(De raadsheren van de Raad van Vlaanderen maken bekend dat een proces hangend was te Gent tussen enerzijds Boudelo en O.-L.-VrouwDoornik alsook de procureur-generaal, eisers in materie van complainte in 't cas van nieuwigheden, en anderzijds heer Anthon de Lu, verweerder. De inzet werd gevormd door de tienden te Kemzeke, vooral op de hofhackere, op 't cauterkin, de burchackere, de westackere en naast het huis van Veurhaute. De verweerder had tienden afgevoerd van genoemde gronden wat de eisers minstens een schade van 24 lb. par. veroorzaakte. De procureur-generaal eist 3 lb. par. boete. De verweerder beweert recht te hebben op de "tiend van Waesscoet" vóór het hof van Veurhaute, langs wijlen jonker Arent Cruninghe. De raadsheren vonnissen dat de eisers gegronde klacht hadden en veroordelen de verweerder tot 18 s. gr. schadeloosstelling en 3 lb. par. boete alsook tot de proceskosten. Zegelaankondiging: het zegel van de Kamer van de Baad van Vlaanderen. Ondertekening: By mijnen heeren vanden Raede gheordineerl in Vlaendren. (S. ) Vaernewyc. A. Origineel: niet voorhanden. B. Afschrift uit 1544-1545, onder koptitel "Kemseke", naar A.R.G., Abdij van Boudelo, nr. 9, ff. 3v°-5r°.)
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Rijksarchief te Gent -
K164 -
1012
Vorige (nr 1011)
|
Volgende (nr 1013)