Inventaris van het archief van de provincie Antwerpen, kerken en kapellen, 1790-1972.
3149 resultaten , klik op een van de tabs om het zoekresultaat te tonen.
BE-A0511_117696_116421_DUT
Identificatie van de toegang:
BE-A0511 /
PAA642
Het Rijksarchief in België
This finding aid is written in
Dutch.
Beschrijving van het archief
Identificatie van de toegang:
BE-A0511 / PAA642
Naam archiefblok:
- PAA642 KERKEN EN KAPELLEN
Periode:
1790-1972
Provinciale instellingen (N)
Laatste bestanddeelnummer
4585.00
Omvang geïnventariseerd
43.80 m
Archiefbewaarplaats
Rijksarchief te Antwerpen
Beschrijving van de series en archiefbestanddelen
- 192 Brief van het Ministerie van Financiën, d.d. 3 december 1802, aan de prefect met verwijzing naar de bijlage, zijnde het "Extrait des Registres de Délibérations des Consuls de la République" van 19 november 1802 en handelend over de niet gebruikte kerken en pastorieën. Brief van de prefect, d.d. 5 december 1802, aan de griffier betreffende bovengenoemde materie. 1802. 1 omslag
- 195 Omzendbrief van het Ministerie van de Waterstraat, d.d. 10 juli 1930 aan de Gedeputeerde Staten van de provincie Antwerpen betreffende het besluit van Koning Willem, d.d. 28 juni 1830 met betrekking tot de onderhoudskosten van de torens die ook dienst doen als tekens voor de scheepvaart. Afschrift van het hogergenoemde besluit en ontwerp, d.d. 28 juli 1830, om dit besluit op te nemen in het Bestuurlijk Memoriaal. 1830. 1 omslag
- 197 Maandelijks rapport van de bouwwerken van de kerk te Boom over de maand december 1849 en begeleidende brief van de arrondissementscommissaris van Antwerpen aan de Gouverneur, d.d. 9 januari 1850. Brief van de Minister van Justitie, d.d. 18 februari 1850, aan de Gouverneur met de opdracht dat de aanbestedingen met spoed moeten gebeuren en dat de bouwplannen gezonden moeten worden aan de KCML. Brief van de Gouverneur aan de arrondissementscommissaris van Antwerpen, d.d. 21 februari 1850, en aan de Provinciale bouwmeester, d.d. 26 februari 1850, in verband met het hogergenoemd schrijven van de Minister van Justitie. 1850. 1 omslag
- 204 Ontwerp van de omzendbrief om eraan te herinneren dat machtiging noodzakelijk is voor elk project tot afbraak wijziging restauratie of bouwen van kerkgebouwen, evenals voor elke uitgave voor het meubilair of aankoop van nieuw meubilair en met verwijzing naar het 'Memoriaal van Administratie' nr. 11479, d.d. 11 april 1874. Twee brieven gericht aan de heer Mueller in verband met het bovengenoemd onderwerp. 1874. 1 omslag
- 206 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 9 november 1878, betreffende het naleven van het decreet van 30 december 1809 en het Koninklijk Besluit van 16 augustus 1824 bij de bouw, de restauratie en de versiering van kerken. Brief van de Minister van Binnenlandse Zaken, d.d. 3 december 1878, aan de Gouverneur, met verwijzing naar bovengenoemde omzendbrief en de vraag om onregelmatige uitgaven in de gemeentelijke budgetten voor zulke werken te verwerpen. Twee ontwerpen van brieven van de Gouverneur, gedateerd juni 1879, aan de Minister van Justitie in verband met deze materie. 1878-1879. 1 omslag
- 209 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 25 juli 1882, aan de Gouverneur van Antwerpen met verwijzing naar de kopie van zijn omzendbrief, d.d. 19 juli 1882, aan de Gouverneur van Luik en handelend over het bemeubelen van de kerken. Ontwerp van vertaling van beide brieven en de opdracht, d.d. 12 augustus 1882, om beide omzendbrieven in het 'Memoriaal van Administratie' op te nemen. 1882. 1 omslag
- 210 Opdracht van de Gouverneur, d.d. 4 november 1882, om de omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 17 oktober 1882, inzake het decreet van 30 december 1809, die de lasten te dragen door de kerkfabrieken en de gemeentebesturen vastlegt, in het 'Memoriaal van Administratie' op te nemen. 1882. 1 omslag
- 211 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 23 mei 1883, aan de Gouverneur waarin gevraagd wordt dat de kerkfabrieken en de gemeentebesturen vooraf hun voorstellen tot bouwen, vergroten en restaureren van kerken en pastorieën vooraf voorleggen aan het Staatsbestuur voordat zij zich wenden tot een bouwmeester. Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 29 augustus 1883, aan de gouverneur bevat de opmerkingen die de Koninklijke Commissie van Monumenten hem overmaakte inzake zijn omzendbrief van 23 mei 1883. Omzendbrief van de Gouverneur, d.d. 14 september 1883, aan de gemeentebesturen en het ontwerp van de Nederlandstalige vertaling ervan die de twee bovengenoemde omzendbrieven van de Minister van Justitie samenvat. 1883. 1 omslag
- 212 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 3 september 1884, aan de Gouverneur met vermelding dat de omzendbrieven van 10 mei 1882 en 19 juli 1882 ophouden in voege te zijn. Kopie van deze omzendbrief en ontwerp van Nederlandstalige vertaling ervan. Brief van de arrondissementscommissaris van Turnhout, d.d. 27 september 1884, aan de Gouverneur met de vraag om hem nog een twintigtal exemplaren van het Bestuurlijk Memoriaal toe te zenden. 1884. 1 omslag
- 213 Omzendbrief van de Minister van Landbouw, Nijverheid en Openbare Werken, d.d. 10 januari 1885, aan de Gouverneur betreffende de openbare aanbestedingen, wat betreft het aanwenden van steen en hout, door de kerkfabrieken. Ontwerp van Nederlandstalige vertaling van deze omzendbrief. 1885. 1 omslag
- 214 Kopie van de brief van de Koninklijke Commissie van Monumenten, d.d. 11 juni 1887, aan de Minister van Landbouw, Nijverheid en Openbare werken betreffende de altaar ontwerpen. Ontwerp van de Nederlandstalige vertaling van deze brief. Omzendbrief van de Minister van Landbouw, Nijverheid en Openbare Werken, d.d. 28 juni 1887, met verwijzing naar de bovengenoemde brief en de vraag de aandacht van de kerkfabrieken hierop te vestigen. Omzendbrief van de Gouverneur, d.d. 29 november 1887, aan de gemeentebesturen betreffende de brief van de Koninklijke Commissie van Monumenten en de omzendbrief van de Minister van Landbouw, Nijverheid en Openbare Werken. Ontwerp van de Nederlandstalige vertaling van deze omzendbrief. 1887. 1 omslag
- 216 Brief van het Ministerie van Justitie, d.d. 5 oktober 1889, aan de Gouverneur met verwijzing naar de omzendbrief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Openbaar Onderwijs, d.d. 25 juli 1889, aan de voorzitters en de raadsleden van de kerkfabrieken houdende de voorwaarde, voor de subsidiëring van de artistieke restauraties van monumentale kerken. 1889. 1 omslag
- 218 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 26 februari 1891, aan de Gouverneur met het verzoek op een uniforme wijze de financiële toestand van een kerkfabriek voor te stellen. Brief van de Minister van Justitie, d.d. 2 mei 1891, aan de Gouverneur, met als bijlage het model van opgave van de financiële toestand van de kerkfabrieken. Vertaling in het Nederlands van dit model. 1891. 1 omslag
- 219 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 22 maart 1893, aan de Gouverneur met de melding dat bij het oprichten van nieuwe kerkgebouwen, de kwestie van het afbreken der oude gebouwen aan het Staatsbestuur moet onderworpen worden. Omzendbrief van de Gouverneur, d.d. 7 april 1893, aan de gemeentebesturen betreffende de afbraak van oude kerken. 1893. 1 omslag
- 220 Omzendbrief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Openbaar Onderwijs, d.d. 19 juli 1893, aan de Gouverneur met de vraag na oplevering van de restauratiewerken aan de monumenten een proces-verbaal van aanvaarding volgens bijgaand model naar zijn departement te sturen om alzo de uitbetaling van de rijkssubsidies te bespoedigen. Ontwerp van vertaling van deze brief. Model van proces-verbaal van aanvaarding in het Nederlands en het Frans. Memo, d.d. 26 juli 1893, voor het Bestuurlijk Memoriaal. Omzendbrief van de Minister van Binnenlandse Zaken en openbaar Onderwijs, d.d. 19 maart 1894, aan de gouverneur met de vraag de provinciale bouwmeesters opdracht te geven om alle restauratiewerken aan monumenten, die door het rijk, maar ook die, die niet door de provincie gesubsidieerd worden, te inspecteren en een proces-verbaal op te stellen. 1893-1894. 1 omslag
- 223 Brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Openbaar Onderwijs, d.d. 9 november 1894, aan de gouverneur met de melding dat de reis- en verblijfskosten van de provinciale architecten, belast met de inspectie of de aanvaarding van herstellingswerken van de monumenten, gesubsidieerd door de Staat, steeds ten laste vallen van de provincie.
- 225 Omzendbrief van de Minister van Landbouw en Openbare Werken, d.d. 20 november 1895, aan de Gouverneur met de melding dat, gelet op het groeiend aantal subsidieaanvragen voor de restauratie van als monument geklasseerde kerken de subsidies, in het vervolg niet hoger zullen zijn dan deze van het departement van Justitie voor hetzelfde object en met maximum 1/6 van de totale uitgave. Kopie van de omzendbrief en Nederlandse vertaling ervan voor het Bestuurlijk Memoriaal. 1895. 1 omslag
- 230 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 4 februari 1898, aan de Gouverneur met de vraag de kerkfabrieken op de hoogte te stellen dat de Koninklijke Commissie van Monumenten hem in haar brief, d.d. 31 december 1897, heeft laten weten dat zij er geen bezwaar in ziet dat men voor de neerlegging in haar archieven een doordruk of foto zendt van de ontwerpen van kerkramen in plaats van de originele tekeningen. 1898. 1 omslag
- 232 Omzendbrief van de Minister van Landbouw en Openbare Werken, d.d. 24 september 1898, aan de Gouverneur waarin verwezen wordt naar de brief van de vicepresident van de Koninklijke Commissie van Monumenten, d.d. 3 maart 1862, in verband met de maatregelen die genomen moeten worden bij het ontdekken van oude muurschilderingen. 1898. 1 omslag
- 234 Omzendbrief van het Ministerie van Landbouw, d.d. 9 mei 1900, aan de Gouverneur waarbij een kopie van de brief van de Koninklijke Commissie van monumenten, d.d. 21 februari 1900, met de vraag plaatsen in nieuwe stadswijken voor te behouden voor kerken en andere gebouwen van openbaar nut. Vertaling in het Nederlands van de brief van de Koninklijke Commissie van Monumenten. 1900. 1 omslag
- 236 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 29 januari 1901, aan de Gouverneur met de opdracht om aan de vraag van de Koninklijke Commissie van Monumenten, verwoord in de brief van deze Commissie, d.d. 17 januari 1901, aan de Minister en bij zijn omzendbrief als kopie gevoegd, om de aan deze Commissie voor te leggen rekeningen vergezeld moeten zijn van de plannen, gevolg te geven. 1901. 1 omslag
- 238 Brief van het provinciaal "Comiteit van monumenten", d.d. 20 februari 1901, aan de Gouverneur met de vraag dat vooraleer machtiging tot aankoop van meubelen verleend wordt, de tekening van die meubelen aan het "Comiteit" zouden voorgelegd worden, ook die voor de glasramen. In zitting van 1 maart 1901 gaat de Bestendige Deputatie in op de bovenstaande vragen. 1901. 1 omslag
- 239 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 27 april 1901, aan de Gouverneur met daarin de aanbeveling van de Koninklijke Commissie van Monumenten dit college te raadplegen vooraleer grond aan te kopen om er een kerk op te bouwen. Vertaling van deze omzendbrief met nota van de Gouverneur, d.d. 20 mei 1901, om deze omzendbrief in het Bestuurlijk Memoriaal op te nemen. 1901. 1 omslag
- 241 Omzendbrief van de Minister van Landbouw, d.d. 23 oktober 1901, aan de Gouverneur met het verzoek de belanghebbende besturen op de hoogte te brengen dat de gedeelten van het afgebroken lijstwerk en beeldhouwwerken bewaard moeten blijven als model of vergelijkingsstuk. Vertaling van deze brief. 1901. 1 omslag
- 242 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 4 juni 1902, aan de Gouverneur met onderrichtingen betreffende de oriëntering van de ligging van de godsdienstige gebouwen. Vertaling van deze omzendbrief met nota van de Gouverneur, d.d. 13 juni 1902, om deze omzendbrief in het Bestuurlijk Memoriaal te plaatsen. Nota van de Gouverneur, d.d. 12 juni 1902, met opsomming wat hij heeft gedaan met de omzendbrief. 1902. 1 omslag
- 243 Omzendbrief van de Minister van de Justitie, d.d. 4 september 1902, aan de Gouverneur met het verzoek om de aanbeveling van de Koninklijke Commissie van Monumenten verwoord in haar brief, d.d. 12 juli 1902, aan hem, om bij de aanvragen om kerkmeubelen te restaureren foto's van die meubelen bij te voegen, kenbaar te maken aan de besturen. 1902. 1 omslag
- 246 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 9 juni 1903, aan de Gouverneur betreffende de aanbevelingen van de Koninklijke Commissie van Monumenten aangaande de restauratiewerken aan oude monumenten. Vertaling van deze brief. Nota van de Gouverneur, d.d. 22 juni 1903, met opsomming wat hij heeft gedaan met de omzendbrief. 1903. 1 omslag
- 247 Ontwerp van de omzendbrief en gedrukte versie van de omzendbrief van de Gouverneur, d.d. 22 juni 1903, aan de gemeentebesturen betreffende het belang dat bij goedkeuring van de ontwerpen van openbare werken de middelen tot het bestrijden van de uitvoeringskosten dienen aangeduid te worden. 1903. 1 omslag
- 249 Omzendbrief van de gouverneur, d.d. 14 april 1904, aan de gemeentebesturen betreffende het schrijven van de Koninklijke Commissie der Kunstgebouwen, d.d. 12 maart 1904, aan de Minister van de Justitie betreffende de voorzorgsmaatregelen om de openbare gebouwen tegen vochtigheid te vrijwaren. Uittreksel uit het Bestuurlijk Memoriaal met het schrijven van de Koninklijke Commissie der Kunstgebouwen. 1904. 1 omslag
- 251 Brief van de Koninklijke Commissie van Monumenten, d.d. 11 januari 1905, aan de Gouverneur dat het belanghebbend bestuur geen decoratiewerken en meubilering mag starten zonder de officiële toelating, vereist door het Koninklijk Besluit bekomen te hebben. Ontwerp van betaling van deze brief om te laten verschijnen in het Bestuurlijk Memoriaal. 1905. 1 omslag
- 252 Brief van het Comiteit van de Briefwisselende Leden van de Koninklijke Commissie van Monumenten, d.d. 5 september 1907, aan de Gouverneur dat als de Bestendige Deputatie ook zijn advies wil kennen over de inhoud van de lastenboeken, deze dan ook samen met het plan en het bestek van de ontworpen werken aan het Comiteit moeten bezorgd worden. "Devis descriptif des ouvrages de toute nature à faire pour la construction d'une église". 1907. 1 omslag
- 254 Omzendbrief van de Gouverneur, d.d. 10 maart 1908, aan de gemeentebesturen inzake de bereidheid van het provinciebestuur om subsidie te verlenen voor het herstellen van oude gevels, gebouwen, gedenktekens, enz..., hetzij eigendom van particulieren hetzij van openbare instellingen. 1908. 1 omslag
- 257 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 4 februari 1910, aan de Gouverneur met de melding dat het nodig is om gelijktijdig met de ontwerpen voor vernieuwen of vervangen van oude gebouwen afgebroken of bewaard moet worden. Kopie van de omzendbrief van de Gouverneur, d.d. 16 februari 1910, over dezelfde materie. 1910. 1 omslag
- 262 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 10 augustus 1912, aan de Gouverneur inzake de aanbeveling van de Commissie van Monumenten en Landschappen dat de bouwmeesters een onderscheid dienen te maken tussen de stukken betreffende enerzijds de herstellingswerken aan en anderzijds de nieuwbouw van kerken, die aan deze Commissie moeten bezorgd worden. Vertaling van deze omzendbrief, die opgenomen wordt in het Bestuurlijk Memoriaal. 1912. 1 omslag
- 269 Afschrift van de brief van de Minister van Justitie, d.d. 26 november 1913, aan de Gouverneur betreffende de elektrische toestellen voor het luiden van de klokken en het aandrijven van de blaasbalg van het orgel. Nota van de griffier, d.d. 10 december 1913, om het afschrift van bovengenoemde brief te sturen naar de drie provinciale bouwmeesters. 1913. 1 omslag
- 272 Brief van de Koninklijke Commissie van Monumenten en Landschappen, d.d. 10 januari 1919, aan de Gouverneur met het verzoek voortaan bij alle ontwerpen voor meubilering van kerken en monumentale gebouwen een plan toe te voegen dat de omgeving aanwijst waar de nieuwe meubelen zullen geplaatst worden. Ontwerp van de brief van de Gouverneur, d.d. 17 januari 1919, aan de bouwmeesters inzake de bovengenoemde brief. 1919. 1 omslag
- 274 Omzendbrief van de Minister van Justitie, d.d. 30 oktober 1919, aan de gouverneur met de melding dat er zonder toelating van hem geen oorlogsherdenkingsplaten of analoge monumenten in kerken mogen geplaatst worden. Nota van de gouverneur, d.d. 13 november 1919, met de opdracht bovengenoemde ministeriële brief in het Bestuurlijk Memoriaal op te nemen. 1919. 1 omslag
- 276 Omzendbrief, alsook afschrift en vertaling ervan, van de Minister van Justitie, d.d. 11 mei 1921, aan de gouverneur met de vraag om de laatste begroting en de rekeningen van de vijf laatste jaren van de katholieke kerkfabrieken en de beheerraden van de protestantse kerken en synagogen, alsook de laatste rekening en de lopende begroting van de gemeente toe te voegen bij elke aanvraag voor een staatstoelage. Nota van de gouverneur, d.d. 19 mei 1921, tot opname van ministeriële omzendbrief in het Bestuurlijk Memoriaal. 1921. 1 omslag
- 277 Omzendbrief van het Ministerie van Justitie, d.d 5 december 1921, aan de gouverneur met als bijlage een kopie van de brief van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, d.d. 27 augustus 1921, betreffende de elektrische verlichting in de kerken. Vertaling van de twee bovengenoemde brieven. Nota van de gouverneur, d.d. 9 december 1921, en van de afdelingsoverste van de Dienst der Gebouwen, d.d. 9 december 1921, tot opname van de twee bovengenoemde brieven in het Bestuurlijk Memoriaal. 1921. 1 omslag
- 278 Omzendbrief en afschrift ervan van de Minister van Justitie, d.d. 5 mei 1922, aan de gouverneur met de mededeling dat kerkfabrieken zich niet rechtstreeks mogen richten naar de Koninklijke Commissie van Monumenten en Landschappen en dat voor werken aan de kerk of aan mobilaire voorwerpen en dat voor deze werken machtiging moet verleend zijn. Nota van de gouverneur, d.d. 13 mei 1922, en van de afgevaardigde bestuurder van de Dienst der gebouwen, d.d. 13 mei 1922, tot opname van de ministeriële omzendbrief in het Bestuurlijk Memoriaal. 1922. 1 omslag
- 280 Omzendbrief en klad ervan van de gouverneur, d.d. 20 juni 1922 aan de gemeentebesturen betreffende het schrijven van het "Provinciaal Comiteit van Monumenten en Landschappen", d.d. 15 juni 1922, waarin de wens wordt uitgedrukt dat de ontwerpen van vergrotings- en herstellingswerken aan kerken, pastorieën, gemeentehuizen, enz... vergezeld zouden zijn van een foto of prentkaart. 1922. 1 omslag
- 281 Handgeschreven en gedrukte kopie van de omzendbrief van de gouverneur, d.d. 21 december 1922, aan de gemeentebesturen betreffende het schrijven van het "Provinciaal Comiteit van Monumenten en Landschappen" waarin betreurt wordt dat kerkmeubelen geplaatst worden zonder voorafgaande machtiging. 1922-1926. 1 omslag
- 292 Gouverneur, d.d. 3 mei 1930, de gemeentebesturen, Koninklijke Commissie van Monumenten en Landschappen. Wordt dikwijls geroepen haar advies uit te brengen aangaande het bouwen van nieuwe kerken waarin beton en gewapend beton voor een groot gedeelte tussenkomen; Koninklijke Commissie heeft tot plicht alle verantwoordelijkheid af te wijzen vanwege de stabiliteit. 1930. 1 omslag
- 303 Gouverneur, d.d.26 november 1936, aan provinciale architecten, Koninklijke Commissie van Monumenten en Landschappen alsmede Provinciaal Comiteit hebben de wens uitgedrukt in het bezit gesteld te worden van een kopie van het verslag van de Provinciale architecten opgemaakt aangaande elk dossier nopens de uitvoering van werken. 1936. 1 omslag
Vaste URL: https://search.arch.be/ead/BE-A0511_117696_116421_DUT
Bookmark url: https://search.arch.be/ead/BE-A0511_117696_116421_DUT