(Joos Hildebrant, schout van heer Adriaan Vilain in Assenederambacht, alsook Symon vanden Putevelde, Willem de Moeur en Jan Deyman, schepenen van Assenederambacht, maken bekend dat Symoen de Moeur en diens echtgenote Aleyde, dochter van Eyneric Moerdyck, kwamen verklaren dat zij jegens Eyneric Leuwe 3 gemeten 1 vierendeel land in Moerkerke in erfcijns van 4 lb. par. genomen hadden. De grond was belast met een rente voor de graaf en 4 s. par. voor de parochiekerk van Moerkerke (1 1/2 gemet in de moerdijk (ten noorden: Joos Triest; ten zuiden: Jan Vordenoedt; ten westen: Olivier Triest); 1 vierendeel bij Joos Vrombouts (ten zuiden: Pieter Crudenare; ten noorden: Jakob Moes; ten westen: de kinderen van Kerstiaen Quisthout); 1 /2 gemet bij Marye Hughyssins (ten zuiden: Kateline Jan Jansins; ten noorden: Pieter Crudenare; ten oosten: Pieter Borluut); 1 gemet bij Jan Sommels (ten noorden: Luk Pieter Eynz.; ten zuiden: de kinderen van Kerstiaen Quisthout; ten oosten: Michiel Lanckere)). Als pand voor de erfcijns stellen Symoen en Aleyde 1 gemet land in Moerkerke, bij de kerkweg (ten noorden: Luk Pieter Eynz.; ten zuiden en ten westen: Pieter Kerstiaen). Zegelaankondiging: de oorkonders (elk met eigen zegel). A. Origineel: niet voorhanden. B. Afschrift uit 1544-1545, onder koptitel "Moerkercke", naar A.R.G., Abdij van Boudelo, nr. 9, ff. 210v°-211v°.)
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Rijksarchief te Gent -
K164 -
884
Vorige (nr 883)
|
Volgende (nr 885)