(Margareta, hertogin van Parma en van Plaisance, enz., draagt, gezien het gevaar dat de polder van Groot Merlemont loopt, en op verslag van ridder Jakob Hessele en meester Robrecht du Celier, raadsheren in de Raad van Vlaanderen, de abt van Boudelo op om samen met andere abten, het O.-L.-Vrouw-kapittel Van Kortrijk, de schepenen Van Hulst en Van Hulsterambacht, snel een repartitie op te maken Van de benodigde 7000 lb. fl. (40 groten per lb. ) over de ingelanden Van de bedreigde polders. Zegelaankondiging: geen (1). Onderschrijvers: Margarita; Ja. Reingout. Postscriptum ( "Post data"): daar Robrecht du Celier elders benomen is, wordt hij in deze door raadsheer meester Lieven Snouck vervangen. A. Origineel. Papier (gesloten als brief: 108 breed, 111 hoog) (hoogte: links 336, rechts 337; breedte: boven 217, onder 215). Vier verticale inkepingen. In-folio, waarvan het recto van de le folio de tekst draagt en het verso van de 2e folio de rugnotA.R.G., Abdij van Boudelo, nr. 2566. Op de rug: 1) hand s. XVI: Den Eerweerdigen vader in gode onsen lieven beminden den prelaet vander abdge van Baudeloo. Vermelding: Asaert, Het archief van de Abdij van Boudelo, p. 203. (1) Sporen van rond roodwassen zegel (31 mm doorsnede) op rug om enkele snee heen.)
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Rijksarchief te Gent -
K164 -
1113
Vorige (nr 1112)
|
Volgende (nr 1114)