Inventaris van het archief van de Abdij van Beaulieu te Petegem bij Oudenaarde, 1145-1691
- 193 Voor Jehan le Kint, stedehouder van Thiery de Lannoy, hoogbaljuw van de bisschop van Doornik, voor Gerard Osquin, Jehan Hanet, Jehan Escarpriel, Regnault Parsey en Arnoul de l'Espine, schepenen van de heerlijkheid van Helchin-Saint-Génois, hebben Adriaan Haquinot, Mathieu Bultiel, Jehan du Carnoit over zijn vrouw Isabel Bultielle, en Jacop Pauwels over zijn vrouw Elisabeth Bultielle, kinderen van Felix Bultiel en Katarine Bultielle, en Jehan Steyaert en Gille Bultiel als voogden en curatoren van Haquinot en Mathieu Bultiel, kinderen van Felix Bultiel en Katarine de Thidenghien, verkocht aan Collard de Quarmont, ontvanger van de abdij van Beaulieu, 5 hondert weide gelegen te Helchin. 1 juni 1473.
- 194 Akte van Karel, hertog van Boergondië, waarbij hij de inkomsten vande abdij van Beaulieu aan renten, landen en erfachtigheden, ten bedrage van 415 pond 11 sch. par. per jaar, opnieuw amortiseert. Deze goederen werden verworven gedurende de laatste 60 jaar. Oktober 1474.
- 195 Akkoord tussen de abdij van Beaulieu en de vertegenwoordigers van Willem Rijm, zoon van Lodewijk, in hun geschil betreffende het afvoeren en zuiveren van het water van de "Huenbekevijver" te Overboelare. 8 oktober 1474.
- 196 Kwijtschrift van Eustacius Smekaert, pastoor van Werken aan Willem vanden Walle, ridder, pachter van de tiende van Werken, toebehorend aan de abdij van Beaulieu te Petegem, over de som van 5 pond par. 12 december 1474.
- 197 Anthoine Spillart, secretaris van de hertog van Boergondië, verklaart van de abdij van Beaulieu de som van 600 pond par. ontvangen te hebben, als amortisatierechten over hun verworven goederen tijdens de laatste 60 jaar. 27 janurai 1475.
- 198 Voor Matthijs Heymare, baljuw en wettelijk maander van heerlijkheid en vierschaar van de abdis van Beaulieu, in Eessen bij Diksmuide, voor Leysevael Lotin, Lauwereys Eleney, Gillis Meingheer, Jan Mondt en Clays Zuerinc als laten, heeft Passchine, weduwe van Adriaan sWilden, en Archeles Stevins en Jan Plenier als voogden over haar kinderen, 1 gemeet en 90 roeden land verkocht aan Joos van Bavendamme. 23 maart 1477.
- 199 Aartshertog Maximiliaan en Maria van Bourgondië amortiseren alle goederen die de abdij van Beaulieu zal verwerven in de loop van het jaar, tot de som van 10 pond gr. erfelijke rente per jaar. Januari 1480.
- 200 Voor Jacop de Bleeckere, baljuw en wettelijk maander van Roland van Anveyn, kastelein en hoogbaljuw van de graaf van Vlaanderen in zijn kasteel en heerlijkheid van Petegem, voor Jan Devenyn, Jan de Smet, Arent de Mests en Wouter Ketelle, schepenen van dezelfde heerlijkheid, hebben Jan Bollet en vrouw Margriet aan Françoisse van Boerighem, dochteur van Michiel, 6 hondert en 12 roeden lan verpacht voor 48 sch. par. per jaar. 1483.
- 201 Jacques van Savoie, graaf van Romont, Saint-Pol, Liney, enz., heer van het land van Vaulx, Enghien, enz. verklaart de abdij van Beaulieu onder zijn bescherming te nemen. 13 april 1485.
- 202 Voor Cornelis vanden Clicthove en Jan van Gherbeke, schepenen van Veurne-Ambacht, eist Jan de Corte als ontvanger van de abdij van Beaulieu, de betaling van een achterstallige erfelijke rente op 2 gemeten land te Houtem. 22 september 1485.
- 203 Voor Wouter vander Meere. Bernard van Huerne, Joos Cabeiliau en Daniel Illoirs, erfachtige mannen van de Roomse Koning en zijn zoon Filips, heeft Robbrecht Hoen, pastoor-deken van Oudenaarde, en Lodewijk Winnoc, priester, samen met dekerkmeesters van de Sint-Walburgakerk te Oudenaarde, namelijk Jan Letteweerck en Jan de Wulf, zoon van Andries, een accoord gesloten met de abdij vaGhedan Beaulieu betreffende een goed te Elsegem, waarop een rente in hun voordeel is bezet, maar niet betaald en bijgevolg werd aangeslagen. Ook de abdij van Beaulieu bezat op dit goed een rente van 4 pond par. De abdij wordt betaald en men erkent haar rechten voor de toekomst. 28 maart 1495.
- 204 Voor Hendrik vander Wostinen, baljuw en wettelijk maander van de abt van de Sint-Pietersabdij te Gent van zijn heerlijkheid van Walem in Wortegem, voor Simoen van der Beken, Jan vander Wostinen, zoon van Hendrik, Pieter vanden Doorpe, Jacop de Cupere, Roegier vander Helst, Willem Locket en Adriaan de Keteleere als shepenen van dezelfde heerlijkheid, heeft Jan Quamoere als ontvanger en procureur van de abdij van Beaulieu, aan Jan vanden Wiele, zoon van Adriaan, een weide en bos, "Hemelrijcke" genoemd, in erfelijke rente gegeven tegen 3 pond 12 sch.par per jaar. 26 februari 1498.
- 257 Voor Hendrik vander Wostinen, baljuw van de abt van de Sint-Pietersabdij te Gent, en voor ... Beken, Willem Locket, Jan vander Wostinen, Jacop de Cupere, Adriaan de Keteleere en Roegier vander Helst, schepenen van zijn heerlijkheid van Walem te Wortegem, is na klacht van Pieter de Lathauwere, procureur en ontvanger van de abdij van Beaulieu, betreffende een erfelijke rente van 4 pond en 4 sch. par. per jaar, verachterd over zeven jaren, een overeenkomst gesloten tussen Pieter vanden Doorpe en de abdij, waarbij Pieter vanden Doorpe een erfelijke rente van 40 sch. par. per jaar aan de abdij zal betalen. 28 juli 1495.
73 gevonden, 61 t/m 73 getoond, pagina 4 van 4