Grote Raad voor de Nederlanden te Mechelen. Banden en delen.
Nadere toegang op de geëxtendeerde sententies van de Grote Raad van Mechelen, 1693-1772
- Nadere toegang
- 99, Philips Vanderdonckt, koster van Zegelsem [Brakel] met hem gevoegd de pastoor, meier en schepenen van Zegelsem, appellanten. De abt van de Sint-Pietersabdij van Lobbes, tiendheffer te Zegelsem, geïntimeerde. Inv. nr. 971, f.247-256. 12 januari 1704. Beroep uit Vlaanderen. Is de abt van Lobbes verplicht om de koster van Zegelsem een jaarlijkse wedde te betalen?. Op 15 september 1695 verklaart de Raad van Vlaanderen dat de abt van Lobbes - zoals hij zelf heeft aangeboden - de collatie van de kosterij van Zegelsem krijgt en zelf een koster moet zoeken die wel tevreden is met de bestaande inkomsten. De Raad veroordeelt Philips Vanderdonckt en zijn medegevoegden tot de proceskosten. De Grote Raad hervormt het vonnis van de Raad van Vlaanderen en verklaart dat de geïntimeerde verplicht is om jaarlijks 6 pond groot bij te dragen in het salaris van de koster en dit met terugwerkende kracht sinds het inleiden van de zaak [1691]. De Grote Raad veroordeelt de geïntimeerde tot de proceskosten van beide instanties.
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 547 -
99