Inventaris van het Sint-Margriethospitaal te Schorisse, ca.1416-1796
- 1 Arnoud van Gavere en zijn echtgenote Isabella van Gistel schenken aan Jan Vos, pastoor van Nederename, de kapelanie van het hospitaal te Schorisse, belast met vijf missen per week. Het hospitaal is hem daarvoor schuldig: 1° 12 pond par. per jaar; 2° een kamer met bed en onderhoud ervan; 3° soep; 4° een vet varken op kerstavond of 3 schilden; 5° 1000 fayceelen brandhout uit het Bos te Rijst of 36 groten; 6° 4 stenen boter; 7° 400 eieren, dit alles uit de 100 ponden par. ten voordele van het hospitaal door voornoemde heren gevestigd op het Bos te Rijst. Bovendien worden aan Jan Vos en zijn opvolgers toegewezen; 1° een erfrente van 4 pond par. per jaar gevestigd op het goed van wijlen Gillioot vanden Broecke in de Markette; 2° 36 groten per jaar op een halve bunder land in de Krombeek (Crombeke) te Zegelsem, eertijds toebehorend aan Jan vander Brugghen, nu aan de Brant; 3° een erfrente van 6 halsters koren en 6 kapoenen, gevestigd op het Steenveld in Sint-Maria-Horebeke, op het goed dat eertijds aan Dammeleere toebehoorde; 4° 2 bunder land bij Ten Hede in voornoemde gemeente, nu gepacht door Arnoud Lodins. 7 mei 1416.
- 2 "Ordonnantie" van Arnoud van Gavere en echtgenote Isabella van Gistel, heer en vrouw van Schorisse, vóór de schepenen van Keure en Gedele van Gent, nopens de goederen die zij aan het Sint- Margriethospitaal van Schorisse schenken: 1° een halve bunder eigen goed waarop hospitaal, kapel, tuin en boomgaard gelegen zijn; 2° een woonstede daarnaast, gekocht van Pieter de Wulf, belast met een kapoenrente t.v.v. het hof van Schorisse; 3° een woonstede rechtover het hospitaal, eertijds toebehorend aan Hendrik Stassyns, waarop Arnoud de Wagheneere en cijns van 3 pond 12 sch. par. schuldig is aan het hospitaal; 4° het negende deel van het tiend van Schorisse; 5° een rente van 24 sch. par. per jaar op het goed van Paulus vanden Bouchote te Zegelsem; 6° 5 bunder land en weide bij Sreusen in Zegelsem, eertijds toebehorend aan Mangelvoets, waarop Jacob (Coppin) de Wreede een cijns van 31 sch. par. schuldig is; 7° 36 sch. par. per jaar op een half bunder land, bos en weide, gelegen in Krombeek (Crombeke) te Zegelsem, eertijds toebehorend aan Jan vander Brugghen en 1 dw. daarnaast; 8° een erfrente van 4 pond par. per jaar gekocht van Jan Haubeert en gevestigd op 6 bunder land in de Markette te Schorisse; 9° 2 bunder land bij Ten Hede in Sint-Maria-Horebeke; 10° een rente van 6 halsters koren en 6 kapoenen per jaar op het Steenveld in de voornoemde gemeente; 11° een rente van 100 pond par. per jaar gevestigd op het bos van de Rijst. Daarvoor moet het hospitaal een aantal nader beschreven diensten leveren. Na het overlijden van Arnoud bevestigt Isabella het hospitaal ook in het bezit van liturgische ornamenten, klok, bedden e.a. (min. 10), keukengerief. 11 mei 1416.
- 3 Op verzoek van Isabella van Gistel, weduwe van ridder Arnold van Gavere, heer van Schorisse, amortiseert Filips de Goede, hertog van Boergondië, de goederen en inkomsten die de eerstgenoemden geschonken hebben voor de stichting van het Sint-Margriethospitaal met bijhorende eeuwige kapelanie, gelegen tussen het kasteel en de parochiekerk van Schorisse, bestemd voor vier zusters en één kapelaan ten dienste van de armen. Het betreft: 1° een huis en erf waarin het hospitaal ondergebracht wordt; 2° twee aan elkaar en aan het hospitaal grenzende hofsteden, die elk 12 pond par. per jaar opbrengen; 3° één negende van het tiend van Schorisse, ter waarde van 36 pond par. per jaar; 4° een rente van 76 pond 4 sch. par. op het allodiale Bos te Rijst, te heffen vóór alle andere rechthebbenden; 5° een rente van 24 sch. par. per jaar, gevestigd op de hofstede van Paulus de le Bouchoute te Zegelsem; 6° 32 sch. par. per jaar, gevestigd op een weide te Zegelsem, thans behorend aan Jacob (Coppin) le Wreede; 7° 2 bunder land gelegen ten Hede in Sint-Maria- Horebeke, belast met een cijns van 13 pond 4 sch. par.; 8° 6 halsters haver en 6 kapoenen per jaar, gevestigd op het Steenveld te Stene in voornoemde gemeente; 9° 4 pond par. op 6 bunder land, gelegen te Markette in Schorisse en toebehorend aan Gilliot de le Broucke; 10° 36 sch. par. per jaar op een half bunder grond van wijlen Jan du Pont, gelegen te Krombeek in Zegelsem. Dit alles maakt samen een jaarlijks inkomen van 150 pond Vlaamse munt. Getuigen: heer Roeland van Duinkerke (Dunckerke) en de heer van Massemen (Masmines). Geregistreerd in de Rekenkamer te Rijsel op 30 mei 1424. Juni 1423.
- 4 Joannes (V van Gavere), bisschop van Kamerijk, geeft zijn goedkeuring aan de stichting van het hospitaal van Schorisse door zijn bloedverwante Isabella van Gistel en aan de amortisatie van de hospitaalgoederen door hertog Filips de Goede; hij stelt de kloostergemeenschap onder de Cisterciënzerregel van de H. Bernardus en onder het toezicht van de landsdeken. 12 juni 1428.
- 5 Godefridus (van Schorisse), abt van Sint-Salvatorsabdij te Ename, geeft een vidimus van de oorkonden ontleed in regesten nr. 3 en 4. In dorso: regest nr. 6. 24 september 1431.
- 6 Notaris Jac. Genethz getuigt dat de oorkonde, beschreven onder regest nr. 5, alsmede de originele oorkonden in het bezit van het hospitaal van Schorisse, ter veilige bewaring werden overgemaakt aan het archief van het klooster van Maagdendale, vertegenwoordigd door Maria de Luminne, abdis, en Joanna de Cornice, Gertrudis de Luminne en Lya de Heurne, kloosterlingen. Getuigen: Willem Wallots, pensionaris van de parochiekerk van Schorisse en Gerardus Sackebant, pastoor van Maarke. 2 oktober 1431.
- 7 Vidimus door notaris en priester Jacobus de Genethz van regesten nrs. 3 en 4, op vraag van Margareta Boddans en Margareta Sdonckers, zusters van het hospitaal te Schorisse. Getuigen: de abdis van Maagdendale (in wier huis te Pamele dit vidimus verleden wordt), andere zusters van laatstgenoemde abdij, Gerardus Sackebant, pastoor van Maarke en Willem Wallots, priester van het bisdom Kamerijk. 2 oktober 1431.
- 8 Vóór baljuw en schepenen van de heerlijkheid van jonkheer Roegier van Schorisse (Scoerse) in Sint-Maria-Horebeke, vestigt het hospitaal van Schorisse, vertegenwoordigd door Margareta Boddaens, priores, en Jan Martins, kapelaan, een erfelijke rente van 6 pond 12 sch. par. per jaar op een halve bunder land in Essenborre (Esschenborre) en op 1 dw. 14 r. land in 's Dekens Veld (Sdekins Velt) (dit laatste stuk behoort in helftwinning aan de pastorie van Sint-Kornelis-Horebeke), ten laste van Steven van den Borre, gehuwd met Geertruid Broers. Als pand stelt voornoemde Steven een half dw. 14 r. land op 's Dekens Veld (belast met een rente t.v.v. de kerk van Sint-Maria-Horebeke) en 32 r. land op de Spikine (belast met een rente t.v.v. de heer van Rokegem). Steven heeft die stukken geleend van zijn vader, Pieter van den Borre, gehuwd met Geertruid Sceppers. 27 oktober 1448.
- 9 Joannes van Bourgondië (de Burgundia), bisschop van Kamerijk, bevestigt de wijding door zijn suffragaanbisschop Godefridus, van de nieuwe kapel van het Sint-Margriethospitaal, opgericht door kapelaan-priester Joannes de Scalda, vestigt het kerkwijdingsfeest op de zondag vóór het feest van de Heilige Margareta en verleent aflaten op dit feest en diverse feestdagen, o.a. van de Heiligen Joannes Baptista, Joannes de Evangelist, Georgius. 6 augustus 1474.
- 10 Vóór de schepenbank van het Land van Schorisse verpacht Elegast Hellebaut, kapelaan van het klooster van Schorisse, uit de goederen van de kapelanie, een halve bunder weide, genoemd Hospitaalheide (Spittael Heye), grenzend aan 's Poorters Heide (Spoerters Heye) en gelegen te Zegelsem in de Krombeek, aan Arnoud Donkerwolk, alias vanden Walle, gehuwd met Elisabeth Smeyers, en vestigt er een erfrente op van 36 sch. par. Vlaamse munt. Dit stuk land is ook belast met een heerlijke rente van 10 sch. par. t.v.v. de heer van Schorisse: bovendien moet Donkerwolk er 36 plantsoenen op plaatsen en onderhouden. Als pand voor de rente stellen laatstgenoemde en zijn echtgenote nog: 1° een weide van 1 dw. 32 r. in de Krombeek en grenzend aan de straat; 2° 18 r. in de woonplaats van Robrecht Smeyers; 3° 32 r. in het bos bij de voornoemde woonplaats. Deze drie partijen zijn belast met een heerlijke rente van 3 sch. par. per jaar t.v.v. de heer van Schorisse en een lijfrente van 24 sch. par. per jaar t.v.v. Bernard Plaetkiin. 5 maart 1481 n.s.
- 11 Voor de schepenbank van Sint-Kornelis-Horebeke koopt Barbara Coels, kloosterlinge van het Sint-Margrietklooster, t.v.v. dit klooster, een erfelijke losrente van 2 pond 8 sch. Vlaamse munt van Jan Maroeyen, zoon van Joos, gehuwd met Barbara vanden Obstalle. Als pand stellen laatstgenoemden: 1° de woonstede van Jan Maroeyen, 5 bunder groot, gelegen bij de Heerweg (Heerwich) en belast met renten t.v.v. de heer van Lahamaide; 2° 75 r. weide in de Abessemmeersch; 3° 5 bunder op het Hofland, eveneens belast met een rente t.v.v. de heer van Lahamaide; 4° 5 bunder op het Nederveld, naast het Hofland en de straat; 5° 80 r. op het Nederveld, belast met een rente t.v.v. de heer van Lahamaide. 23 maart 1506 n.s.
- 12 Nicasius Hanneron, ontvanger ad hoc van de graaf van Vlaanderen, geeft kwijting voor ontvangst van de amortisatie van de volgende goederen van het klooster van Schorisse: 1° een erfelijke losrente van 4 sch. groot door zuster Isabeau de Conseil gekocht van Eustachius Wouters t.v.v. het klooster, gevestigd op een halve bunder en 32 r. land in Zegelsem; 2° een gelijke rente door dezelfde gekocht van Jan Wouters, zoon van Eustachius, gevestigd op 1 dw. grond op Tcardeniers en op 25 r. grenzend aan de Dries van Zegelsem en de Linde; 3° een gelijke rente van 12 sch. groot, door dezelfde gekocht van Arnoud Wyts, gezegd Lancbeen, gevestigd op anderhalve dw. land en een andere dw. op het Hoekveld, 1 dw. land op de Steenberg en op 1 dw. weide op de Abbessenmersch, alles in Sint-Kornelis-Horebeke; 4° een gelijke rente van 4 sch. groot, door de priores gekocht van Jan Maroye, gevestigd op diens huis, op 72 r. weide op de Abbessenmersch (Pré des Abesses), op een halve bunder op het Hofland, op een halve bunder en 80 r. op het Nederveld, alles in Sint-Kornelis-Horebeke, 5° een gelijke rente van 4 sch. groot, door de overste gekocht van Zeger Pevenage, gevestigd op 2 dw. grond op Nokermansstede en 2 dw. 60 r. op het Steenveld in voornoemde gemeente; 6° een gelijke rente van 12 sch. groot, door de overste gekocht van Simon de Wannemakere, gevestigd op een halve dw. en 60 r. op de Heecauter, op 3,5 dw. bij de Hoogstraat en op een halve dw., alles te Zegelsem. 15 april 1516.
- 13 Voor de schepenbank van Opbrakel koopt Elisabeth vanden Rae, kloosterlinge van het hospitaal van Schorisse, een erfelijke losrente van 10 sch. groot per jaar, van de gebroeders Niklaas en Luc de Man. Als pand stellen deze laatsten: 1° anderhalf dw. land op Willemsveld; 2° 1 dw. op hetzelfde veld; 3° 1 dw. bij Jan Ghys' stede; 4° 1 oud dw. en 40 r. bij Pieter de Man's bezit; 5° een halve dw. op de Steenpaal; 6° 40 r. op de Steenpaal bij de Grote Weg, belast met een heerlijke rente t.v.v. de heer van Opbrakel. Bij gebrek aan betaling van de rente mogen Elisabeth vanden Rae of het hospitaal beslag leggen op deze panden. 20 juli 1529.
- 14 Vóór meier en laten van de heerlijkheid Hoovoest in Zegelsem, koopt Elisabeth vanden Rae, kloosterlinge in het hospitaal van Schorisse, van Willem Ponte, zoon van Antonius en echtgenoot van Louis vander Eecke, een erfelijke losrente van 3 pond 12 sch. par. per jaar, gevestigd op: 1° 1 dw. land grenzend aan het Bavelt; 2° 1 dw. land ter Hellen; 3° een halve dw. land op Tsaelcorevelt. Al deze gronden liggen in Zegelsem en zijn belast met een heerlijke rente aan de vrouw van Bevere, die de voornoemde heerlijkheid bezat. 31 augustus 1529.
- 15 Op verzoek van de kloostergemeenschap van het hospitaal geeft notaris Enoch Malins een authentieke Nederlandse vertaling van regesten nrs. 3 en 4. 6 januari 1552.
- 16 Vóór de schepenbank van Opbrakel verkopen Katelijn Tshazen, weduwe van Taillefeert Quattroys, en Geraard Quattroys, als voogden van de wezen van voornoemde Taillefeert, aan Jacques Ysenbaert een erfelijke losrente van 48 sch. par. per jaar. Deze rente is gevestigd op: 1° een halve dw. land op de Steenpaal; 2° een halve dw. op het Willemsveld, grenzend aan het Buyenstraetkin; 3° een halve dw. op het Ketelboetersveld (Kethelbuutersvelt). 9 april 1559.
- 17 Vóór de schepenbank van de heerlijkheid van de abdij van Ename koop Katelijn van Brakelle, dochter van Gillis, een erfelijke losrente van 3 pond 12 sch. par. per jaar van Jan van Helleputte, zoon van Pieter. Als pand stelt laatstgenoemde een woonstedeke op Maldegem in Sint-Denijs-Boekel, belast met een rente t.v.v. het klooster van Ename. 20 april 1562.
- 18 Vóór de schepenbank van Opbrakel verkopen Elisabeth Quattroys, dochter van Jan en weduwe van Passchier Vincke, en haar voogd Antonis van Pevenaege, aan Jacques Ysenbaert een erfelijke losrente van 24 sch. par. per jaar, gevestigd op haar huis, gelegen Ter Linden, grenzend aan het Blekersstraatje en aan 's Heren Straat. In dorso: regest nr. 19. 14 juli 1573.
- 19 Overdracht, vóór de schepenbank van Schorisse, van de rente beschreven in regest nr. 18, aan het hospitaal van Schorisse. 11 januari 1574 n.s.
- 20 Vóór de schepenbank van Schorisse transporteert Jacques Ysenbaert de rente, beschreven onder regest nr. 16, t.v.v. het hospitaal, alsmede een andere rente van 24 sch. par. per jaar, gevestigd op het huis van de erfgenamen van Jan vanden Abbeele (zie regest nr. 18) en een rente van 4 pond 3 sch. par. per jaar. Daarvoor moet elk jaar op Witte Donderdag voor 12 sch. par. wijn en wit brood aangekocht worden voor een middagmaal van de kloosterlingen, die bovendien elk een halve stuiver ontvangen, mits het verrichten van bepaalde gebeden; op Goede Vrijdag zal de armmeester van Schorisse 13 sch. par. ontvangen voor de behoeftigen; tenslotte zal een jaarmis in de kapel van het klooster opgedragen worden voor de schenker, zijn familie en vrienden. 11 januari 1574 n.s.
51 gevonden, 1 t/m 20 getoond, pagina 1 van 3