---------------------------
http://www.arch.be
De archiefbewaarplaatsen
Beschikbaar in de talen: nl | EAC-CPF XML
Soort archiefvormer : Bedrijf/Instelling
Rubriek : Onderwijs. Scholen. Universiteiten.
Bron : Latijnse Scholen
Periode : 15de-18de eeuw
Datering: 1448 (vroegste vermelding van een school); 1462 (oprichting van het O.-L.-Vrouwkapittel); 1597 (verhuis naar een lokaal in de kerk); 1613 (onderzoek voor de oprichting van een college door de bogarden); 1706 (oprichting van de school van Renom); 1711 (onderwijs gegeven door bogarden).
Studentenaantallen: er zijn geen gegevens beschikbaar.
Historische notitie
De Latijnse school van Aarschot groeide vermoedelijk uit de oude parochieschool. In 1462 werd het O.-L.-Vrouwkapittel opgericht, wat ongetwijfeld een bijkomende stimulans voor het onderwijs betekende. De vroegste vermelding van de school dateert uit 1448. Op deze datum keerden de norbertijnen van Averbode zes stuivers uit naar aanleiding van de verkiezing van een schoolbisschop. Niet alleen in Aarschot, maar ook in de omliggende dorpen zoals Testelt, Rillaar, Langdorp, Messelbroek, Betekom en Baal werd er Latijn onderwezen. Vermoedelijk was het leerprogramma beperkt. Terwijl het Latijns onderwijs in deze parochiescholen rond 1600 wegdeemsterde, bleef de traditie in Aarschot bestaan
Het schoolgebouw, waarin zowel de lagere als de Latijnse school, gehuisvest waren, bevond zich in de 16de eeuw op het kerkhof van de O.-L.-Vrouwekerk. Het gebouw ging tijdens de troebelen naar aanleiding van de godsdienstoorlogen in vlammen op. Rond 1597 verhuisde de Latijnse school naar een lokaal bij de ingang van de voornoemde kerk
Volgens het rapport van C. Millet en A. Carpentier, in opdracht van de hertog in 1597 opgemaakt, werd de leerkracht door de deken van het kapittel, de drossaard en de burgemeesters van Aarschot aangesteld. Het onderhoud van de school en de bezoldiging van de schoolmeester waren ten laste van de stad. De exacte bevoegdheid van het kapittel inzake het onderwijs moet nog verder worden onderzocht. De koordeken bepaalde onder andere welke boeken gebruikt mochten worden
De godsdienstoorlogen in de tweede helft van de 16de eeuw veroorzaakten een verschuiving in het Aarschotse onderwijslandschap. Na de troebelen wilde de stad het onderwijs opnieuw op de rails zetten, maar de noodzakelijke middelen ontbraken. Hierop probeerde de magistraat de financiering geheel of gedeeltelijk via de hertog te recupereren , onder andere door het legaat van 80 gulden van Maria van Hamal ( 1540) ten voordele van de Aarschotse scholen te gelde te maken. In zijn argumentatie wees het stadsbestuur op het toenemend aantal studenten en de aanwezigheid van bekwame leraars, die men echter zonder bijkomende middelen niet zou kunnen blijven betalen. De afloop van deze onderhandelingen is niet duidelijk. Het voornemen van de bogarden in 1613 om een Latijnse school op te richten zou op het einde van de bestaande school kunnen wijzen. Deze orde nam zeker vanaf 1615 het Latijnse onderricht te Aarschot voor zijn rekening. Hoe lang de paters zich met het onderwijs ingelaten hebben, is niet geweten. In 1644 blijkt dat de school (zowel Latijns als lager onderwijs) volledig in handen van leken was. De visitatieverslagen van 1656 vermelden daarentegen opnieuw de bogarden
Op het einde van de 17de eeuw voldeed het onderwijs blijkbaar niet meer aan de behoeften. Om de lagere en de Latijnse school te kunnen splitsen verzocht het stadsbestuur hertogin Marie Henriette del Caretto om twee prebendes ten voordele van het onderwijs vrij te maken. De introductie in het kapittel van Petrus Renom op 23 juni 1699 kan in deze context worden gekaderd. Ten gevolge van de Spaanse Successieoorlog kon deze kanunnik echter pas in 1706, op het ogenblik dat de rust min of meer was teruggekeerd, aan zijn werkzaamheden beginnen. Hij nam zich voor de Aarschotse jeugd naast Frans en Latijn ook muziek, zang, en goede christelijke manieren bij te brengen. Ter compensatie vroeg hij een jaarlijkse toelage van 50 of 60 gulden, een bedrag dat vergelijkbaar was met wat de stad voordien aan de bogarden betaalde. Op 18 oktober 1706 volgde het fiat van de stadsmagistraat. Na enkele jaren werd dit project omwille van financiële problemen stilgelegd. In de 18de eeuw leidde de Latijnse school blijkbaar een slabakkend bestaan. Volgens de visitatieverslagen van 1711 en 1723 zouden de bogarden weer school hebben gehouden. In 1751 is er sprake van twee schoolmeesters, waarvan één voor het Latijnse onderwijs instond
Voor de studie van het Latijns onderwijs in Aarschot dient er naar het archief van de O.-L.-Vrouwekerk te worden verwezen (Aarschot, Archief der collegiale kerk Onze-Lieve-Vrouw van Aarschot (toegang: Inventaris ter plaatse raadpleegbaar). Het bestand is ingedeeld in de volgende rubrieken: I. Stad en kwartier van Aarschot, II. Kapittel van Aarschot, III. Kerk van Aarschot, IV. Kloosters, gilden en broederschappen, V. Verzameling Craenen, VI. Land. Vooral de rubrieken II (nrs. 46-214) en III (nrs. 215279) zouden nuttige gegevens kunnen opleveren. Er kan o.a. verwezen worden naar de beraadslagingen van het kapittel: nrs. 49 tot 60 (16de tot 18de eeuw).
Gezien het belang van de familie van Arenberg voor Aarschot mag het familiearchief niet over het hoofd gezien worden. Het huis van Arenberg kreeg door het huwelijk van Karel van Arenberg (1550-1616) met Anne van Croij (1564-1635) het hertogdom Aarschot in handen. Het archief van dit huis wordt in het Rijksarchief, het Universiteitsarchief van de KU Leuven en het Arenbergarchief te Edingen bewaard. De bescheiden die door de KU Leuven bewaard worden, vormen grosso modo het domeinarchief van het hertogdom Aarschot (toegang: M. DE FRAINE-BLONDÉ en P. DE FRAINE. Archief van het kasteel van Arenberg te Heverlee. Beknopte inventaris met register. Leuven, 1962 en B. MINNEN. Inventaris van het archief van het arenbergkasteel te Heverlee. Supplement. Leuven, 1984 (dactylografische inventaris ter plaatse raadpleegbaar)). Dit bestand bevat een aantal belangrijke stukken over het Latijnse onderwijs te Aarschot (zie infra). Voor het Arenbergarchief in het ARA zijn enkele deelinventarissen voorhanden. Zie: C. DE MOREAU DE GERBEHAYE. Archives du Palais dArenberg à Bruxelles. Seigneuries Domaines. Aarschot, Bierbeek, Heverlee et Rotselaar. Brussel, 1999. Op het ogenblik wordt aan nieuwe toegangen gewerkt. De meer persoonsgebonden archieven zoals briefwisseling, doopakten, huwelijksakten, handschriften en een beperkt deel archiefbescheiden met betrekking tot het beheer van de feodale goederen en het familiebezit worden in het Arenbergarchief in Edingen bewaard. Er wordt gewerkt aan een toegang. De gebrekkige ontsluiting en de omvang van het bestand maken het naar waarde schatten van het Arenbergarchief in functie van dit onderzoek onmogelijk.
In het archief van de Koninklijke Commissie der Studiën (ARA, toegang: A. GAILLARD. Inventaire sommaire des archives de la Commission Royale des Etudes. Brussel, [1906]) zijn er weinig specifieke stukken over Aarschot bewaard. Op 25 oktober 1777 verzocht de stadsmagistraat, in een poging om het onderwijs te stimuleren, de centrale overheid om de 310 gulden voor het onderhoud van een priester voor de Latijnse school te voorzien (ARA, Koninklijke Commissie der Studiën, nr. 33A).
1.Stukken met betrekking tot de oprichting van de school
Wat de stichting van het college van Aarschot betreft, kan er een onderscheid gemaakt worden tussen het ontstaan en de ontwikkeling van de parochieschool en de stichting van een nieuwe school door kanunnik Petrus Renom. De documenten over diens aanstelling bevinden zich in KU Leuven, Arenbergarchief, nr. 319. Het nr. 332 van hetzelfde bestand bevat een authentiek afschrift van de oprichtingsakte van de school door de magistraat.
2.Historiografische bronnen met betrekking tot de geschiedenis van de school
Hoewel het stuk niet helemaal onder deze noemer thuis hoort, kan er verwezen worden naar de Besoignier gemaakt door Adrien Carpentier schatmeester-generaal van hertog Karel van Croy betreffende de goederen gelegen in de dorpen afhangende van de stad en het hertogdom Aarschot (¼). Hierin wordt de toestand van het onderwijs anno 1597 beschreven (KU Leuven, Arenbergarchief, nr. 135). Hetzelfde geldt voor KU Leuven, Arenbergarchief, nr. 2412. Dit in 1597 of kort erna opgestelde Besoignier werd samengesteld door Charles Millet, auditeur van de Rekenkamer en secretaris van Karel van Croij, hertog van Aarschot. Deze stukken werden door A. WILLEMS, F. SCHEYS en P. DE FRAINE uitgegeven in Bijdragen tot de Geschiedenis van het Land van Aarschot, nrs. 3-6. Tielt, 1979-1983.
5.Schoolreglementen
In KU Leuven, Arenbergarchief, nr. 332 bevindt zich onder andere een reglement van de school van Renom uit het begin van de 18de eeuw.
7.Scholierenlijsten
In KU Leuven, Arenbergarchief, nr. 332 is een lijst van de eerste ingeschrevenen van het college van Renom bewaard.
18.Inspectieverslagen
Voor de dekenale visitatieverslagen, zie: M. CLOET, N. BOSTYN en K. DE VREESE. Repertorium van dekenale visitatieverslagen betreffende de Mechelse kerkprovincie (1559-1801). Leuven, 1989.
J. GERITS behandelt in zijn artikel 'Bijdrage tot de geschiedenis van het onderwijs in het oude land van Aarschot'. Gedenkboek 100 jaar Sint-Jozefscollege te Aarschot (1876-1976). Aarschot, 1976, p. 258-311 het lager en middelbaar onderwijs te Aarschot en de omliggende dorpen. De Aarschotse Kring voor Heemkunde publiceerde een overdruk van het artikel onder aparte omslag: J. GERITS. Bijdrage tot de Geschiedenis van het onderwijs in het Oude Land van Aarschot. Aarschot, 1976. Dit artikel kan aangevuld worden met T. MORREN, Het onderwijs in het decanaat Diest tijdens de 17de eeuw, Leuven, 1981 en de onuitgegeven licentiaatsverhandeling van L. VERBRUGGEN. Heren van stand in een kleine Brabantse stad: het kapittel van Onze-Lieve-Vrouw en het religieuze leven in Aarschot (1597-1797). Leuven, 2004. Recent verscheen nog het boek: J. CEULEMANS, I. VAN HEES, J. VAN HEES en H. VAN MALCOT. 125 jaar Sint-Jozefscollege Aarschot (1876-2001). Aarschot, 2002. Deze publicatie behandelt echter enkel de recente geschiedenis.
Vaste URL : https://search.arch.be/eac/eac-BE-A0500_117818_DUT