Inventaris van de oorkonden der Graven van Vlaanderen. Chronologisch gerangschikt supplement (Rijksarchief te Gent), 13de eeuw-1559
- 714 1451, juni 5.Kwitantie van de deken en het kapittel van Sint-Goedele te Brussel, voor de som van 100 schilden die Wouter van de Mandre, uit naam van de hertog van Bourgondië, hen betaald heeft voor de stichting van een jaargetijde voor de zielrust van Katharina, dochter van de koning van Frankrijk en echtgenote van Karei, graaf van Charolais en zoon van de hertog van Bourgondië (Fr.)., 1451-1451
- 715 1452, juli 19. Filips de Goede, hertog van Bourgondië, verleent, door bemiddeling van de ambassadeurs van de Franse koning, aan de Gentenaren een wapenstilstand van zes weken, lopend van 21 juli tot 1 september 1452 (Fr.)., 1452-1452
- 716 1452, juli 21.De Gentenaren maken bekend dat zij bereid zijn de wapenstilstand van zes weken met de hertog na te leven en geven hun afgevaardigden de toelating de wapenstilstand te verlengen zo zij zulks nuttig oordelen (Fr.)., 1452-1452
- 717 1453, oktober 16.De schepenen en de dekens van de ambachten van Gent maken bekend dat Filips, hertog van Bourgondië, de termijn binnen dewelke over de stipulatie uit het verdrag van Gavere betreffende het geval der steden Kortrijk, Oudenaarde, Biervliet, Dendermonde, Aalst en de Landen van Waas en de Vier-Ambachten, definitief moest beslist worden, met een jaar verlengd heeft, namelijk tot 31 januari 1455. - De kopie van de akte van de hertog is in dit stuk opgenomen (Fr.)., 1453-1455
- 718 1455, maart 11. Mandement van Filips, hertog van Bourgondië, aan de baljuw van Amiens en de gouverneur van Atrecht en hun luitenanten, waarin hij hen laat weten dat de koninklijke zetel van de prévôté van Beauquesne, die vroeger reeds naar Atrecht overgebracht, maar nadien terug naar Beauquesne verplaatst was, nu definitief opnieuw naar Atrecht overgeplaatst is (Fr.). Vidimus van 13 juni 1466 onder de zegels van Nikolaas Oudart, zegelbewaarder van het baljuwschap van Amiens, en Pieter de le Becque en Jan Leborgne, auditeurs van de koning in de prévôté van Beauquesne., 1455-1466
- 719 1456, augustus 29. Akte waarin de schepenen en raad van de stad Gent uiteenzetten hoe Pieter Hueribloc tot grootdeken der kleine ambachten verkozen werd voor het schepenjaar 1456-57, volgens het privilegie dat hun toegekend werd in 1425. Op aandringen van de commissarissen van de hertog werd de verkiezing van de dekens van de ambachten geregeld. Voortaan zijn de leden die het ambacht niet uitoefenen niet meer stemgerechtigd (Fr.)., 1425-1456
- 720 1461, november 1. Mandement van Lodewijk XI, koning van Frankrijk, aan de lieden van zijn Parlement en aan de baljuws van Amiens en Saint-Quentin, waarin hij meldt dat de hertog van Bourgondië hem uiteengezet heeft dat het graafschap Aalst en de landen van Waas en Dendermonde aan de hertog in volle recht toebehoren en dat het koninklijk Parlement er geen jurisdictie heeft, en vervolgens dat om die reden het Parlement wederrechtelijk een vonnis geveld heeft op 28 juni 1460 in het proces van Willem van Bossut en de procureur-generaal van de koning tegen broeder Jacob van Brussel, betreffende de abdij van Sint-Baafs die gelegen is in het graafschap Aalst. De koning beveelt dat het vonnis niet zal uitgevoerd worden binnen de drie jaar, daar zijn commissarissen met die van de hertog de wederzijdse rechtsgebieden zullen afbakenen (Fr.)., 1460-1461
- 721 1462, januari 7. Op verzoek van Gwijde en Frans Busquet, leden van de natie van Lombardië, verleent Filips, hertog van Bourgondië, aan hen en hun gezellen de toelating om te Valencijn een tafel van lening op te richten voor de duur van 12 jaar en mits de jaarlijkse betaling van 200 gouden schilden van 48 groten Vlaams (Fr.)., 1462-1462
- 722 1463, oktober 24. Lodewijk XI, koning van Frankrijk, maakt bekend dat, nu hij de landen en heerlijkheden gelegen op de Somme en die krachtens de vrede van Atrecht aan de hertog van Bourgondië werden afgestaan, teruggekocht heeft,: de rechtszittingen van de prévôté van Beauquesne voortaan te Atrecht zullen gehouden worden voor zover het de bewoners en de goederen betreft van over de rivier l'Authie (Fr.). Vidimus van 8 juni 1466 onder de zegels van Nikolaas Oudart, bewaarder van het koninklijk zegel van Amiens, Pieter de le Becque en Jan le Borgne, auditeur van de koning., 1463-1466
- 723 1464, februari 6. Filips, bastaard van Brabant, raadsheer van de hertog van Bourgondië, maakt bekend dat de hertog hem ter gelegenheid van zijn aanstaande huwelijk met Anna, dochter van Jan de Baenst, heer van Beernem en Sint-Joris, een erfelijke rente geschonken heeft van 1.000 pond van 40 gro. Vlaams, in plaats van zijn pensioen van 1.000 " pieters " van 36 gro., die hij tot nu toe geheven heeft op de ontvangsten van Brabant. - Van de rente zijn er 600 pond ten voordele van hemzelf, zijn kinderen en kleinkinderen ; de 400 resterende ponden komen ten goede aan hemzelf en zijn vrouw of de langst levende. De voorwaarden uitgedrukt in de schenkingsakte van de hertog, dd. 15 mei 1463, en die in deze oorkonde opgenomen is, verklaart Filips te aanvaarden (Fr.)., 1463-1464
- 724 1464, juni 20. Pieter Bladelin, heer van Middelburg-in-Vlaanderen, raadsheer en hotelmeester van de hertog van Bourgondië, verklaart voor notaris en getuigen, in de Rekenkamer te Rijsel, vóór de bekrachtiging van de akte, waarbij hij de hoge justitie over de stad en heerlijkheid van Middelburg verkrijgt, dat zijn recht van hoge justitie en van kennis in reële en personele zaken niet buiten de grenzen gaat vastgelegd in de akte van oktrooi van 3 juni 1464, namelijk dat zijn bevoegdheid zich uitstrekt over Middelburg en de brieven van Aartrijke gelegen in de ammanies van Beoosteree en Bewesteree, van Aardenburg en van Moerkerke, die gelegen zijn in de parochies van Aardenburg, Moerkerke en Heyle, nu geheten Middelburg (Fr.)., 1464-1464
- 725 1464, augustus 23. Akte van erving en onterving verleden voor Jan van Rubempré, hoogbaljuw van Henegouwen, en zes leenmannen van de hertog van Bourgondië, waarbij Jan du Teme, raadsheer van de hertog van Bourgondië en ontvanger van de dodehandsrechten in Henegouwen, aan de hertog 18 pond erfelijke rente, bezet op het hertogelijk domein in Henegouwen, aan de hertog overdraagt in afkorting van een rente van 60 pond die hij aan de hertog verschuldigd is uit hoofde van een huis gelegen te Bergen (Fr.)., 1464-1464
- 726 1464, augustus 23. Akte van erving en onterving verleden voor de hoogbaljuw van Henegouwen en vijf leenmannen van de hertog van Bourgondië, waarbij Jan Mouret, klerk van Bergen, ten voordele van Jan du Terne, aan de hertog een rente afstaat van 10 pond bezet op het domein van de hertog, in afkorting van de 60 pond rente die Jan du Terne, uit hoofde van een huis te Bergen, aan de hertog verschuldigd is (Fr.)., 1464-1464
- 727 1464, september 12. Akte van erving en onterving verleden voor de schepenen van Bergen van een soort ruiling van twee renten, de ene van 60 pond wit toebehorend aan de hertog en ten laste van Jan du Terne, bezet op dezes huis te Bergen bij de kerken van Sint-Waudru en Sint-Germain ; de andere van 4 pond 9 s. wit toebehorend aan Jan du Terne en bezet ten laste van de hertog op het vlees- en broodhuis der stad, op de bossen van Haye-le-Comte bij Zinnik en op de " winagen " van Cousolre en Thirimont. Jan du Terne geeft de hertog kwijting van de rente van 4 pond 9 s., som die in de toekomst zal afgetrokken worden van de rente van 60 pond die Jan aan de hertog verschuldigd is (Fr.)., 1464-1464
- 728 1464, oktober 2. Akte van erving en onterving verleden voor de hoogbaljuw van Henegouwen en negen leenmannen van de hertog van een rente van 10 pond wit ten laste van de hertog, bezet op de " winagen " van Cousolre en Thirimont, overgedragen aan de hertog door Gobert Joye, zoon van wijlen Stefaan, burger van Bergen, in afkorting van de rente van 60 pond wit die Jan du Teme verschuldigd is aan de hertog (Fr.)., 1464-1464
- 729 1464, oktober 2.Gelijkaardige akte betreffend een overdracht aan de hertog van een rente van 18 pond wit door Antoon de Peissant, burger van Bergen (Fr.)., 1464-1464
- 730 1464, oktober 16. Brief van de lieden van de Rekenkamer te Brussel aan hun collega's te Rijsel waarin zij bevestigen dat zij de akten die hun door Filips, bastaard van Bourgondië, overhandigd werden, respectievelijk gedagtekend 28 april 1458 en 22 oktober 1459 betreffende de toekenning door de hertog van een pensioen van 1.000 " pieters ", gecancelleerd hebben, daar ze geen reden van bestaan meer hebben sinds de nieuwe schenking (zie nr 723) van de hertog aan de bastaard van Brabant (Fr.)., 1458-1464
- 731 1465, maart 22. Frans, hertog van Bretagne, graaf van Montfort, Richemont, Etampes en Vertus, maakt bekend dat hij een defensief verdrag gesloten heeft met de graaf van Charolais, zoon van de hertog van Bourgondië, waarin hij ook de hertogen van Berry, Calabre en Bourbon betrokken heeft (Fr.)., 1465-1465
- 732 1465, oktober 5. Verdrag van Conflans gesloten tussen Karei de Stoute, graaf van Charolais, en Lodewijk XI, koning van Frankrijk, waarbij deze laatste in hoofdzaak de bepalingen van het verdrag van Atrecht bekrachtigt (Fr.)., 1465-1465
- 733 1465, oktober 5.Zelfde inhoud als vorige akte., 1465-1465
232 gevonden, 61 t/m 80 getoond, pagina 4 van 12