONWIJT VELTpalende aan het goed van Pieter Caluwaert. De leenhouder bezit het goed causa uxoris Marie van den Bossche dochter van Christoffels. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder omdat hij geen zegel bezit op 20 augustus 1608.
- 4101 Carel van Heybeke zoon van Jan causa uxoris Martyne van Lysbetten doet verhef van een leen van een half bunder groot in de BUECKELE. Het leen paalt aan het CLEYN SCHOOFLANT, aan het goed van de erfgenaam van Jan de Blesere en aan een bosje. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder omdat hij geen zegel bezit op 7 september 1608.
- 3480 Jonkheer Charles van Claerhout, schildknaap heer van Ardooie, Lichtervelde, Vlininchove [Vlaminchove] etc, doet verhef van zijn leen en heerlijkheid van de MORTAENSCHE gelegen in Ardooie, Koolskamp, Pittem, Meulebeke en Gullegem. Tot het leen en heerlijkheid behoren 26 manschepen met diverse leenhouders. Die heerlijkheid heeft de hogere, middele en lage rechtsmacht. Verder wordt een opsomming gemaakt van alle heerlijke rechten o.a. bastaard goed, stragiers, vond, boeten van 60 pond par. De leenhouder mag een onderbaljuw en een overbaljuw aanstellen, zeven schepenen of meer, een vol hof van mannen, straatschouwing. De tavernier of herbergier is verplicht bepaalde prijzen van bier en wijn toe te passen. Charles van Claerhout geeft volmacht aan Daneel de Knijff, baljuw van Ardooie, verleden voor burgemeester en schepenen van Aijshove in Ardooie op 28 juli 1608, om het rapport over te brengen. Procuratie werd ondertekend en gezegeld door J de la Rue. Het rapport werd gezegeld door Daneel de Cnijff als volmachtdrager op 26 augustus 1608.
- 4120 Marie de Keyser oudste dochter van Joos, geassisteerd met heer en meester Jacob van der Meere deken en pastoor in Dendermonde, doet verhef van het leen van vier bunders gelegen in DE MOLENWIJCK. Het leen paalt aan het goed van de H. Geest van Merchtem, en aan het leen door de leenhoudster gehouden van de hertog van Brabant. Het rapport werd gezegeld door heer en meester Jacob van der Meere op verzoek van de leenhoudster op 22 december 1600.
- 4121 Jonkheer Nicolaes van der Heyden zoon van heer Jacob in zijn naam en in de naam van zijn broers en zusters doet verhef van leen van vijf bunder DE SPECTgenoemd. Het leen paalt aan het goed van het Gasthuis van Merchtem, aan de SPECTBEKE, en aan HET MOORTGAT. Verder doet hij nog verhef van dertien dagwand meers DIE SPECTBEKE genoemd en paalt aan een bosje DIE DOOT CAMPAMGNE genoemd. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder omdat hij geen zegel bezit op 14 april 1608.
- 4122 Jan van Robbrouck als bedienelijk man over Andries van Brouckem causa uxoris en door erfenis van Herman van Berrenbrouc doet verhef van een leen gelegen op DEN MEERCOUTER.Het leen paalt aan de hoeven van de QUAYEMUNTE en aan de goederen van Sint Katelinen Gasthuis en aan de MEULENCAUTERen aan het ACKEN EUSSEL. Het rapport werd ondertekend door de leenhouder Jan van Robbroeck op 30 januari 1612.
- 4123 Zie bijlage voor beschrijving.
- 4124 Charles Brooman zoon van Ludovicus griffer van de schatbewaarder van Brussel doet verhef van een leen over en in de naam van juffrouw Gheertruyt sKeysers weduwe van wijlen Loys Brooman. Het leen is gelegen in Merchtem in de wijk van de MOLEWIJCK en paalt aan de goederen van de H Geest van Merchtem en aan de goederen van zijn zuster ook een leen gehouden van de hertog van Brabant. Sterfman van het leen is heer en meester Loys Brooman zoon van meester Charles die het rapport heeft ondertekend op 25 mei 1617.
- 4046 Pauwels de Parmentier zoon van Jan doet verhef van zijn leen van een half bunder te Lebbeke IN DE DIJCT. Het leen paalt aan Gillis Aelbrecht. Van het leen worden verscheidene achterlenen gehouden. De leenrol behoort aan de erfgenamen van Lieven de Keersmaecker fs Antoon toe. Het rapport werd door de leenhouder gezegeld op 6 november 1600.
186 gevonden, 121 t/m 140 getoond, pagina 7 van 10