Grote Raad voor de Nederlanden te Mechelen. Banden en delen.
Nadere toegang op de geëxtendeerde sententies van de Grote Raad van Mechelen, 1693-1772
- Nadere toegang
- 26, Robert Mutlouw, koopman te Oostende, appellant. Jacques Lijnck, erfgenaam van zijn broer Dominicq Lijnck, koopman te Oostende, geïntimeerde. Inv. nr. 969, f. 312-321. 13 maart 1694. Beroep uit Vlaanderen. Betwisting van de geldigheid van een weddenschap over de verovering van Ierland door de Engelse koning. In concreto hadden Robert Mutlouw en Dominicq Lijnck op 3 maart 1690 een weddenschap aangegaan waarbij Mutlouw tien gouden munten had gegeven aan Lijnck op voorwaarde dat Lijnck deze munten zou teruggeven en er honderd bovenop leggen mocht de Engelse koning Ierland veroveren. De Raad van Vlaanderen beveelt op 30 mei 1693 Jacques Lijnck om zijn aanbod na te komen en de tien gouden munten die zijn broer oorspronkelijk gekregen had van Robert Mutlouw terug te betalen. De proceskosten worden gecompenseerd over beide partijen. De Grote Raad bevestigt het vonnis van de Raad van Vlaanderen en veroordeelt de appellant tot de boete van frivool appel en tot de proceskosten.
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Algemeen Rijksarchief / Archives générales du Royaume -
I 547 -
26