(Julius II laat Willem vander Heyden (de Merica), abt van Boudelo, weten dat hij hem, verkozen door de maior pars uit vier kandidaten van het convent van Boudelo, bevestigt als abt, hem het geestelijk en het goederenbeheer der abdij toevertrouwt en hem ontslaat van mogelijke kerkelijke straffen. De abdij is geregistreerd in de boeken der Camera Apostolica als geschat op 66 2/3 gouden dukaten daar de jaarlijkse opbrengst de 200 dukaten niet overschrijdt. De paus beveelt de abt van Sint-Pieters-Gent alsook Nikolaas le Petit, kanunnik van het kathedraal kapittel van Bayeux (zie regest nr. 991) en de officiaal van Doornik om te zorgen dat het convent abt Willem in gehoorzaamheid aanvaardt. De bisschop die abt Willem zegent moet van hem de eed van gehoorzaamheid (zie regest nr. 989) aan de paus afnemen en de abt moet die eedformule, door hem gezegeld, zo snel mogelijk aan de paus terugbezorgen. A. Origineel. Perkament (hoogte: links 296, midden 308, rechts 311; plica: links 47, rechts 45; breedte: boven 472, midden 492, onder 487). Bul van Julius II aan hennep-koord. R.G., Abdij van Boudelo, O. 103. Op de rug: 1) hand s. XVII: "A. 3. n°. 22". [B. Afschrift uit 16 juli 1504, in transsumpt door Nikolaas le Petit, kanunnik van het kathedraal kapittel van Bayeux, naar A. Niet voorhanden, vermeld in D]. - C. Afschrift uit 18 augustus 1504, in notarieel transsumpt door Hubert de Crytsche, naar A.R.G., Abdij van Boudelo, O. 104. D. Afschrift s. XVI, naar B.R.G., Abdij van Boudelo, nr. 12bis. Vermelding: Kersbergen, Het archief van Boudeloo, p. 49.)
Aanvraaginstructie [ archiefdienst - inventaris - archiefbestanddeel ]:
Rijksarchief te Gent -
K164 -
988
Vorige (nr 987)
|
Volgende (nr 989)