---------------------------
http://www.arch.be
De archiefbewaarplaatsen
Beschikbaar in de talen: nl | EAC-CPF XML
Soort archiefvormer : Bedrijf/Instelling
Rubriek : G:Abdijen en kloosters, commanderijen
Bron : Archievenoverzicht RA Gent
Periode : Ca. 1280-1797
Omstreeks 1280 vestigden de eerste Karmelieten zich in de Sint-Michielsparochie te Gent. In 1282 kregen ze van de bisschop van Doornik de toelating een klooster en kapel op te richten. Daarom kochten ze in 1287-1288 het refugehuis van de Abdij van Cambron in de Lange Steenstraat en begonnen er aan de bouw van kerk en klooster. Deze Karmelieten werden meestal (Lieve-) Vrouwenbroers geheten. Vanaf de 17de eeuw sprak men ook van de Geschoeide Karmelieten om ze te onderscheiden van de Ongeschoeide Karmelieten. Naar het einde van de 15de eeuw traden de Gentse Karmelieten toe tot een strengere observantie. Beeldenstormers plunderden in 1566 het klooster, waarbij vele kunstwerken, o.a. retabels van Hugo van der Goes, vernield werden. De calvinisten verdreven in 1578, na een grondige plundering, de 23 Karmelieten. In het kloostercomplex werd korte tijd een calvinistische theologische faculteit geïnstalleerd; vanaf 1580 werd het deels verkocht, deels gesloopt. De kerk werd voor de gereformeerde eredienst ingericht. Na de reconciliatie van Gent (1584) keerden enige paters terug; in 1606 waren ze weer met 25. Vanaf 1613 begon de restauratie van kerk en klooster. De bouwactiviteiten zouden de hele 17de en een groot deel van de 18de eeuw voortduren. Veel paters werden ingezet in de zielzorg op het platteland, wat niet bevorderlijk voor het kloosterleven was. In 1627 traden de Gentse karmelieten toe tot de strengere observantie van Touraine. De Vrouwenbroers bezaten goederen te Gent, Laarne, Berlare, Ertvelde, Massemen, Oordegem, Astene en Wetteren en een groot aantal renten. In 1796 hief het Franse bewind het klooster op en begin 1797 werden de 34 religieuzen verdreven. Toen het kloostercomplex in 1797 openbaar verkocht werd, konden ze het via één van hen, als volmachthebber, weer inkopen. Tot een heroprichting van de kloostergemeenschap kwam het niet meer. De resterende Vrouwenbroers lieten bij testament ieder hun deel van het grotendeels verhuurde klooster aan de kerkfabriek van de Heilige-Kerstparochie na, zodat de kerkfabriek in 1845 volledig in het bezit van het kloostercomplex was
Archief van het Klooster van de Geschoeide Karmelieten. "Karmelieten te Gent, nr. 15" is afkomstig uit het Archief van de Onze-Lieve-Vrouwkerk van Nazareth. Nr. 19 is afkomstig van het Stadsarchief van Gent na de ruilovereenkomst van 1955 (Aanwinstnr. 1955/14). Nr. 20 werd omstreeks 1965 verworven, was aanvankelijk als Varia D 3324 geïnventariseerd en is na 1988 aan het bestand toegevoegd.
Stadsarchief Gent, Oud Archief, reeks VIII: 1282-1794 (DECAVELE J. en VANNIEUWENHUYSE J., Archiefgids. I. O.A. (Sa. Gent), nr. 457). - Stadsarchief Gent, Parochieregisters, Geschoeide Karmelieten: overlijdens, 1623-1796. - Gent, Pastorie Heilig-Kerst, Nieuw Archief van de Heilig-Kerstkerk, serie Ma: goederen, akten, 1795 e.v. (GYSSELING M., Inventaris van het Archief van 's-Heiligs-Kerstkerk te Gent, Gent, 1956, p. 37)
DECAVELE J., De Geschoeide Karmelieten te Gent (1272-1796). Historische studie, in Kultureel Jaarboek voor de Provincie Oost-Vlaanderen, 1973, 27, II, p. 1-37. - SIMONS W., Bedelordekloosters in het graafschap Vlaanderen. Chronologie en topografie van de bedelordenverspreiding vóór 1350, Brugge, 1987, p. 117-119
Vaste URL : https://search.arch.be/eac/eac-BE-A0500_106388_DUT