Regestenlijst der oorkonden van de Benediktinessenabdij te Nonnemielen bij Sint-Truiden
- 158 1440, 6 juni. - Inden jare na dy gheboerte onss heren Jhesu Christi dusent vierhondert ende viertich des sesden daechs der maent van junio off niffelmaent. Demeier van Godscalk Robeerts en de schepenen van het hof van Andennen, alias van Dalem, oorkonden dat Art Smeiers van Gingelom in erfelijke jaarpacht aan Kathrien van Musen, religieuze te Mielen, een mud koren verkocht heeft, op 1/2 bunder akkerland, gelegen te Gingelom, bij het land van de priores van Mielen, aan de straat van Niel naar Sint-Truiden. Meier: Scellen, Jyn Scellenszoon. Schepenen: Godscalk Robeerts, Jan Scellens; Ghert Gherts; Peter Tutelers, alias Smeyers.
- 159 Int jair der gheboirten ons heeren duysent vierhondert ende viertich in junio XI daghe. De meier en de laten van het cijnshof van het Sint-Truidense gasthuis, oorkonden dat Jan Bollen van Kadelingen een mud rogge in erfpacht verkocht heeft aan Otto Comans, ten voordeel van pitantie van Nonnemielen. Als pand stelt hij 9 roeden land, Velmscher maten, gelegen te Velm, aan de Tongerse straat. Bekrachtigd door de schout en de schepenen van Sint- Truiden. Meier: Adaem Abertijns. Laten: Ghisebrecht Abertijns, schepen, van Sint-Truiden; Wouter Uyt den Broeke; Ghielis Hoets; Henric Waerniers; Henric Maerscalx. Schout van de abt: Lambrecht van Werfengeys. Schepenen: Art Waerniers; Ghielis van Hoeme; Dieric Gruyter; Ghisebrecht Abertijns. 1440, 11 juni.
- 160 Gegeven int jaer onss heren dusent vierhondert ende veertich opten achtiensten dach der maent juli. Burgemeesters, schepenen en raad van Brussel, bevestigen dat Wouter van Straten, zoon van wijlen Willem van Straten, aan zijn neef Willem, zoon van zijn vaders broer, al zijn rechten verkocht heeft op twee huizen, gelegen te Sint-Truiden in de Schuerhovestrate, naast het goed van Gheert Gerard en het klooster van de predikheren. 1440, 18 juli.
- 161 Int jaer ons heren Xllll ende XL in die maent van julio des ses ende twintichtste daechs. De meier en de laten van het hof van Andennen, anders geheten van Dalem te Gingelom, oorkonden dat Reyner Rausschart van Rijkel 21 grote roeden en 2 korte heeft overgedragen aan Willem van Steyvorde, echtgenoot van zijn dochter Katherine. Willem verkocht dit land, verdeeld over 6 stukken, gedeeltelijk grenzend aan het klooster en de pitantie van Mielen, dadelijk verder aan de priores van Nonnemielen, door bemiddeling van heer Otto Coman. Meier: Ghielis van Elderen. Schepenen: Gheert Tutelere der Auwe; Godschalc Robeerts; Jan Schellens; Peter Tutelere. 1440, 26 juli.
- 162 In den jare ons Heren Xlllc ende XLl in den loymaent XXVlll daghe. Wouter van der Molen, rechter van heer Reyners van Brede, proost van het klooster van Sint-Truiden in het cijnshof aldaar, Eyelman Peecstert, Jan van der Ransbeke, Jannes Finsen, Ardt Stas, laten van hetzelfde cijnshof, verklaren dat de jonkvrouwe Katherina van Muysen, kloosterlinge te Nonnemielen, aan Ghielis Reyners een beemd te Metseren in erfpacht heeft gegeven, gelegen op de heerlijkheid van Sint-Truiden, palende aan de gronden van Jannes Gherven, uit Mielen-boven-Aalst, en van Jan van Fleymale. De pachtsom bedraagt 1 rijnsgulden betaalbaar in twee termijnen. Na de dood van Katherina van Muysen en van haar twee aangeduide erfgenamen, de nonnen jonkvrouwe Katherina van Tille en Azielien van Tille, zal deze pacht betaald worden aan het klooster te Nonnemielen. Bekrachtigd door schepenen van Sint-Truiden: Jan Cruyders en Vrancke Amyelis van Lachy. 1441, 28 januari.
- 163 Inden jare der gheboirten ons heeren duysent-vierhondert ende eenenvertich des seven ende twintichststen daichs in April. De schout en de schepenen van Sint-Truiden, meier en laten van het proosthof en van het cijnshof van Henric Voss gichten ende gueden op 22 juli 1440 Willem en Jenneken van Straten, kinderen van wijlen Willem de Jonge van Straten, in het bezit van twee, zwaar met erfcijnzen belaste huizen in de Schuurhovenstraat, nadat hun oom, Lybrecht Wouters, en hun tante, Janne van Straten, verklaard hebben daarop geen rechten te laten gelden. Zij verkopen de twee huizen aan het klooster van Nonnemielen, en zijn hun zuster Margriet, religieuze in hetzelfde konvent, een jaarlijkse erfcijns schuldig van twee mudden rogge. Op dezelfde datum, 27 april 1441, verzocht ook Wouter van Straten om gegicht te worden in zijn deel van de erfenis, dat hem toekomt na de dood van zijn vader en moeder. Schout van de Prins-Bisschop: Jan van Hamele. Proosthof: proost: Reyner van Brede. Meier: Wouter vander Molen. Schepenen en laten: Henric Tiegeldecker; Gielis van Hoerne; Kerstiaen van Heysselt; Ghisebrecht Abertijns; Jan Cruyer; Herman van Mettecoven. Laten: Aert Cuyper; Jan van Hese. Henric Voss-hof: meier: Henric Voss. Laten: meier: Henric Voss. 1441, 27 april.
- 164 Lan de gransce milhe quatre cens et quaranteung de moys de decembre le chinaueme jour. Voor de meier en de gezworenen van het allodiaal hof van Chiese Dieu, gelegen tussen Sainte Marie en Saint Lambert te Luik, verheft Giele de Wandre, zoon van wijlen Thieu de Wandre 44 roeden en 1/2 bunder, gelegen te Walshoutem, en draagt ze over aan het konvent van Mielen, door bemiddeling van priester Rotte Comans, kapelaan te Nonnemielen. Meier: Giele de Mouns. Schepenen: Johan de Pawoy; Lambert de Byboy, schepenen van Luik; Gilkan de Wihouque; Franchois de Wandre; Giele de Huy; Balduwin de Wives; Johan le Coekin; Lambert Custin; Johan de Salmon; Pierre de Kemexhe; Lambert de Liewoy. 1441, 5 december.
- 165 Inden jare der geboirte ons heren dusent vierhondert tweenviertich in september V dage. De schout en de schepenen van Gorsem oorkonden dat Filips Brieder, alias der Gruyter, als momber van zijn vrouw Foelen van Coninxhem, alias Voer Tgaet, al zijn rechten op 14 roeden grond, gelegen in het Gorsemveld, tegenover het klooster van Mielen, heeft overgedragen aan Willem Squaden, wettige zoon van zijn vrouw uit haar eerste huwelijk. Kathrien van Coninxhem, religieuze te Nonnemielen heeft afgezien van al haar rechten op de 14 roeden, waarop Willem Squaden, in naam van zijn dochter Foelen Squaden, eveneens religieuze te Nonnemielen, dit klooster een erfelijke cijns betaalt van 2 mudden rogge. Schout: Henric met den Erve. Schepenen: Henric Int Tscep, tevens schepen van Sint-Truiden; Willem vanden Natenbampde; Jorijs vande Laer, wenne te Minsinghen; Lambrecht Bollis; Willem Veylart. 1442, 5 september.
- 166 Ghescreven inden jare na die gheborte ons heeren Jhesu Christi dusent vierhondert ende drienviertich en dy hoymaent des seventwintichtste daechs. De meier en de schepenen van het cijnshof te Gingelom, toebehorend aan het kapittel van Sint-Jan te Luik, oorkonden dat Peter Tuteler in handen van Otto Comans, 2 mudden koren in erfcijns verkocht heeft aan het klooster van Nonnemielen, op 12 roeden akkerland, gelegen bij het land van het klooster van Orienten. Meier: Jan Brants. Schepenen: Ghert Tuteler der Alde; Godschalck Robeerts; Jan Wilhems; Jan Scellens; Peter Vischer; Ghert Gheerts der Alde; Ghert Tuteler der Jonghe. 1443, 27 juli.
- 167 Int jaer ons heren Xllllc ende XLIll in decembre IX daghe. Mabilie van Streels, priores, en het ganse konvent van mielen oorkonden dat Margriet Spruten, pitantiemeesteres, een erfrente van 1/2 mud rogge gekocht heeft, die na haar dood zal overgaan naar haar zuster Lijsbeth, vrouw van Peter Smeets, in de vorm van 2 vaten rogge. Na de dood van beiden, zal het geld gebruikt worden voor het lezen van een jaargetijde. 1443, 9 december.
- 168 Int jaer ons heren XllIIc ende XLIlll in die russelmaent XXI daghe. De meier en de laten van het Sint-Truidens proosthof te Pepieels, oorkonden dat zij Ardt en Carpijn, wettige kinderen van wijlen Ameilies van Muysen, wonende te Liec (Oleye), in het bezit hebben gesteld van 10 vaten rogge, die zij erfelijk ontvingen op 12 grote roeden land, gelegen aan de beek van Rukkelingen naar Pepieels en tegenwoordig toebehorend aan Willem Mussche. Op getuigenis van Marie en Margarete, zusters van de bovengenoemden, en van Jan vanden Cruce, als man en momboor van zijn vrouw Marie, werden van de 10 vaten rogge, een mud en 2 vaten overgedragen aan Otto Comans, optredend in naam van Catherine van Muysen, religieuze in het klooster van Nonnemielen, tante van de bovengenoemden, aan wie ze reeds verkocht waren. Proost: Henric van Coenesem. Meier: Joannes Ouen. Laten: Raes van Werfengeys; Raef Busscops; Jan Marien; Ghielis Mombors; Willem Reyneres; Kerstiaen der Mullere van Pepieels; Willem van Mussche. 1444, 21 oktober.
- 169 Int jaer ons heren XIIIIc ende XL V in die oexstmaent des vijfde daechs. De meier en de schepenen van het cijnshof dat de vrouwe van Andennen bezit te Gingelom, oorkonden dat Peter Tutelere aan Otto Comans, priester, een erfcijns verkocht heeft van 2 mudden rogge, op 16 roeden land, gelegen opten lewer wech, ten behoeve van het klooster van Nonnemielen. Daar de roeden niet voldoende werden geacht als onderpand, voegde Peter Tutelere nog 1/2 mud rogge erbij, die hij erfelijk bezat op een beemd, gelegen bij de bron en ressorterend onder het cijnshof van Sint-Jan te Gingelom. Meiers: van het cijnshof: Liebrecht Gruyters, anders van Houtem. van de vrouwe van Andennen: Godschalc Robeerts. Schepenen: Godschalc Robeerts; Jan Schellens; Jan Willems; Gielis Jans; Peter Visschere. 1445, 5 augustus.
- 170 Inden jare ons heren dusent vierhondert ende sesenviertich seventhien daighe in die loymaent. De meier en de schepenen van Attenhoven oorkonden dat Art Ballen van Montenaken aan het klooster van Mielen 13 grote roeden land verkocht heeft, liggende int gravelse, bij het land van de priores van Mielen en dat van de capelrie, van Luik. 1446, 17 januari.
- 171 Int jair ons heren XIIIIc ende seven en viertich in merte seven daghe. De prinsbisschoppelijke schout en de schepenen van Sint-Truiden oorkonden dat Lambrecht Pexstert van de vrouwe van Mielen twee huizen gekocht heeft, naast elkaar gelegen in en bij de Scuerhovenstrate, en de straat, die naar de Nu porten loopt, waarvoor hij het klooster van Mielen jaarlijks en erfelijk 3 mudden rogge schuldig blijft. Bij de verkoop treden Lambrechts broeder, Jan, en zijn vader Tielman Pexstert op als borgen. Schout: Arnt vanden Bossche. Schepenen: Dyerick Gruytere; Reyner van Bommershoven; Flips Copy; Liebrecht Gruytere. 1447, 7 maart.
- 172 Gegeven inden jaeren der gheboirten ons liefs heren Jhesu Christi doemen screef duysent vierhondert achtende veirtich des twintichste daichs van loymaent. De schout en de schepenen van Nonnemielen bekrachtigen het recht van de kellerije van dit klooster op een erfcijns van een mud koren, op een huis en hof, gelegen bij de EngeIbamt. dat vroeger behoorde aan Henrick vander Haenborch en nu aan Aert Vleminx. Schout: Dangil vander Borch. Schepenen: Dyeric Gruytere; jan Cruyere; Herman van Mettencove; Bartolomeeus Geraerts; Reyner van Bommershoven. Getuigen: Aert Vleminx, zijn vrouw Hillen vander Haenborch en Margriet vander Haenborch, zuster van zijn vrouw. 1448, 20 januari.
- 173 Int jair ons heeren Christi duysent vierhondert ende achtenviertich in julio VII daghe. De meier en de laten van de Sint-Truidense cijnshoven van Herman van Mettecoven en Lambrecht van Staple, oorkonden dat Herman van Mettecoven aan Robijn Beelen anderhalve bunder verkocht heeft, ten dele akkerland en ten dele eussel en 1/2 bunder eussel, beide stukken grond liggende op de "Rode", op Slinckersroet, voor 2 mudden rogge jaarlijks en erfelijk. Bekrachttigd door de schout van de abt en de schepenen van Sint-Truiden. Meier van de twee cijnshoven: Jan van Halbeke. Laten hof van Mettecoven: Henrick Alaert; Tielman Pextert de Langhe; Jan Claes vander Biest; Willem vander Kempenen. Laten van Herman van Staple: Alaert en Pextert bovengenoemd; Claes Reyners, Willem Haenborchs; Art Peters. Schout van de abt: Daengel van Hamele. Schepenen van Sint-Truiden: Henrick int Scep; Lambrecht van Entbroeck; Dyerick Gruytere; Reyner van Bommershoven. 1448, 7 juli.
- 173 /BIS Inden jaer der gheburten ons leyfs heren Jhesu Christi domen screef dusent vijrhondert ende neghen enveyrtich des twede daechs in luemaent. De meier en de laten van het Hof vander Motten te Walsbets konden dat Abraen Berwouts, wonende te Hoegaarden aan de pitantie van Nonnemielen een zille akkergrond heeft verkocht, gelegen te Weseren, op de kouter, bij de weg, die van Wezeren naar Gingelom loopt. Meier: Henric van Raetshoven. Laten: Jan Verhoeven; Jan Neeten; Gheert Cole; Wijerart van Beetzee. 1449, 2 januari.
- 174 Ind jaer der gheboirten ons liefs heren Jhesu Christi doemen screef M CCCC ende XLIX des XV daechs in februario. De meier en de laten van ridder Hendrick van Eigen, op zijn cijnshof te Gingelom, oorkonden dat Beatrijs Scellens, weduwe vanGoetscalc Roberts, afziet van haar recht op vruchtgebruik op 8 roeden akkerland, gelegen op de kouter van Gingelom, ten voordele van Peter Smeyers, echtgenoot van haar dochter, die de 8 roeden opdraagt aan het O. L. V. -Vrouwaltaar van Nonnemielen. Meier: Peter Vischer. Laten: Ghelis van Eigen; Liebrecht Toelen; Lauwerijs Peters; Marten Spruten. 1449, 15 februari.
- 175 Ind jare ons heeren XIIIlc ende L dis deerde daechs in die merte. De schout en de schepenen van de prinsbisschoppelijke bank te Duras, oorkonden dat Robijn van de Velde 11 roeden beemd, gelegen aan de beek, met het hoofdeind grenzend aan de monlenstrate, verkocht heeft, in de handen van Jan Roelens, momber van het klooster van Nonnemielen, aan Mechtelt van Noulant, priores van dit klooster. Schout: Henrick metten Erve. Schepenen: Willem van Minsinghen, anders vanden Lare vanden Weden; Joris van Minsinghen, anders vanden Lare; Willem Hillaten; Jan van Heysselt; Henric van Beckevoert. 1450, 3 maart.
- 176 /A Jan Roelants, priester, joffrouw Johanne van Straten en juffrouw Gheertruyt vander Borch, meesteressen van het klooster van Nonnemielen, eisen in naam van Marie Pollaerts, priores van Jan van Heylenam en Goert van Thienen, de tienden op het kennepzaad, dat zij in de heerlijkheid Grazen gewonnen hebben. Dezen beloven voortaan een oude grote per vat. Opgemaakt te Sint-Truiden, "neven die broethalle". Getuigen: Herman van Mettecoven; Bertholomeeus Geraerts; Herman Hijsbeens; Nijs Backhuys. 8 mei 1451:.
121 gevonden, 41 t/m 60 getoond, pagina 3 van 7