Het oud archief van de kerkfabriek van Sint-Jacob te Brugge (XIIIde-XIXde eeuw). Deel II: Regesten / W. Rombauts.
- 788 1548 juni 14: Vonnis van de vierschaar van de stad en heerlijkheid Middelburg in Vlaanderen in een proces tussen het commun, eiser, en Adriaen Scipmakers, verweerder, betreffende de panding van elf gemeten in de parochie St.-Kruis in de heerlijkheid Middelburg en gelegen in de watering beoostereede in het zevenentwintigste begin, wegens een achterstallige rente van 14 d. par. En één kapoen, waarbij het commun in het bezit wordt gesteld van de elf gemeten., 1548-1548
- 789 1548 juni 20: Schepenen in Brugge oorkonden dat Matheeus van Vijven, pensionaris der stad Brugge, en Magdaleene Dierycx, zijn echtgenote, hebben overgedragen aan de dis zeven renten gevestigd op de tiende van wilravecijde (Raversijde), toebehorend aan de abdij van Beaulieu te Petegem, en op huizen en percelen in Brugge, ni. in de Lane ; de Rammakers straat ; de Moerstraat ; de Wulfhagestraat ; thoochstick en de Grauwwerkersstraat, en dat zij daarenboven nog hebben geschonken een bedrag van 28 s. gr. tot aankoop van een rente van 14 gr., dit alles om jaarlijks vier dissen te laten stellen., 1548-1548
- 790 1548 juni 20: Schepenen in Brugge oorkonden dat Matheeus van Vijven, pensionaris van de stad Brugge, en Magdaleene, dochter van Anthuenis Janssuene Dierijcx, zijn echtgenote, aan het commun hebben overgedragen een rente van 5 s. 11 d. gr. gevestigd op de grote tol der stad Brugge, staende jeghens over sint jansbrugghe, toebehoorende den hertoghe van vendosmois, verder nog een rente van 21 gr. gevestigd op twee huizen, eigendom van het St.-Obrechtsgodshuis, naast elkaar gelegen in de Langestraat tegenover het genoemde godshuis en aan de oostkant van tbrugskin., 1548-1548
- 791 1548 december 5: Schepenen in Brugge oorkonden dat Beldekin de Zaghere en zijn echtgenote Adriane, voordien weduwe van Erasme vander Houve, hebben overgedragen aan Jan vander Houve een rente vermeld in een aangehecht charter van 19 september 1541 (zie reg. nr. 765)., 1541-1548
- 792 1549 juni 15: Schepenen in Brugge oorkonden dat Mattheus van Viven, pensionaris der stad Brugge, en Magdaleene Dierycx, zijn echtgenote, hebben geschonken aan de dis een rente van 10 s. gr. gevestigd op zeven huizen bij de speypoort aan de oostzijde van de Reye, om jaarlijks daarmede een dis te stellen., 1549-1549
- 793 1550 mei 12: Schepenen in Brugge oorkonden dat Elysabeth Bouchouts aan de dis heeft overgedragen alle rechten die zij kon laten gelden op een rente van 15 s. gr. op een huis gelegen bij het klooster der Minderbroeders., 1550-1550
- 794 1550 mei 12: Schepenen in Brugge oorkonden dat Margriete vander Muelene heeft overgedragen aan de dis alle rechten die zij kon laten gelden op een rente vermeld in een aangehecht charter van 20 maart 1542 n.s. (zie reg. nr. 767)., 1542-1550
- 795 1550 augustus 1: De prior en het convent der Karmelieten te Brugge erkennen dat zij van Marie van den Poele hebben ontvangen een bedrag van 24 lb. gr. tot het kopen van een rente voor het verrichten van diensten tijdens het octaaf van het feest van het H. Sacrament., 1550-1550
- 796 1550 december 7: Schepenen in Brugge oorkonden dat Margriete Sdeckers, weduwe van Augustin Leaerd, ten voordele van het commun een rente van 5 s. gr. Heeft gevestigd op een onlangs door haar gebouwd huis, genaamd de keyserinne, aan de noordzijde van de Spiegelrei stroomafwaarts van de Koningbrug., 1550-1550
- 797 1551 n.s. februari 28: Vonnis van schepenen van het Brugse Vrije in een proces tussen het commun, eiser, en de kinderen van Cornelis vanden Zande, verweerders, betreffende een achterstallige rente van 9 s. par. en 1 hen gevestigd op twee en een half lijnen gelegen te Loppem, waarbij wordt bepaald dat het commun de inkomsten uit deze gronden mag genieten tot aan de schuld is voldaan., 1551-1551
- 798 1551 n.s. maart 1 : Dismeesters verklaren dat Vincent Ferret heeft geschonken aan de dis twee renten, nl. één van 2 lb. 10 s. gr., deel van een rente van 20 lb. gr., ten laste van de spijker van Brugge, en één van 2 lb. 10 s. gr., deel van een rente van 10 lb. gr., ten laste der stad Brugge, waarvoor de dismeesters beloven, zolang als de rente kan worden geind, door het commun te doen verrichten twee jaargetijden, nl. één voor Symoen Ferret, broeder van Vincent, en één voor hemzelf na zijn overüjden en zolang als hij zal leven een mis van de H. Geest op het feest van St.-Vincentius, en verder beloven de dismeesters dat op de dag van het jaargetijde van Cornelis Ferret, vader van Vincent, en van het jaargetijde van Elisabeth du Vosquel, diens moeder, een dis zal worden gesteld, verder verklaren de dismeesters nog dat telkens op de eerste maart 13 s. en 4 d. gr. zal worden betaald aan de Gilde van het Heilig Sacrament voor het waslicht tijdens de bovengenoemde diensten., 1551-1551
- 799 1551 mei 25: Schepenen van de ghemeender heerlichede ende vierschare in Ardooie van de abt van St.-Amands in Pévèle en van jr. Andries van Claerhout oorkonden dat Hendrick Baert, met toestemming van zijn echtgenote Maeykin, dochter van Cornelis de Coop, heeft verkocht aan de dis een rente van 30 s.gr. op negen gemeten in de parochie Ardooie onder bovengenoemde heerlijkheid., 1551-1551
- 800 1551 mei 27: Schepenen in Brugge oorkonden dat Jan vander Houve en Margriete, Jacop Huusins dochter, zijn echtgenote, aan de dis hebben overgedragen een rente vermeld in een charter van 5 december 1548 (zie reg. nr. 791)., 1548-1551
- 801 1551 juli 30: Vonnis van schepenen van Brugge in een proces van de Gilde van het Heilig Sacrament betreffende een achterstallige rente vermeld in een geihsereerde akte dd. 7 mei 1509 (zie reg. nr. 683) en waarbij de verweerder verplicht wordt de rente te betalen., 1509-1551
- 802 1552 april 29: Schepenen in Brugge oorkonden dat Sebastiaen vanden Berghe en Anna de Smet, zijn echtgenote, voordien weduwe van Joos de Hoyere, ten voordele van de dis een rente van 20 s. gr. hebben gevestigd op een huis gelegen in de St.-Jakobsstraat, genaamd tleeukin, naast het huis de zeepketele, om daarmede twee dissen te stellen., 1552-1552
- 803 1552 april 29: Schepenen in Brugge oorkonden dat Sebastiaen vanden Berghe en Anna de Smet, zijn echtgenote, voordien weduwe van Joos de Hoyere, ten voordele van het commun een rente van 6 s. 8 d. gr. hebben gevestigd op een huis met toebehoren vermeld in een akte van dezelfde datum (zie reg. nr.802), tot het verrichten van een jaargetijde voor bovengenoemde echtgenoten., 1552-1552
- 804 1552 juni 9: Schepenen in Brugge oorkonden dat Marie de Witte, weduwe van Jan Clayszone. aan het commun heeft overgedragen een rente van 25 gr. 8 miten, gevestigd op een huis met toebehoren aan de westzijde van de Reye tussen de Koningbrug en de sint jansbrugghe, genoemd den roosenhoet., 1552-1552
- 805 1552 juni 19: De leden van het commun verklaren dat Marie de Witte, weduwe van Jan Claysseume en voordien van Pieter van Muelenbeke, verscheidene renten, samen 4 lb. 19 s. 5 d. gr. 8 miten, hadden gevestigd en daarbij nog geschonken een bedrag van 2 lb. 16 s. gr. voor het verrichten van verscheidene diensten en voor het stellen van twee dissen, de eerste dis op 9 maart, de dag van het jaargetijde van Pieter van Muelenbeke, en de tweede dis op de dag van het feest van O.-L.-Vrouw van Zeven Smarten, tevens de dag van het jaargetijde van Marie de Witte, en de leden van het commun beloven de dis jaarlijk 20 s. gr. te betalen voor het stellen van die twee dissen en daarbij nog 2 s. 1 d. gr. voor het toezicht op de fundatie op de dag van het feest van O.-L.-Vrouw van Zeven Smarten., 1552-1552
- 806 1552 juli 18: Schepenen in Brugge oorkonden, dat Anthuenis Puteau en Adriaene de Meestere, tevoren Jacop Colins weduwe, zijn echtgenote, hebben overgedragen ten voordele van Coppen, zoon van Jacop Coolins en van Adriaene de Meestere, een rente van 20 s. gr. vermeld in een aangehecht charter van 26 juni 1545 (zie reg. nr. 777)., 1545-1552
- 807 1552 oktober 8: Vonnis van burgemeesters en schepenen van het Brugse Vrije in een geschil tussen het commun, eiser, en Jan de Vriend en Pieter Bruusch, verweerders, betreffende een cijns vermeld in een akte van 14 mei 1547 (zie reg. nr. 784). De verweerders weigeren de volle cijns te betalen voor de vier en een half gemeten die zij gebruiken, maar zijn wel bereid hun aandeel in de rente te betalen. De eiser voert aan dat het hier gaat om een hoofdmanschap en dat de rente dus niet kan worden gespleten. Het vonnis wijst dat de bovenvermelde gronden blijven in beslag genomen., 1547-1552
243 gevonden, 101 t/m 120 getoond, pagina 6 van 13