Inventaris van het Sint-Margriethospitaal te Schorisse, ca.1416-1796
BE-A0514_115440_114135_DUT
Identificatie van de toegang:
BE-A0514 /
K162
Het Rijksarchief in België
1979
This finding aid is written in
Dutch.
Beschrijving van het archief
Identificatie van de toegang:
BE-A0514 / K162
Naam archiefblok:
- Schorisse. Sint-Margriethospitaal, regesten
Periode:
ca.1416-1796
Kerkelijke liefdadigheidsinstellingen (T18)
Laatste bestanddeelnummer
51.00
Omvang geïnventariseerd
0.12 m
Archiefbewaarplaats
Rijksarchief te Gent
Archiefvormers
Beschrijving van de series en archiefbestanddelen
- 1 Arnoud van Gavere en zijn echtgenote Isabella van Gistel schenken aan Jan Vos, pastoor van Nederename, de kapelanie van het hospitaal te Schorisse, belast met vijf missen per week. Het hospitaal is hem daarvoor schuldig: 1° 12 pond par. per jaar; 2° een kamer met bed en onderhoud ervan; 3° soep; 4° een vet varken op kerstavond of 3 schilden; 5° 1000 fayceelen brandhout uit het Bos te Rijst of 36 groten; 6° 4 stenen boter; 7° 400 eieren, dit alles uit de 100 ponden par. ten voordele van het hospitaal door voornoemde heren gevestigd op het Bos te Rijst. Bovendien worden aan Jan Vos en zijn opvolgers toegewezen; 1° een erfrente van 4 pond par. per jaar gevestigd op het goed van wijlen Gillioot vanden Broecke in de Markette; 2° 36 groten per jaar op een halve bunder land in de Krombeek (Crombeke) te Zegelsem, eertijds toebehorend aan Jan vander Brugghen, nu aan de Brant; 3° een erfrente van 6 halsters koren en 6 kapoenen, gevestigd op het Steenveld in Sint-Maria-Horebeke, op het goed dat eertijds aan Dammeleere toebehoorde; 4° 2 bunder land bij Ten Hede in voornoemde gemeente, nu gepacht door Arnoud Lodins. 7 mei 1416. 1 charter
- 2 "Ordonnantie" van Arnoud van Gavere en echtgenote Isabella van Gistel, heer en vrouw van Schorisse, vóór de schepenen van Keure en Gedele van Gent, nopens de goederen die zij aan het Sint- Margriethospitaal van Schorisse schenken: 1° een halve bunder eigen goed waarop hospitaal, kapel, tuin en boomgaard gelegen zijn; 2° een woonstede daarnaast, gekocht van Pieter de Wulf, belast met een kapoenrente t.v.v. het hof van Schorisse; 3° een woonstede rechtover het hospitaal, eertijds toebehorend aan Hendrik Stassyns, waarop Arnoud de Wagheneere en cijns van 3 pond 12 sch. par. schuldig is aan het hospitaal; 4° het negende deel van het tiend van Schorisse; 5° een rente van 24 sch. par. per jaar op het goed van Paulus vanden Bouchote te Zegelsem; 6° 5 bunder land en weide bij Sreusen in Zegelsem, eertijds toebehorend aan Mangelvoets, waarop Jacob (Coppin) de Wreede een cijns van 31 sch. par. schuldig is; 7° 36 sch. par. per jaar op een half bunder land, bos en weide, gelegen in Krombeek (Crombeke) te Zegelsem, eertijds toebehorend aan Jan vander Brugghen en 1 dw. daarnaast; 8° een erfrente van 4 pond par. per jaar gekocht van Jan Haubeert en gevestigd op 6 bunder land in de Markette te Schorisse; 9° 2 bunder land bij Ten Hede in Sint-Maria-Horebeke; 10° een rente van 6 halsters koren en 6 kapoenen per jaar op het Steenveld in de voornoemde gemeente; 11° een rente van 100 pond par. per jaar gevestigd op het bos van de Rijst. Daarvoor moet het hospitaal een aantal nader beschreven diensten leveren. Na het overlijden van Arnoud bevestigt Isabella het hospitaal ook in het bezit van liturgische ornamenten, klok, bedden e.a. (min. 10), keukengerief. 11 mei 1416. 1 charter
- 3 Op verzoek van Isabella van Gistel, weduwe van ridder Arnold van Gavere, heer van Schorisse, amortiseert Filips de Goede, hertog van Boergondië, de goederen en inkomsten die de eerstgenoemden geschonken hebben voor de stichting van het Sint-Margriethospitaal met bijhorende eeuwige kapelanie, gelegen tussen het kasteel en de parochiekerk van Schorisse, bestemd voor vier zusters en één kapelaan ten dienste van de armen. Het betreft: 1° een huis en erf waarin het hospitaal ondergebracht wordt; 2° twee aan elkaar en aan het hospitaal grenzende hofsteden, die elk 12 pond par. per jaar opbrengen; 3° één negende van het tiend van Schorisse, ter waarde van 36 pond par. per jaar; 4° een rente van 76 pond 4 sch. par. op het allodiale Bos te Rijst, te heffen vóór alle andere rechthebbenden; 5° een rente van 24 sch. par. per jaar, gevestigd op de hofstede van Paulus de le Bouchoute te Zegelsem; 6° 32 sch. par. per jaar, gevestigd op een weide te Zegelsem, thans behorend aan Jacob (Coppin) le Wreede; 7° 2 bunder land gelegen ten Hede in Sint-Maria- Horebeke, belast met een cijns van 13 pond 4 sch. par.; 8° 6 halsters haver en 6 kapoenen per jaar, gevestigd op het Steenveld te Stene in voornoemde gemeente; 9° 4 pond par. op 6 bunder land, gelegen te Markette in Schorisse en toebehorend aan Gilliot de le Broucke; 10° 36 sch. par. per jaar op een half bunder grond van wijlen Jan du Pont, gelegen te Krombeek in Zegelsem. Dit alles maakt samen een jaarlijks inkomen van 150 pond Vlaamse munt. Getuigen: heer Roeland van Duinkerke (Dunckerke) en de heer van Massemen (Masmines). Geregistreerd in de Rekenkamer te Rijsel op 30 mei 1424. Juni 1423. 1 charter
- 4 Joannes (V van Gavere), bisschop van Kamerijk, geeft zijn goedkeuring aan de stichting van het hospitaal van Schorisse door zijn bloedverwante Isabella van Gistel en aan de amortisatie van de hospitaalgoederen door hertog Filips de Goede; hij stelt de kloostergemeenschap onder de Cisterciënzerregel van de H. Bernardus en onder het toezicht van de landsdeken. 12 juni 1428. 1 charter
- 6 Notaris Jac. Genethz getuigt dat de oorkonde, beschreven onder regest nr. 5, alsmede de originele oorkonden in het bezit van het hospitaal van Schorisse, ter veilige bewaring werden overgemaakt aan het archief van het klooster van Maagdendale, vertegenwoordigd door Maria de Luminne, abdis, en Joanna de Cornice, Gertrudis de Luminne en Lya de Heurne, kloosterlingen. Getuigen: Willem Wallots, pensionaris van de parochiekerk van Schorisse en Gerardus Sackebant, pastoor van Maarke. 2 oktober 1431. 1 charter
- 7 Vidimus door notaris en priester Jacobus de Genethz van regesten nrs. 3 en 4, op vraag van Margareta Boddans en Margareta Sdonckers, zusters van het hospitaal te Schorisse. Getuigen: de abdis van Maagdendale (in wier huis te Pamele dit vidimus verleden wordt), andere zusters van laatstgenoemde abdij, Gerardus Sackebant, pastoor van Maarke en Willem Wallots, priester van het bisdom Kamerijk. 2 oktober 1431. 1 charter
- 8 Vóór baljuw en schepenen van de heerlijkheid van jonkheer Roegier van Schorisse (Scoerse) in Sint-Maria-Horebeke, vestigt het hospitaal van Schorisse, vertegenwoordigd door Margareta Boddaens, priores, en Jan Martins, kapelaan, een erfelijke rente van 6 pond 12 sch. par. per jaar op een halve bunder land in Essenborre (Esschenborre) en op 1 dw. 14 r. land in 's Dekens Veld (Sdekins Velt) (dit laatste stuk behoort in helftwinning aan de pastorie van Sint-Kornelis-Horebeke), ten laste van Steven van den Borre, gehuwd met Geertruid Broers. Als pand stelt voornoemde Steven een half dw. 14 r. land op 's Dekens Veld (belast met een rente t.v.v. de kerk van Sint-Maria-Horebeke) en 32 r. land op de Spikine (belast met een rente t.v.v. de heer van Rokegem). Steven heeft die stukken geleend van zijn vader, Pieter van den Borre, gehuwd met Geertruid Sceppers. 27 oktober 1448. 1 charter
- 9 Joannes van Bourgondië (de Burgundia), bisschop van Kamerijk, bevestigt de wijding door zijn suffragaanbisschop Godefridus, van de nieuwe kapel van het Sint-Margriethospitaal, opgericht door kapelaan-priester Joannes de Scalda, vestigt het kerkwijdingsfeest op de zondag vóór het feest van de Heilige Margareta en verleent aflaten op dit feest en diverse feestdagen, o.a. van de Heiligen Joannes Baptista, Joannes de Evangelist, Georgius. 6 augustus 1474. 1 charter
- 10 Vóór de schepenbank van het Land van Schorisse verpacht Elegast Hellebaut, kapelaan van het klooster van Schorisse, uit de goederen van de kapelanie, een halve bunder weide, genoemd Hospitaalheide (Spittael Heye), grenzend aan 's Poorters Heide (Spoerters Heye) en gelegen te Zegelsem in de Krombeek, aan Arnoud Donkerwolk, alias vanden Walle, gehuwd met Elisabeth Smeyers, en vestigt er een erfrente op van 36 sch. par. Vlaamse munt. Dit stuk land is ook belast met een heerlijke rente van 10 sch. par. t.v.v. de heer van Schorisse: bovendien moet Donkerwolk er 36 plantsoenen op plaatsen en onderhouden. Als pand voor de rente stellen laatstgenoemde en zijn echtgenote nog: 1° een weide van 1 dw. 32 r. in de Krombeek en grenzend aan de straat; 2° 18 r. in de woonplaats van Robrecht Smeyers; 3° 32 r. in het bos bij de voornoemde woonplaats. Deze drie partijen zijn belast met een heerlijke rente van 3 sch. par. per jaar t.v.v. de heer van Schorisse en een lijfrente van 24 sch. par. per jaar t.v.v. Bernard Plaetkiin. 5 maart 1481 n.s. 1 charter
- 11 Voor de schepenbank van Sint-Kornelis-Horebeke koopt Barbara Coels, kloosterlinge van het Sint-Margrietklooster, t.v.v. dit klooster, een erfelijke losrente van 2 pond 8 sch. Vlaamse munt van Jan Maroeyen, zoon van Joos, gehuwd met Barbara vanden Obstalle. Als pand stellen laatstgenoemden: 1° de woonstede van Jan Maroeyen, 5 bunder groot, gelegen bij de Heerweg (Heerwich) en belast met renten t.v.v. de heer van Lahamaide; 2° 75 r. weide in de Abessemmeersch; 3° 5 bunder op het Hofland, eveneens belast met een rente t.v.v. de heer van Lahamaide; 4° 5 bunder op het Nederveld, naast het Hofland en de straat; 5° 80 r. op het Nederveld, belast met een rente t.v.v. de heer van Lahamaide. 23 maart 1506 n.s. 1 charter
- 12 Nicasius Hanneron, ontvanger ad hoc van de graaf van Vlaanderen, geeft kwijting voor ontvangst van de amortisatie van de volgende goederen van het klooster van Schorisse: 1° een erfelijke losrente van 4 sch. groot door zuster Isabeau de Conseil gekocht van Eustachius Wouters t.v.v. het klooster, gevestigd op een halve bunder en 32 r. land in Zegelsem; 2° een gelijke rente door dezelfde gekocht van Jan Wouters, zoon van Eustachius, gevestigd op 1 dw. grond op Tcardeniers en op 25 r. grenzend aan de Dries van Zegelsem en de Linde; 3° een gelijke rente van 12 sch. groot, door dezelfde gekocht van Arnoud Wyts, gezegd Lancbeen, gevestigd op anderhalve dw. land en een andere dw. op het Hoekveld, 1 dw. land op de Steenberg en op 1 dw. weide op de Abbessenmersch, alles in Sint-Kornelis-Horebeke; 4° een gelijke rente van 4 sch. groot, door de priores gekocht van Jan Maroye, gevestigd op diens huis, op 72 r. weide op de Abbessenmersch (Pré des Abesses), op een halve bunder op het Hofland, op een halve bunder en 80 r. op het Nederveld, alles in Sint-Kornelis-Horebeke, 5° een gelijke rente van 4 sch. groot, door de overste gekocht van Zeger Pevenage, gevestigd op 2 dw. grond op Nokermansstede en 2 dw. 60 r. op het Steenveld in voornoemde gemeente; 6° een gelijke rente van 12 sch. groot, door de overste gekocht van Simon de Wannemakere, gevestigd op een halve dw. en 60 r. op de Heecauter, op 3,5 dw. bij de Hoogstraat en op een halve dw., alles te Zegelsem. 15 april 1516. 1 charter
- 13 Voor de schepenbank van Opbrakel koopt Elisabeth vanden Rae, kloosterlinge van het hospitaal van Schorisse, een erfelijke losrente van 10 sch. groot per jaar, van de gebroeders Niklaas en Luc de Man. Als pand stellen deze laatsten: 1° anderhalf dw. land op Willemsveld; 2° 1 dw. op hetzelfde veld; 3° 1 dw. bij Jan Ghys' stede; 4° 1 oud dw. en 40 r. bij Pieter de Man's bezit; 5° een halve dw. op de Steenpaal; 6° 40 r. op de Steenpaal bij de Grote Weg, belast met een heerlijke rente t.v.v. de heer van Opbrakel. Bij gebrek aan betaling van de rente mogen Elisabeth vanden Rae of het hospitaal beslag leggen op deze panden. 20 juli 1529. 1 charter
- 14 Vóór meier en laten van de heerlijkheid Hoovoest in Zegelsem, koopt Elisabeth vanden Rae, kloosterlinge in het hospitaal van Schorisse, van Willem Ponte, zoon van Antonius en echtgenoot van Louis vander Eecke, een erfelijke losrente van 3 pond 12 sch. par. per jaar, gevestigd op: 1° 1 dw. land grenzend aan het Bavelt; 2° 1 dw. land ter Hellen; 3° een halve dw. land op Tsaelcorevelt. Al deze gronden liggen in Zegelsem en zijn belast met een heerlijke rente aan de vrouw van Bevere, die de voornoemde heerlijkheid bezat. 31 augustus 1529. 1 charter
- 16 Vóór de schepenbank van Opbrakel verkopen Katelijn Tshazen, weduwe van Taillefeert Quattroys, en Geraard Quattroys, als voogden van de wezen van voornoemde Taillefeert, aan Jacques Ysenbaert een erfelijke losrente van 48 sch. par. per jaar. Deze rente is gevestigd op: 1° een halve dw. land op de Steenpaal; 2° een halve dw. op het Willemsveld, grenzend aan het Buyenstraetkin; 3° een halve dw. op het Ketelboetersveld (Kethelbuutersvelt). 9 april 1559. 1 charter
- 17 Vóór de schepenbank van de heerlijkheid van de abdij van Ename koop Katelijn van Brakelle, dochter van Gillis, een erfelijke losrente van 3 pond 12 sch. par. per jaar van Jan van Helleputte, zoon van Pieter. Als pand stelt laatstgenoemde een woonstedeke op Maldegem in Sint-Denijs-Boekel, belast met een rente t.v.v. het klooster van Ename. 20 april 1562. 1 charter
- 18 Vóór de schepenbank van Opbrakel verkopen Elisabeth Quattroys, dochter van Jan en weduwe van Passchier Vincke, en haar voogd Antonis van Pevenaege, aan Jacques Ysenbaert een erfelijke losrente van 24 sch. par. per jaar, gevestigd op haar huis, gelegen Ter Linden, grenzend aan het Blekersstraatje en aan 's Heren Straat. In dorso: regest nr. 19. 14 juli 1573. 1 charter
- 20 Vóór de schepenbank van Schorisse transporteert Jacques Ysenbaert de rente, beschreven onder regest nr. 16, t.v.v. het hospitaal, alsmede een andere rente van 24 sch. par. per jaar, gevestigd op het huis van de erfgenamen van Jan vanden Abbeele (zie regest nr. 18) en een rente van 4 pond 3 sch. par. per jaar. Daarvoor moet elk jaar op Witte Donderdag voor 12 sch. par. wijn en wit brood aangekocht worden voor een middagmaal van de kloosterlingen, die bovendien elk een halve stuiver ontvangen, mits het verrichten van bepaalde gebeden; op Goede Vrijdag zal de armmeester van Schorisse 13 sch. par. ontvangen voor de behoeftigen; tenslotte zal een jaarmis in de kapel van het klooster opgedragen worden voor de schenker, zijn familie en vrienden. 11 januari 1574 n.s. 1 charter
- 21 Voor de schepenbank van Schorisse koopt Willem de Rantere, zoon van Adriaan, van de wezen van Joos de Temmerman, zoon van Gisleen, wonend te Maarke en vertegenwoordigd door Jan Ghijsels, zoon van Jan, en Adriaan vanden Hecke, de helft van een heerlijke rente, genaamd Bloksrente, bestaande uit koren, haver, kapoenen en 17 pond 8 sch. en gevestigd te Schorisse. Joos de Temmermans had deze helft gekocht van de erfgenamen van jonkvrouw Elisabeth Cabbeljaus, dochter van Gillis en weduwe van Joris vander Meeren. De andere helft behoort toe aan jonkvrouw Florentina van Rechem, weduwe van jonkheer Filips de Lalain. 3 mei 1583. 1 charter
- 22 Vóór jonkheer Jan van Lummene, heer van Bavegem tot hoogbaljuw van het Land van Schorisse, de meier en twee schepenen van Schorisse, belooft Willem de Rantere, zoon van Adriaan, tegen de eerstvolgende Kerstdag een rente van 3 pond groot te vestigen t.v.v. het klooster van Schorisse, alsmede, na zijn dood, een lijfrente van 2 pond groot t.v.v. zijn dochter Maria de Rantere. Dit gebeurt om zijn plichten te kwijten naar aanleiding van de professie van laatstgenoemde in het voornoemde klooster. 13 november 1601. 1 charter
- 23 Vóór leenmannen en schepenen van Schorisse geeft Willem de Rantere, koopman te Oudenaarde, aan het klooster van Schorisse de helft van een heerlijke rente, genaamd Bloksrente, bestaande uit graan, haver, kapoenen en 8 pond 14 sch. par., gevestigd op gronden te Koekamer. Dit gebeurt in uitvoering van de plicht van de Rantere, om voor de professie van zijn dochter Maria in het voornoemde klooster, een rente van 3 pond groot te schenken. Bovendien zal voornoemde Maria na de dood van haar vader nog een lijfrente van 2 pond groot genieten. 1 februari 1602. 1 charter
- 24 Vóór notaris Jan de Donckere uit Brussel geeft Marie de Baronaige, eveneens wonend te Brussel, weduwe van Antoon de Lalaing dit de La Moullerie en echtgenote van jonker Charles Longin, commissaris ordinaris van de monstering van het krijgsvolk van de Spaanse koning, volmacht aan de jonkheren Joos en Melchior le Poivre, tot verkoop van de helft van de Bloksrente in Schorisse. Zo zij geen kopers vinden, moeten zij een andere rente van 3 pond groot, gevestigd te Zandbergen, verkopen. 3 oktober 1608. 1 charter
- 25 Vóór de schepenbank van Schorisse, verkopen de gebroeders jonkheren Joos le Poivre, heer van Houzy, en Melchior le Poivre, in naam van Marie de Bernaige, weduwe van jonkheer Antoon de Lalaing dit de La Moullerie (zie procuratie sub regest nr. 24) de helft van de Bloksrente, bestaande uit koren, haver, kapoenen en geld en gevestigd op Koekamer in Schorisse, aan Gillis de Wulf, optredend in naam van het klooster van Schorisse. Het klooster had reeds de andere helft verkregen van Willem de Rantere, voor de professie van diens dochter Maria (zie regest nr. 23). 6 december 1608. 1 charter
- 26 De priores en de kloosterlingen van Schorisse oorkonden, samen met de griffier van het Land van Schorisse, dat zij van Lieven de Haijere, pastoor van Schorisse, 40 pond groot geleend hebben, dit tot betaling van de helft van de aangekochte Bloksrente (Blocxrente). Daarvoor bekennen zij aan voornoemde pastoor een losrente van 30 pond par. per jaar schuldig te zijn, gevestigd op de goederen van het klooster, met als bijkomend pand: 1° een heerlijke rentebrief van 2 pond groot, dd. 21 april 1512, t.v.v. de stad Gent en t.v.v. Jorijne Tassins, dochter van Jan; 2° een rentebrief van 6 pond par., dd. 16 december 1600, t.l.v. Jan van Tortelboom te Rozebeke. In dorso: Aflossing van de rente van 2 pond groot, 1609 augustus 22; afkomstig van de rente van 6 pond par. met de schenking van Anna de Merghele, in het klooster opgenomen, 1611, februari 11. 9 december 1608. 1 charter
- 28 Vóór de schepenbank van Schorisse vestigt Lieven de Haeyere, pastoor van aldaar, een rente van 2 pond groot per jaar t.v.v. de kloostergemeenschap van Schorisse, voor de professie van Joanna Schaeyers, dochter van Christoffel. Na drie jaar moet deze rente gelost worden of door een andere vervangen. Als pand geeft voornoemde pastoor een rentebrief van 2 pond per jaar t.l.v. Pieter de Vos, zoon van Arend, dd. 7 mei 1608, alsook een halve bunder weide genaamd de Blokskes (Blocxkins) bij 's Heren Straat. Onderaan: verlenging (zie regest nr. 31). 22 november 1614. 1 charter
- 29 Vóór de schepenbank van Zegelsem bekent Pieter de Haeyere, zoon van Adriaan, een erfrente van 12 pond par. per jaar schuldig te zijn aan de priores Jeanne de Hertaing en de kloosterlingen van het hospitaal van Schorisse. Deze rente is gevestigd op: 1° een huis en bijhorende grond van 57 r., grenzend aan de Heerweg, door Pieter de Hayere gekocht van Pieter vanden Berghe; 2° de stede Te Landuyt, grenzend aan 's Heren Straat, in pand gegeven door Jan Beuckelinck, schoonvader van P. de Haeyere; 3° de Waelemeersch, groot 1 dw. en 1 r. 27 juni 1616. 1 charter
- 30 Vóór de schepenbank van Sint-Kornelis-Horebeke bekent Arnoud vanden Daele een erfelijke losrente van 6 pond 2 sch. 10 penn. par. schuldig te zijn aan het klooster van Schorisse, voor een aankoop van 1 dw. land op de Steenberg. Als pand stelt vanden Daele bovendien een halve dw. land op het Langeveld. 26 januari 1619. 1 charter
- 32 Vóór het leenhof van het Land van Schorisse koopt Jan de Merlier, zoon van François, een rente van 2 pond groot van Gillis vander Eeken, zoon van Pieter, en van Gillis de Wulf, zoon van Willem, beiden van Schorisse. Deze rente is gevestigd op een leen, gehouden van het Land van Schorisse en gelegen te Mater te Maarke-ten-Berge. 11 december 1620. 1 charter
- 33 Pieter Roman, onderbaljuw van het Land van Schorisse, verklaart het verhef ontvangen te hebben van een leen, door het klooster van Schorisse gehouden van het leenhof van het Land van Schorisse. Dit leen bestaat uit 1° een heerlijke rente, genoemd Schabroekrente, op grond gelegen Ten Berge (o.a. de Hospitaalweide) en te Schabroek in de Markette, gekocht van Marc Jolyt; 2° een meier voor de renteverhandelingen op dezelfde gronden; 3° een dubbele rente bij vererving, verkoop, enz. Sterfelijk laat is Gillijn vander Eecken, griffier van het Land van Schorisse. 26 mei 1627. 1 charter
- 34 Vóór de schepenbank van Schorisse koopt Gillijn vander Eecken van Jan Ghijs, zoon van Jacob, een erfelijke losrente van 6 pond par. per jaar, gevestigd op Ghijs' huis te Koekamer, grenzend aan de Hoefstraat en het veldeke genaamd Joris Roos' Stede, belast met een rente t.v.v. Abraham de Merlier en een andere rente. In dorso: zie regest nr. 35. 6 juli 1630. 1 charter
- 36 Vóór de schepenbank van de heerlijkheid van Kerkem, Koekamer en Rijstraat, bekent Pieter Craye, zoon van Lucas, een losrente van 6 pond par. per jaar schuldig te zijn aan Pieter vande Merghele van Nederbrakel. Als pand stelt Craye zijn huis op Koekamer, grenzend aan de straat en aan het veld genaamd de Bucht. 20 maart 1632. 1 charter
- 37 Vóór de schepenbank van Schorisse verkoopt Gillis Boursin aan de weduwe van Arnoud vanden Haesevelde een erfelijke losrente van 12 pond par., gevestigd op: 1° zijn huis en 60 r. land, gelegen in Vijverbeek, en grenzend aan 's Heren Straat en aan de beek; 2° een weide met vijverke, groot 1 dw. 80 r., grenzend aan 's Heren Goed, 's Heren Straat en de beek langs het Hazeveld. Volgens een dorsale notitie schonk Joanna de Cooman, weduwe van Arnoud van Haesevelde, deze rente aan de armen van Schorisse. 20 juni 1634. 1 charter
- 38 Vóór de schepenbank van Schorisse bekennen Willem vander Roost en zijn echtgenote Gillina Maroijen aan het klooster van Schorisse een erfelijke losrente van 12 pond par. schuldig te zijn. Deze rente is gevestigd op: 1° 1 dw. land op het Lesschervelvelt, grenzend aan de straat; 2° 1 dw. weide in de Spichteweide, grenzend aan de Molenbeek en belast met een heerlijke rente en een rente t.v.v. de erfgenamen van Arnoud Stalins; 3° 1 dw. weide op vander Roosts hofstede in de Markette, grenzend aan de dreef van de Spichteweide, aan de straat en aan de Molenbeek; 4° 1 dw. 25 r. op het Dekensveld, gelegen onder de heerlijkheid Ladeuze te Etikhove en grenzend aan de straat. 21 december 1643. 1 charter
- 39 Vóór de schepenbank van Schorisse koopt het hospitaal een erfelijke losrente van 18 pond par. per jaar van Laurens van Opbroecke, zoon van Hermes. Deze laatste stelt daarvoor als pand: 1° een stuk grond van 3 dw. min 18 r., gelegen te Koekamer en grenzend aan de Heerweg en Koekamerput, belast met renten aan de heer van Schorisse; 2° een weide van 80 r., grenzend aan de voorgaande grond en aan de Hoefstraat, eveneens belast met renten t.v.v. de heer van Schorisse. 8 februari 1644. 1 charter
- 40 Vóór de schepenbank van Schorisse verkoopt Joos vanden Abbeele, zoon van Joos, een erfelijke rente van 2 pond groot aan het hospitaal van Schorisse. Deze rente is gevestigd op: 1° 2 dw. land ter Rijstraat op de Mergelput; 2° zijn woonhuis en grond ter Rijstraat, anderhalf dw. groot en grenzend aan 's Heren Straat; 3° 1 dw. in de Dries, grenzend aan het goed van de heer van Schorisse en belast met een heerlijke rente t.v.v. laatstgenoemde. 17 februari 1645. 1 charter
- 41 Vóór de schepenbank van Zegelsem vestigt Elisabeth de Cooman, weduwe van Lieven Roman, voormalig onderbaljuw van het Land van Schorisse, bijgestaan door haar zoon Lieven Roman, huidig onderbaljuw van het Land van Schorisse, een lijfrente van 2 pond groot t.v.v. haar dochter Geertruid Roman, kloosterlinge te Schorisse. Als pand stelt zij haar huis en bijhorende grond, 6 dw. 25 r. groot, gelegen bij de Dries te Mettelinge en grenzend aan de straat. 27 februari 1645. 1 charter
- 42 Vóór de schepenbank van Sint-Kornelis-Horebeke verkoopt Joos de Temmerman, zoon van Lucas, een erfelijke losrente van 12 pond parisis aan het klooster van Schorisse. Deze rente is gevestigd op: 1° 1,5 dw. land op de Eertsbrugghehoeve; 2° 60 r. op hetzelfde veld, grenzend aan het goed van de kerk van Sint-Maria-Horebeke; 3° een halve dw. op hetzelfde veld; 4° 1 dw. 25 r. op het Koppenolveld in Sint-Maria-Horebeke, belast met een rente t.v.v. de heer van Ronse. De drie eerstgenoemde stukken zijn gelegen in Sint-Kornelis-Horebeke. 4 maart 1645. 1 charter
- 43 Vóór de schepenbank van Schorisse verkoopt Joos de Hond, zoon van Louis, een erfelijke losrente van 12 pond par. per jaar aan het klooster van Schorisse. Deze rente is gevestigd op: 1° 1 dw. 27 r. op het Hannenveld; 2° 52 r. op de Droge Weide; 3° 98 r. in de Warebroeken, belast met een heerlijke rente t.v.v. de heer van Schorisse; 4° Joos' hofstede, ook belast met een gelijkaardige heerlijke rente. 4 mei 1645. 1 charter
- 44 Vóór de schepenbank van Opbrakel vestigt Michiel Du Carlier, zoon van Jacob, een rente van 8 pond sch. par. per jaar t.v.v. het klooster van Schorisse, in vervanging van twee andere afgeloste renten. Als pand stelt hij: 1° 1 oud dw. weide, genoemd de Nonneweide; 2° 1 oud dw. weide, daaraan grenzend en belast met een heerlijke rente t.v.v. de vrouw van Opbrakel. 8 januari 1657. 1 charter
- 46 Vóór de schepenbank van Sint-Maria-Horebeke vestigt Jan de Temmerman, zoon van Lucas, een erfelijke losrente van 6 pond par. per jaar t.v.v. het klooster van Schorisse, op gronden in Sint-Maria-Horebeke, nl. 1° 80 r. weide in de Grote Meers; 2° 1 dw. 70 r. op de Hoogweide. 8 januari 1676. 1 charter
- 47 Verhef van een leen, gehouden van de heer van Schorisse, door François Blondel, als voogd en stiefvader van Lieven van Haesevelde, zoon van Lieven. Dit leen is gelegen op de Veeweiden te Zegelsem en bestaat uit: 1° 2 dw. 8 r. grenzend aan de straat; 2° 2 dw. 16 r., grenzend aan de Drogeweide. 5 mei 1679. 1 charter
- 48 Vóór de schepenbank van Schorisse koopt het klooster van aldaar van Daniel Serlippens, zoon van David, gehuwd met Petronella Roman, dochter van Arnoud, een erfelijke losrente van 2 pond groot per jaar, gevestigd op: 1° het huis en hof van D. Serlippens, 1 dw. 24 r. groot, gelegen bij het bos van de Rijst, de Rijst en het Bosgat; 2° 2 dw. 36 r. op het Rijstveld, grenzend aan 's Heren Goed en aan de voetweg naar het bos van de Rijst; 3° 3 dw. op de Hogedries, genoemd Swaelen Veldeken, grenzend aan de Rijstraat en de beek; 4° 2 dw. 58 r. bij het Anninsvelt, genoemd Pieter Hols Stede. Onderaan: kwijting van de koopsom door D. Serlippens. 31 mei 1683. 1 charter
- 49 Jonkheer Willem Antoon vanden Broucke, heer van Terbeken, gedeputeerde van de twee Steden en het Land van Aalst, hoogbaljuw van het Land van Schorisse, verklaart het verhef ontvangen te hebben van een leen, door het klooster van Schorisse gehouden van het Land van Schorisse, waarvan Louis Ernest, graaf van Egmont, nu baron is. Voor beschrijving van het leen, zie regest nr. 33; sterfelijk laat is Jan vander Donckt, zoon van Joos. 5 augustus 1692. 1 charter
- 50 Vóór de schepenbank van Schorisse verkoopt Martina Canijn, weduwe van Jean du Bois, een erfelijke losrente van 15 sch. groot aan het klooster van Schorisse. Deze rente is gevestigd op 1,5 dw. land gelegen op het Opperste Hazeveld te Vijverbeek, grenzend aan 's Heren Straat en belast met een rente aan de heer van Schorisse. 9 februari 1697. 1 charter
- 51 Vóór de schepenbank van Schorisse verkoopt Martina Canijn, weduwe van Jean du Bois, een rente van 4 pond 2 sch. 6 penn. aan het klooster van Schorisse. Deze rente wordt gevestigd op 1,5 dw. land op het Opperste Hazeveld te Vijverbeek, grenzend aan 's Heren Straat en reeds belast met een rente t.v.v. hetzelfde klooster. 23 oktober 1698. 1 charter
Vaste URL: https://search.arch.be/ead/BE-A0514_115440_114135_DUT
Bookmark url: https://search.arch.be/ead/BE-A0514_115440_114135_DUT