Rekenkamer te Rijsel. Denombrementen en andere stukken van de grafelijke leenhoven.
Het Leenhof van Dendermonde tijdens de vijftiende eeuw. Nadere toegang op het archief van de Rekenkamers, delen en banden, nr. 1102 en denombrementen van Vlaanderen, leenhof van Dendermonde tot 1473 /
- XXI. Denderbelle
- 3639, Adriaan de Luu schildknaap als wettelijk man en voogd over Katheline van Menostey doet verhef van vijf lenen. Het eerste leen is twaalf bunders en een half groot waaronder meersen, grachten. Aan dit leen is een heerlijke renterol gehouden van drie en twintig schellingen tien deniers par. in speciën en veertig hoenderen en een vierde van een hoen die de leenhouder heft op verscheidene erfgronden gelegen INT BROUCK. Ook heeft de leenhouder de macht een meier aan te stellen met de opsomming van zijn rechten en plichten. Nog behoort het leen een andere renterol toe van zestien schellingen negen diers par. ook op zekere erfgronden bezet gelegen in Sint-Onolfs Broek. Onder het tweede leen ressorteert een heerlijkheid van negen en dertig manschepen gelegen in Denderbelle en in Sint-Gillis en twee gelegen in Berlare. Aan dit leen heeft de leenhouder nog een penningrente op zekere erfgronden gelegen in Sint-Gillis en in Zwijveke van vier en veertig schellingen acht deniers obool par. in speciën, vijf kapoenen en achttien hoenderen. Hierna volgen de achterlenen gehouden van het tweede leen gelegen in Denderbelle en in Sint-Gillis namelijk:
Subitems
- Jan vuter Hovinghen over wijlen Philip vuter Zwane houdt drije bunderen in Denderbelle genoemd DEN BRUELEN en geldt jaarlijkse pacht van twee pond zestien schellingen groot.
- Goedele van der Heyden houdt een ervelijke rente van dertig schellingen groot per jaar op drie bunders genoemd DE BRUELEN.
- Lysbette van Calckene over Daneel van Calckene houdt drie bunder lands genoemd DE MONNIX VELDEN geldende zesentwintig schellingen zes deniers par. Van dit achterleen houdt Margriete van den Sporct dochter van Pieter een leen van een bunder genoemd DE HONDSPAENE.
- Lysbette Gheerdts houdt een leen de helft gelegen op DE BERCH en de andere helft op de BELLECOUTER geldt jaarlijks twintig vaten rogge.
- Jan vuten Hove over Willem vuten Hove houdt drie lenen samen elf bunder omvattende bos, meersen en weide en geldt jaarlijks in pacht acht schellingen groot per bunder.
- De zelve Jan over Dezelfde Willem houdt nog drie dagwand gelegen op TMOORTERVELT en half dagwand in den BREEDEN MEERSCHBOSCH geldt jaarlijks zes schellingen groot.
- Vrancke van Calckene houdt een half bunder meers en geldt in pacht acht schellingen zes deniers.
- Katheline Huychs over Joos Hughe te voren Daneel van Rossem houdt een half bunder gelegen op de ANWEEDDE en geldt jaarlijks drie schellingen vier deniers groot.
- Margriete Coens houdt zes dagwand in de HONDSPANNE in de hoek aan THEYCKEN en geldt tien schellingen groot.
- Jehanne Telders de vrouw van Pieter van Langhenhove over Margriette van der Straten dochter van Willem houdt een bunder genoemd DEN WYENDRIESCH en geldt twaalf schellingen groot.
- Andries van den Eede zoon van Jan over Luuc van den Heede over Jan van den Heede en te voren Andries van Heede houdt tien dagwand in drie percelen op SERWOUTERS VELT en op TSERPIETERS VELT en geldt een en twintig schellingen groot.
- Jan van Siccler zoon van meester Jan over zijn vader en over jonkvrouw Kathelinen van Bugghenhout houdt drie dagwand op DEN BOCHT en geldt zes schellingen groot.
- Gillis Meerman over Daneel vuten Eechoute houdt een half bunder en twintig roeden met jaarlijkse waarde van zeven schellingen groot.
- De zelve Gillis Meerman over Janne Buyse houdt een half bunder en een half dagwand en geldt voor pacht zes schellingen groot.
- Joos Meerman zoon van Gillis over Arendt de Commere houdt een half bunder en zesenvijftig roeden geldt drie schellingen groot.
- Henric vuter Hovinghen zoon van Jacob over Hendricke van den Weghe houdt vijf dagwand genoemd TBERTELT VELT geldt twaalf schellingen zes deniers groot.
- Pieter de Ruwe over Jan den Ruwe houdt twee bunder en een half en geldt vijfentwintig schellingen groot.
- De zelve Pieter over Jan de Ruwe houdt een half bunder en vijfentwintig roeden geldt drie schellingen vier deniers groot.
- Jan de Ruwe over Margrieten sRuwen houdt een half bunder en vijfentiwntig roeden geldt drie schellingen groot.
- Michiel de Cale over Joos Serarendts houdt een half bunder en een half dagwand geldt drie schellingen groot.
- Marie sRuwen houdt een half bunder en vijfentwintig roeden geldt drie schellingen vier deniers groot.
- Jan van Bommeren over Lysbetten tsRuwen houdt een half bunder en vijfentwintig roeden en geldt drie schellingen vier deniers groot.
- Jehanne tsRuwen houdt zeven dagwand en geldt tien schellingen groot.
- Pieter Moortgat over Jan van Hofstede over Pieter van Hofstede houdt acht dagwanden makende twee bunders en geldt voor pacht zestien schellingen groot.
- Pieter van Ympe alias Truwen over Kathelinen van den Steenbeke houdt drie dagwand geldt tien schellingen groot.
- Gillis Moortgat zoon van Jooris over Janne Buyse houdt een half bunder geldt twee schellingen zes deniers groot.
- Anthonis van Hoorenbeke zoon van Joos over Cornelis de Decker en te voren Jan Pijl houdt buiten de MECHELPOORTEN drie dagwand geldt negen schellingen groot.
- Pieter Spaenooghe zoon van Pieter over Jan Spaenooghe zoon van Jan houdt zeven dagwand en geldt twintig schellingen groot.
- Gillis Beecman zoon van Joos over Jan Eechout te voren Lysbette Gheerds weduwe van Gillis de Cooman houdt drie dagwand meers gelegen in DE DUUST en geldt twaalf schellingen groot.
- Olivier Nieulant over Daneel Nieulant houdt zeven dagwand geldt achtien schellingen groot - men houdt van deze leen een vijfschoof en zeven hoenderen.
- Pieter Moortgat over jonkvrouw Lysbetten Bruleers houdt twee lenen het ene drie dagwand en zes en dertig roeden min gelegen op het PAPPEVELT en het andere drie dagwand gelegen op MOESTE COUTERE gelden beide zestien pond par.
- Jan Boele zoon van Cornelis houdt vijf bunders komende van Cammermanne gelegen in Sint-Gillis.
- Lauwereys Spot houdt tien schellingen groot ervelijk zijnde een rente bezet op het leen dat de wees van Jan van der Moest toebehoort gelegen in Sint-Gillis.
- Joos van Hecke houdt een half bunder met een geschatte jaarlijkse waarde van twee schellingen groot, houdt nu Symoen van den Berghe.
- Joos Hulstaert zoon van Jan over Kathelijne Mys dochter van Jan, vrouw van Jan Hulstaerts houdt een dagwand en vijf roeden geldt twaalf groot.
- De meergenoemde Katheline van Menostey houdt een derde leen gelegen in Lebbeke en is een heerlijkheid van achttien manschepen en ook behoort dit leen een rente van twaalf schellingen drie deniers groot en vier deniers par. en twee kapoenen en achttien hoenders en zes en half viertelen rogge Dendermondse maat die haar jaarlijks diverse laten gelden. Aan dit derde leen zijn verscheidene achterlenen verbonden zo hierna volgt :.
- Heer Dieric van den Damme over meester Hendrick van den Damme houdt negen bunders genoemd TGOED TEN EECKE geldende jaarlijkse pacht van drie pond twaalf schellingen groot.
- Jan van den Damme zoon van Gillis over de zelve Gillis zijn vader te voren Gillis van den Effele houdt een half bunder in drie percelen op het WOYTKENS VELT en geldt drie schellingen twee deniers groot.
- Margriete Lysbetten houdt anderhalf dagwand en geldt drie schellingen twee deniers groot.
- Margriete van den Damme dochter van Gillis over Gillis haar vader te voren Jan Phelips houdt een half bunder in twee percelen gelegen op T WOYTKENS VELT en geldt drie schellingen vier deniers.
- Joos van Cousbrouc zoon van Gheerds over de zelve Gheerd zijn vader houdt een bunder gelegen op TBREEMTLANT en zijn twee lenen en gelden zeven schellingen groot.
- Jan Claus over Yden Claus houdt een bunder gelegen op WOYTKENS VELT en geldt voor pacht drie schellingen groot.
- Heer Jan van der Hofstad zoon van Jan priester over Gillis van Bueghem over heer Jan van Boghem en daarvoren mijnheer van Reenes ridder, houdt vijf dagwanden die jaarlijks drie schellingen groot zijn.
- Pieter van Hoorembeke over Gheerd van Hoorembeke houdt drie dagwand lands op BREEMLANT waard zes schellingen groot.
- Gillis van den Keere over Joos de Wolf fs Hendricx over Kathelinen tSmets dochter van Joos en daarvoren Joos de Smet houdt een half bunder gelegen op T GROOT VELT met jaarlijkse waarde van drie schellingen groot.
- Jan Orijs over Andries van Belle zoon van Gillis houdt een dagwand genoemd DEN EECKEN HOF geldt jaaroijks vier schellingen zes deniers groot.
- De zelve Jan Orys over Arend van den Meere en te voren Margriete van der Elst dochter van Jan houdt een dagwand geldt jaarlijks twaalf kapoenen en vier groot.
- Joos van Rossem over heer Janne Spaenooghe te vooren Jan Spaenhooghe zoon van Lauwers houdt een half bunder gelegen op TSTREKE waarvan Andries van Rossem hem staat ten gevolge met een dagwand waard jaarlijks vier schellingen groot.
- Joorijs van Beersels zoon van Joos over zijn vader Joos en over Janne van Beersels te voren Margriete van den Bossche een dagwand en een half geldt drie schellingen groot.
- Margriete Moens dochter van Hendrix over Henric Moens haar vader te voren Marten Moens houdt een half bunder een half dagwand genoemd DE VLASMEERE waard drie pond par.
- Lysbette Moens dochter van Henrix over haar vader te voren Marten Moens een half bunder gelegen op PLUYMSVELT jaarlijks waard vier schellingen groot.
- De zelve Lysbette Moens over Henric haar vader te voren Marten Moens negen dagwand gelgen op TPLUYMES VELT en een dagwand gelegen in het CALVEREENSELS.
- De bovengenoemde Margriete Moens over Heindric Moens en over Marten Moens houdt op TBRAEMLANT een half bunder.
- Joos Zoetman zoon van Jan over Janne Zoetman houdt een half bunder op de MEULECOUTER genoemd DE CLEENCOUTRE en geldt vier schellingen groot. van deze Joos Zoetman zijn volgende achterlenen gehouden : te wetene eerst:
- Daneel van Calckene een leen van een bunder geldt acht schellingen groot.
- Ruemijs van Ghinderboven een half bunder gelegen op de CLEENCOUTER waard vier schellingen groot.
- Joos van Rossem een half bunder gelegen op de CLEEN COUTER waard drie schellingen acht deniers.
- Adaem van Ghinderboven een dagwand waard twee schellingen groot.
- Marten Moens vijf dagwand waard acht schellingen groot.
- Dezelfde Marten een half bunder en een half dagwand waard vier schellingen groot.
- De zelven Marten een half bunder waard vier schellingen groot.
- Jan van den Keere een half bunder waard drie schellingen vier deniers..
- Lysbette van den Keere een dagwand achtien deniers groot.
- Katheline van Calckene een dagwand waard twee schellingen groot.
- Jan van Belle een dagwand waard twintig deniers groot.
- Jacob van der Huevinghen een half bunder waard vier schellingen groot.
- Louys van der Hert over Arendt van der Hert een dagwand waard drie schellingen groot.
- Het vierde leen dat jonkvrouw Katheline houdt is gelegen in Opwijk waartoe twaalf manschepen behoren. Tot het zelfde leen behoort nog een heerlijke penningrente van vijf en veertig penningen par., twee hoenderen. Hierna volgen de achterlenen gehouden door de jonkvrouw Kathaelijne:.
- Gillis Boschman over Daem Boschman en daar te voren Gheerd Boschman houdt drie dagwand en geldt jaarlijks voor pacht vier pond par..
- Barbele van der Schueren over Willem van der Schuere houdt drie dagwand en geldt acht schellingen groot.
- De zelve Barbele over Margrieten van Nedervelde houdt zes dagwand waard zestien schellingen groot.
- Gillis van den Effele zoon van Hendricx over de zelve Henric houdt twee lenen de ene groot drie dagwand en de andere zes dagwand en gelden beide samen achtien schellingen groot.
- Jan van der Meere zoon van Joos houdt drie lenen groot samen drie dagwanden en gelden jaarlijks vijf schellingen acht deniers.
- Jan Coppens over Margrieten van der Meere zijn moeder en over Pieterken van der Meere zoon van Impens houdt een oud bunder waard zes schellingen groot.
- Jan van den Putte over Baltasar van den Beemde en over Godevaert van den Beemde houdt een bunder waard zes schellingen groot.
- Jan van der Hoeven ende Adriaen van der Hoeven zonen van Hendrix over Henricke van der Hoeven te voren Ympen van den Keere houdt twee lenen ieder drie dagwand en gelden jaarlijkse waarde van tien schellingen groot.
- Nog houdt de zelve jonkvrouw Katherine van Menostey, vrouw van Adriaens Sluus een vijfde leen en is gelegen in Denderbelle dat wijlen Pieter van den Bruele was en is een heerlijkheid van zeventien manschepen..
- Hier volgen de achterlenen:
- Margriete van Langhenhove dochter van Hendricx over Janne den Maerscalc en over Robbrechts Godevaert houdt een half bunder waard zeven schellingen groot.
- Henric de Block over Janne van den Keere zoon van Ympens houdt anderhalf dagwand en geldt drie schellingen twee deniers.
- Jan Mommaert zoon van Luycx over Lauwereys Mommaerts houdt een half bunder vijf en twintig roeden waar zes schellingen groot.
- Margriete van der Sporct over Robbrecht van der Sporct over Kathelinen Coens een dagwand weide geldt twee schellingen vier deniers groot.
- Margriete van Beerssele over Hendricke de Wolf houdt drie dagwand genoemd DEN NECKERSDRIESCH waard vijf schellingen groot.
- Robbrecht Paridaen houdt een half bunder waard drie schellingen groot.
- Henric van den Broucke over Beatrisen sKeysers zijn moeder houdt een half bunder en veertig roeden waard zeven schellingen groot.
- Jan Godevaerts alias van Leeuwerghem over Joanne Govaerts houdt een bunder zijnde een half bunder aan de VOORTBRUGGHE en het ander half bunder op DAENWENDE.
- Jan van Leeuwerghem zoon van Robbrechts over Janne Govaerts houdt vijf en twintig roeden genoemd TSCILDEKEN..
- Daneel van der Lysbetten zoon van Jan over Margriete van Ghinderover vijf en zeventig roeden waard twintig deniers groot.
- Gillis de Keyser namens en als sterfman van de H Geest van Denderbelle houdt vijf en twintig roeden geldt veertien schellingen.
- Jan van den Keere zoon van Joris over Janne Beecman over Willem Beecman houdt zes dagwand geldt acht schellingen groot.
- Lysebette van Beudeghem houdt een dagwand en vijf en twintig roeden en een perceel van drie dagwand.
- Margriete Goossen vrouw van Oenolf houdt een half bunder gelegen op DEN WOELPUTTE.
- Daneel van Paddenbrouc houdt een half bunder en twaalf roeden nu Jan van Palincbrouc.
- Jan Claus zoon van Joos over Joos Claus en Daneel Joos houdt een half bunder..
- Welke grootte van lenen en achterlenen Adriaan de Luu overgeeft en heeft het rapport gezegeld op 28 september 1515.
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 548 -
3639